PRICEWATERHOUSECOOPERS

Bespaarde kosten zijn binnen drie jaar terug in organisatie

Bespaarde kosten zijn binnen drie jaar weer terug te vinden in de organisatie

Bijna 60% van de financiële directeuren of mensen met een soortgelijke functie overal ter wereld geven toe dat de kosten waarop ze momenteel bezuinigen binnen twee tot drie jaar weer binnen hun organisatie terug te vinden zijn. Korte termijn kostenreductie is soms nodig om voor de lange termijn te kunnen overleven. Maar het is essentieel om niet alleen in de oude bekende kosten te snijden (economy class vliegen, nog meer controle op alles etc.), maar juist op die kosten die voor het behalen van de omzet niet echt noodzakelijk zijn, zegt Cyrus Kharas, partner en specialist in Cost Reduction bij PricewaterhouseCoopers.

De financiële directeuren geven ook aan slachtoffer te zijn van een navolgcultuur van kortetermijnbezuinigen die het streven naar succes op lange termijn terzijde schuift. 55% van de financiële directeuren van bedrijven overal ter wereld zegt dat de bezuinigingen meer gestuurd worden door de wens om indruk te maken op analisten en aandeelhouders dan door de wens om hun eigen bedrijf te verbeteren.

Deze bevindingen zijn enkele van de in het oog springende punten van een nieuw onderzoek door PricewaterhouseCoopers dat de houding van 600 bedrijven in Europa, Noord- en Zuid-Amerika, Afrika en Australië ten opzichte van bezuinigen en de huidige onzekerheid van de economie onderzoekt.

Opvallend is dat deze economische onzekerheid in ons land het sterkst wordt ervaren (64% van de Nederlandse onderzochte bedrijven spreekt van sterke economische teruggang) maar dat in Nederland tevens het optimisme voor spoedig herstel het grootst is. Het onderzoek toont aan dat hoewel de grote meerderheid van de financiële directeuren het belang van strategische kostenvermindering voor de lange termijn inziet, zij niet doen wat ze anderen voorhouden. Deze kloof tussen theorie en zakelijke werkelijkheid blijkt uit een aantal tegenstrijdige onderzoeksbevindingen, waaronder de volgende:

Hoewel 86% van de Nederlandse respondenten het ermee eens is dat kostenverminderingsprogramma's die alleen rekening houden met de korte termijn een zeer nadelige invloed kunnen hebben op het moreel en de trouw van het personeel, neemt 64% van de bedrijven geen nieuw personeel aan en heeft een gelijk percentage het personeelsbestand laten inkrimpen.

82% van de respondenten is het ermee eens dat bedrijven tijdens een neergang in de conjunctuur bereid zouden moeten zijn te investeren om op lange termijn waarde aan het bedrijf toe te voegen, maar bijna 66% heeft al investeringen uitgesteld of geannuleerd.

Hoewel 68% het ermee eens is dat bedrijven vaak de verkeerde bezuinigingsprioriteiten stellen door te bezuinigen op eenvoudig meetbare zaken in plaats van op zaken waarop het meest zou moeten worden bezuinigd, heeft meer dan de helft (54%) van alle bedrijven een kostenverminderingsstrategie.

Hoewel bijna 50% van alle respondenten denkt dat het onvermijdelijk is dat alle bedrijven binnen 2 à 3 jaar een online inkoopproces hebben, en 51% van de respondenten zonder online inkoopsysteem zegt een dergelijk systeem wel te hebben gepland voor de toekomst, beweert 53% van de wereldwijde bedrijven (Nederland het laagst met 40%) dat Internettechnologie gebaseerd is op een hype en op druk van branchegenoten in plaats van op het behalen van voordeel op lange termijn.

Bedrijven laten na hun voordeel te doen met mogelijkheden om hun kostenbasis te herstructureren. Slechts 38% van de respondenten investeert meer in de ontwikkeling van het web en e-business, terwijl 30% actief bezuinigt op investeringen in IT, vindt Cyrus Kharas. Hij stelt: Investering in e-business en IT is vaak de beste manier om en je kosten structureel te verlagen en je processen sterk te verbeteren.

Kijken naar strategische kostenvermindering inkoop In het onderzoek was 58% van de Nederlandse respondenten het ermee eens dat een efficiënte inkoop van groot belang is voor elke kostenverminderingsstrategie. Verder is 62% ook van mening dat het prioriteren van inkoop van essentieel belang is als voorbereiding op de economische opleving.

Maar hoewel de theorie weer deugdelijk lijkt, zijn de antwoorden van de respondenten gemengd en verward. Terwijl 64% bijvoorbeeld zegt meer te investeren in procesverbeteringen op IT-gebied, investeert slechts 38% meer in Internet en de ontwikkeling van e-business. Verder bezuinigt 34% actief op investeringen in het web.

In werkelijkheid leveren veel investeringen in IT maar al te vaak niet de kostenbesparingen op die men ervan had verwacht. De conclusie is dat kostenbeheersing binnen bedrijven afhankelijk is van volledig geïntegreerde processen: technologie moet onderdeel worden van het onderliggende proces en niet worden gekoppeld aan een bestaande superstructuur, besluit Cyrus Kharas.