Beleidsovereenkomst 2002-2006 Amsterdam-Noord

Stadsdeel Amsterdam-Noord

12/4/2002 - Beleidsovereenkomst 2002-2006

Amsterdam-Noord is zich aan het ontwikkelen tot een stadsdeel met samenhang. Het imago van een door het IJ van de stad afgescheiden buitenwijk buigt zich om tot dat van een aantrekkelijk stadsdeel met een eigen karakter, grenzend aan de binnenstad. De afgelopen jaren zijn, op basis van de toekomstvisie 'Panorama Noord' vele projecten ontwikkeld die aan die verandering zullen bijdragen. De Noord-Zuidlijn maakt het mogelijk een stadscentrum met allure te realiseren aan het Buikslotermeerplein. Op de Bongerd verrijst een nieuw stedelijk tuindorp, het Shell-terrein wordt een aantrekkelijk woon- en werkgebied met culturele activiteiten. In Nieuwendam-Noord en de Banne wordt fors geïnvesteerd om deze naoorlogse woonwijken aan te passen aan de eisen van deze tijd.

De komende bestuursperiode zal, alleen al gezien de vele plannen in uitvoering, dynamisch zijn. Er wordt een visie ontwikkeld op de pluriforme samenleving in Noord, gericht op het wegwerken van achterstanden op het gebied van integratie en participatie. Extra aandacht krijgt de sociale samenhang, de integratie van verschillende bevolkingsgroepen in het stadsdeel. Op buurtniveau wordt ingezet op verbetering van de sociale infrastructuur. Daartoe wordt het accommodatiebeleid uitgewerkt en het integrale buurtbeheer versterkt.

Amsterdam-Noord kan en moet als stadsdeel een belangrijke rol spelen in de toename van wonen en werken en recreëren in Amsterdam en de regio. Dit geeft nieuwe kansen en mogelijkheden. Meer werk en betere voorzieningen zijn daardoor mogelijk.
Wij zullen er voor waken dat die ontwikkeling niet ten koste gaat van het groene karakter van Noord als geheel. Dat kan door vooral aan de IJ-oevers en rond de nieuwe metrostations veel woningen en kantoren te bouwen. Door intensiever gebruik van de bestaande ruimte en door een goede inrichting en onderhoud kan de veiligheid worden vergroot.

Om veranderingen verantwoord te laten plaatsvinden, is draagvlak bij de burgers nodig. Dat draagvlak ontstaat alleen wanneer de burger zich plezierig en onbedreigd voelt, zich herkend en erkend weet in zijn eigen fysieke omgeving: wijk, buurt en straat. Participatie is een belangrijke sleutel daarvoor. Buurtbeheer en interactieve beleidsvorming zijn middelen om de burgers zowel bij het beheer als bij het denken over beleid en de toekomst actief te betrekken.

In de afgelopen jaren zijn veel taken door het stadsdeel afgestoten. We moeten leren van die ervaringen en ons opnieuw bezinnen op het evenwicht tussen wat het Stadsdeel zelf doet en wat zij overlaat aan anderen. Het blijft daarbij belangrijk dat:

· de dienstverlening verder wordt verbeterd en voor iedereen toegankelijk blijft;

· er voldoende prijsconcurrentie in de markt is;
· de investeringen voldoende op peil blijven;
· er geen aantasting plaatsvindt van het groene karakter van Noord.
ONDERWIJSBELEID EN SOCIAAL BELEID

Het lokale onderwijsbeleid wordt verder vormgegeven. Doelen moeten zo veel mogelijk resultaatgericht worden geformuleerd en toetsbaar zijn. Het ingezette proces om de bestuursvorm van het openbaar onderwijs op afstand te zetten van de overheid wordt verder uitgewerkt, met als mogelijke uitkomst een volledige verzelfstandiging in een stichtingsvorm. Er wordt een onderwijsconferentie georganiseerd waarbij met betrokkenen, belanghebbenden, deskundigen en bestuur gediscussieerd en nagedacht wordt over thema's als: "de kwaliteit van onderwijs, ouderparticipatie, bestrijding schoolverzuim, voor-, na- en tussenschoolse opvang en de bestuurlijke inbedding." Eventuele conclusies zijn richtinggevend voor het beleid. De nota `Welzijn in Amsterdam Noord, naar een lokaal sociaal beleid' wordt in de komende periode geëvalueerd en getoetst. Daarbij gaat het er om of de geformuleerde doelstellingen stroken met de behaalde resultaten. Een benchmark met andere stadsdelen kan daar een onderdeel van uitmaken. Doel is een kwalitatief goed, vraaggericht beleid, toegankelijk voor allen die dat wensen en nodig hebben. Budgetfinanciering wordt geëvalueerd aan de hand van de ervaringen bij de grote welzijnsinstellingen. Voor het hele lokale sociale beleid zal in de komende periode nadruk worden gelegd op het nakomen van afspraken en verantwoording afleggen met betrekking tot begroting en resultaten.

Onderwijs en jeugd
Samenhang in initiatieven en mogelijkheden op het terrein van jeugd, onderwijs, welzijn, sport, cultuur en recreatie, maar zo nodig ook sancties en maatregelen voor de groep jongeren van 0 tot 18 jaar zijn een speerpunt in de komende bestuursperiode. De geplande 50 plaatsen extra voor voorschoolse opvang worden voortvarend gerealiseerd. Opvoedingsondersteuning krijgt daarin een belangrijke plaats. Waarden, normen en verantwoordelijkheidsbesef krijgen expliciet aandacht in de
schoolperiode. De verlengde schooldag wordt in samenhang met de naschoolse opvang verder uitgewerkt, zodat alle jongeren in Noord in hun opleiding ruim kennismaken met sport, cultuur- en natuureducatie. 'Thuis op straat'-projecten, sportbuurtwerk en speeltuinwerk zullen verder op elkaar afgestemd worden.
Het brede schoolconcept wordt per buurt ontwikkeld, met in de komende periode de nadruk op oud Noord, Nieuwendam-Noord en de Banne. Bij de ontwikkeling van de brede school zal er nauwlettend op worden toegezien dat de extra mogelijkheden niet tot taakverzwaring van het onderwijspersoneel leiden. Waar mogelijk ondersteunt het stadsdeel actief de werkgevers in het onderwijs om aantrekkelijke werkomstandigheden te realiseren voor haar personeel. Het is absoluut noodzakelijk dat de omgeving waar de vorming en ontwikkeling van jongeren plaatsvindt van hoge kwaliteit is en maatschappelijk is ingebed. Dat betekent dat er extra investeringen plaatsvinden in het realiseren van schoolgebouwen met multifunctionele gebruiksmogelijkheden en dat het stadsdeel er op toe ziet dat deze gebouwen goed worden onderhouden.
Na de realisering van opleidingen op mbo niveau is het streven er op gericht ook hoger beroeps- of academische opleidingen naar noord te halen. Een sportopleiding staat op het wensenlijstje, in combinatie met het topsportcentrum.
De geplande jongerencentra in Banne, Nieuwendam-Noord en Bloemenbuurt moeten in de komende periode daadwerkelijk gerealiseerd worden. Initiatieven van jongeren, die bereid zijn zelf verantwoordelijkheid te dragen en goede afspraken te maken met politie en omgeving zullen onder voorwaarden gestimuleerd worden Het initiatief van de Keet in Tuindorp Buiksloot wordt geëvalueerd en kan model staan voor het te voeren beleid. Het meidenwerk krijgt extra aandacht. Het realiseren van de skatebaan in de NDSM hal wordt gestimuleerd, evenals andere jongerenactiviteiten in samenwerking met Kinetisch Noord. De Jongerenraad wordt als adviesorgaan betrokken bij de vormgeving van het jeugdbeleid, door het kritisch te volgen en door het aandragen van initiatieven. In de loop van deze periode wordt het functioneren van de Jongerentaal geëvalueerd.

Welzijn en zorg

Er moeten in wijken en buurten clusters van voorzieningen komen gericht op kennis (de wijkbibliotheek als kenniscentrum, de school als centrum van de buurt), op ontspanning en dialoog (pluriforme en multifunctionele buurtcentra) en op zorg en ondersteuning (gezondheids- en dienstencentra).
In het kader van de herstructurering worden in de Banne en Nieuwendam-Noord nieuwe multifunctionele centra gerealiseerd Buurtcentra moeten activiteitencentra in de buurt worden, waar iedere burger iets van zijn gading kan vinden. Voor de minder draagkrachtigen moeten activiteiten toegankelijk blijven door middel van de stadspas of iets dergelijks. Specifieke activiteiten gericht op sociale integratie worden door het stadsdeel gesubsidieerd. Ook voor ouderen moeten voldoende ontmoetingsmogelijkheden in de buurten zijn. Op korte termijn worden besluiten genomen over het nieuwe accommodatiebeleid, met een inventarisatie van behoeften aan welzijnsaccommodaties en een inventarisatie van beschikbare accommodaties waar speeltuingebouwen ook deel van uit maken. Er komt een plan van aanpak om bestaande ruimte beter te benutten en waar nodig nieuwe ruimtes te creëren. Onderzocht moet worden of accommodaties van sportverenigingen kunnen worden ingezet voor naschoolse activiteiten voor jongeren. Indien nodig wordt, na besluitvorming over het accommodatiebeleid, het onroerend zakenbeleid hier op aangepast.
Op basis van de te formuleren visie op de pluriforme samenleving wordt nader beleid voor integratie en diversiteit ontwikkeld. Gelet op de essentiële rol die vrouwen nog steeds hebben bij de opvoeding van kinderen zal in ieder geval gestimuleerd worden dat de inrichting van een vrouwencentrum in Noord op korte termijn tot stand komt en gepacificeerd wordt. Wachtlijsten voor Nederlandse les zijn niet acceptabel. Eigen initiatieven van organisaties gericht op versterking van de Nederlandse taal en inburgering moeten gestimuleerd worden, de grote vraag naar introductiecursussen voor ouders in (brede) scholen verdient gehonoreerd te worden.
Gezondheidszorg wordt in toenemende mate mede een verantwoordelijkheid van het stadsdeel. Pilots van centra voor ouders-en-kind worden opgezet. Ook spelen er huisvestingsproblemen van artsen en verloskundigen op stadsdeelniveau. Om voorzieningen voor gezondheidszorg bereikbaar te houden, moet het stadsdeel in samenwerking met de centrale stad en met woningcorporaties betaalbare vestigingsmogelijkheden stimuleren voor groepspraktijken. Veel ouderen kiezen er voor om in Noord te (blijven) wonen. Voor ouderen vervaagt de grens tussen (gezondheids)zorg, wonen en welzijn. Het stadsdeel neemt de regie van dit beleid ter hand. Zoals vastgesteld in de Zorgregiovisie ouderenbeleid wordt zorg op maat geleverd. Hierin wordt ook aandacht aan culturele verschillen besteed. Dienstencentra met in de buurt aangepaste woningen (en woonzorgzones) zijn noodzakelijk, het wegwerken van de witte vlek in midden noord wordt zo spoedig mogelijk ter hand genomen. Preventieve voorzieningen zoals informatie en mogelijkheden van ontmoeting en ontspanning kunnen vereenzaming en isolatie voorkomen. Er komt een wijkgerichte aanpak van zorg en welzijn (één loket). Waar dat wenselijk en mogelijk is zal het stedelijke gehandicaptenbeleid gekoppeld worden aan het ouderenbeleid.
Het stadsdeel faciliteert het gemeentelijke armoedebeleid waar mogelijk. Belangrijke doelgroepen voor dit beleid zijn ouderen en (één-ouder)gezinnen. Voldoende schuldhulpverlening, preventieve aandacht voor het ontstaan van schulden en maatschappelijke hulpverlening o.a. via scholen maken deel uit van dit beleid. Om deelname aan de samenleving en het arbeidsproces te bevorderen wordt het sociaal activeringsbeleid verder ontwikkeld.

CULTUUR, SPORT EN RECREATIE

Het stadsdeel stimuleert en ondersteunt de mogelijkheden voor Amsterdammers om zelf (amateur)kunst te doen. Gestreefd wordt naar een breed palet van kunst- en cultuuruitingen, zoals culturele manifestaties en open ateliers, waarbij het Over IJ-festival als een belangrijke trekker gezien wordt. Het theateraanbod wordt het komende jaar geëvalueerd. Wijkbibliotheken in Nieuwendam en de Banne blijven als steunpunten in stand en hebben wijkgerichte functies. Alle wijkbibliotheken en steunpunten moeten door de Regionale Bibliotheek, opgenomen in een Cultuurcentrum Noord, actief ondersteund worden. In dit Cultuurcentrum kunnen ook de Muziekschool, een theaterzaal en een expositieruimte een plaats krijgen.
In Noord worden daarnaast nieuwe culturele initiatieven ondersteund en gestimuleerd. Ideeën voor een tentoonstelling over de scheepshistorie van Noord, voor behoud van historische archieven uit Waterland, voor vestiging van het Filmmuseum in het Sixhavengebied, voor het Kunstcentrum Volten op het Buiksloterham-Papaverhoekterrein worden de komende tijd nader onderzocht. Het nabij gelegen sluizencomplex van het Noordhollands kanaal wordt beschouwd als een industrieel monument.

De NDSM werf wordt in samenwerking met de stad ontwikkeld als (broed)plaats voor culturele activiteiten, waar ook plek voor jongeren is. Er zijn plannen ontwikkeld, die de ruimte en de kans verdienen om uitgewerkt te worden.
Het ambitieniveau ten aanzien van sport en recreatie is hoog. De nota `Noord sport voort' wordt basis voor het uit te voeren sportbeleid. Sport, al dan niet in verenigingsverband wordt gestimuleerd, evenals diversiteit binnen sport. Sportvoorzieningen zijn onverbrekelijk verbonden met buurten en wijken. Het Topsportcentrum krijgt tevens een belangrijke functie voor de breedtesport en wordt ook gebruikt voor evenementen. Noord verdient een schaatsbaan. Ideeën over recreatie in het groen en kunst- of skateroutes in Noord worden nader uitgewerkt.

WERKGELEGENHEID EN ECONOMISCHE ONTWIKKELINGEN

Het is nodig dat Noord een aantrekkelijk vestigingsklimaat biedt voor bedrijven en grootstedelijke voorzieningen en daarbij de komst van de Noord-Zuidlijn aangrijpt. In de Centrale Zone wordt voldoende ruimte gereserveerd voor bedrijvigheid in de vorm van kantoren, detailhandel en baliefuncties . Het stadsdeel neemt initiatieven om samen met de winkeliers het toekomstperspectief van de winkelcentra in de Banne, Nieuwendam Noord en het Centrum te versterken. De ontwikkelingen op het Waterlandplein hebben op korte termijn een impuls nodig. De diversiteit, branchering en kwaliteit van de markten in Noord worden gestimuleerd.
Op het centrale deel van de Noordelijke IJ-oever vindt een transformatie plaats van een sterk industriële structuur naar een menging van werken, wonen, culturele en wetenschappelijke activiteiten en recreëren. Tevens is er ruimte voor horecaontwikkelingen. In samenwerking met de Shell zullen startende ondernemingen op het gebied van het thema duurzaamheid een belangrijke impuls krijgen. Bij deze transformatie zullen de milieucontouren langs de Noordelijke IJ-oever zo efficiënt mogelijk worden benut.
Een extra aandachtsgebied blijft de (toekomstige) positie van jongeren en (vooral allochtone) vrouwen op de arbeidsmarkt. Concrete werkgelegenheidsprojecten in samenwerking met bedrijfsleven en instellingen en een betere aansluiting tussen opleiding en werk kunnen hier een bijdrage aan leveren. Het Stadsdeel ondersteunt waar mogelijk de werkgevers in onderwijs en zorg in Noord om aantrekkelijke werkomstandigheden te realiseren voor haar medewerkers. Verbreding van overleg met het bedrijfsleven in de vorm van een economische adviesraad wordt onderzocht. De recent aangenomen Economische Structuurnota wordt voortvarend uitgewerkt.

RUIMTELIJKE VERNIEUWING

Voor de herstructureringsgebieden zoals Nieuwendam-Noord en De Banne liggen op dit moment plannen klaar, die de kwaliteit van de buurt en de differentiatie binnen de wijk ten goede komen. Het is van belang dat er in de nieuwbouw ruimte is voor de bouw van betaalbare woningen voor de huidige bewoners: bouwen in de buurt is bouwen voor de buurt. Nieuwbouw van koopwoningen in het middensegment is nodig voor die bewoners die wensen door te stromen. De vernieuwing van de voorzieningen in de herstructureringsgebieden moet gelijke tred houden met de vernieuwing van de woningen. Bij nieuwbouw zal 20 % van de woningen geschikt dienen te zijn voor ouderen. Ook in de bestaande bouw moeten meer woningen passend voor ouderen gemaakt worden. Voor geheel Noord wordt de kernvoorraad, dat wil zeggen het behoud van de sociale woningvoorraad, gesteld op minimaal 40%. De verhouding 30% sociale huurwoningen tegenover 70% vrije sector woningen in de huur- of koopsector bij nieuwbouw blijft richtinggevend.

Om het groen in Noord te behouden is verdichting van de woningbouw, zoals in het Centrum Amsterdam Noord noodzakelijk. Grootstedelijke ontwikkelingen in Noord zullen vooral plaats vinden rond de metrostations van de Noord-Zuidlijn en langs de Noordelijke IJ-oever. Door de ontwikkeling van de Johan van Hasseltlaan kan er een betere relatie worden gelegd tussen de vooroorlogse wijken ten westen en ten oosten van het
Noordhollands kanaal. Bij het maken van de plannen voor dit gebied dient de aansluiting in ruimtelijk en sociaal opzicht te worden versterkt met de achterliggende woonwijken in de Vogel- en Bloemenbuurt en zal er een meerwaarde moeten zijn voor deze buurten. Voor de Van der Pekbuurt wordt onderzoek gedaan naar differentiatie in eigendomsverhoudingen, met name naar gebonden vormen van eigendom. De 'Actie Zoeklicht' waarmee illegale bewoning wordt tegengegaan wordt ondersteund.
Handhaving en actualisering van bestemmingsplannen krijgen alle aandacht.

GROEN EN WATER

Landelijk Noord zal evenals het overige gebied in Waterland het karakter behouden van een open veenweidegebied met belangrijke cultuurhistorische waarden. Agrarisch natuurbeheer, behoud van extensieve landbouw door het stimuleren van een natuurvriendelijk keurmerk van Waterlandse producten en het stimuleren van een verkooppunt binnen de bebouwde kom bieden, evenals het ontstaan van "zorgboerderijen", daartoe mogelijkheden. Zo nodig worden er voor Waterland, inclusief de Wilmkebreekpolder, beheerplannen ontwikkeld. Ook het grondgebied van Schellingwoude binnen de Ringweg en de Schellingwouderscheg als doorgang naar Waterland, blijven onderdeel van de Hoofdgroenstructuur.
Voor het stedelijk gebied binnen de Ringweg blijven eveneens de Hoofdgroenstructuur en de Stadsdeelgroenstructuur van kracht. Versterking van de groenstructuur langs het IJ-oost, te weten het Vliegenbos, de Rietlanden en Schellingwoude buitendijks wordt onderzocht. De groenstructuur langs en rond het Noordhollands kanaal wordt versterkt door groene fiets- en wandelroutes en met de aanleg van het centrale park. Het zogenaamde dijkenplan wordt uitgevoerd. Om de openbare groenvoorzieningen in en rond de bestaande buurten en wijken te handhaven en zo mogelijk te versterken wordt er bij nieuwbouw de voorkeur gegeven aan stapeling.

In het nieuwe beleid 'waterbeheer 21e eeuw' wordt uitgegaan van de 3-traps strategie: "vasthouden, bergen, afvoeren". Water heeft hiermee een sturende rol in de ruimtelijke ontwikkeling, zowel binnenstedelijk als in het buitengebied. Hiervoor is de "watertoets" ingevoerd. Plannen zullen op de consequenties voor de waterhuishouding getoetst worden. Regenwater dient niet in het riool te verdwijnen maar in de grond of het oppervlaktewater. Gestreefd wordt om het percentage oppervlaktewater de komende periode te verhogen, zoveel mogelijk riooloverstorten te saneren en de waterkwaliteit te verbeteren. Onderzocht wordt in hoeverre beheersing van de grondwaterstand in Amsterdam-Noord een extra tegemoetkoming uit het Stadsdeelfonds rechtvaardigt.
Water heeft ook een recreatieve functie. Uitbreiding van insteekhavens langs het IJ voor de pleziervaart en (kano-)vaarroutes als verbindingszones tussen landelijk en stedelijk gebied worden nader onderzocht en waar mogelijk en gewenst in de planvorming betrokken Het bestuur streeft ernaar dat in de programperiode het gehele gebied van het stadsdeel Amsterdam-Noord voor wat betreft waterschapstaken beheerd zal gaan worden door één waterschap en wel het per 2003 te vormen Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier.

BEREIKBAARHEID EN TOEGANKELIJKHEID

Het beleid is gericht op stimulering van de fiets en het openbaar vervoer door betere voorzieningen en meer snelle doorgaande fietsverbindingen naar veel gebruikte bestemmingen. De verschillende veerponten vormen daarbij onmisbare schakels. Uitbreiding hiervan wordt gestimuleerd. Daarnaast blijven we streven naar een fietstunnel onder het IJ. Waar mogelijk zullen de ongelijke stoeptegels op fietspaden vervangen worden door glad asfalt, om te beginnen bij het hoofdfietspadennet. Er is ook extra aandacht voor veiligheid en verlichting van deze fietspaden. Heel Noord moet toegankelijk worden voor mensen met een handicap.
De aanleg van 30 km. zones wordt voortvarend voortgezet. Er komt in Noord een betere, snellere en frequente oost-west openbaar vervoerverbinding, b.v. door een Opstapper. Voor een vertrouwenwekkende aanpak van de gehele westelijke vleugel van de IJ-oever is nodig dat in relatie met de Noord-Zuidlijn de eerste besluiten over de Zaanlijn snel genomen worden. Het regionale karakter van de Noord-Zuidlijn en in het bijzonder van de halte Buikslotermeerplein vereist een regionaal busstation aldaar alsmede een transferium.
Bestaande autoverbindingen worden goed onderhouden. Bedrijventerreinen blijven goed ontsloten. Er komen voldoende auto-ontsluitingen voor ontwikkelingsgebieden, waarbij voorkomen moet worden dat deze tevens gaan functioneren als doorgaande wegen. De verkeersinfrastructuur van de IJdoornlaan vergt nadere studie: het mag geen sluipweg voor de A10 worden. De plannen voor de Tweede Coentunnel worden ondersteund. Het huidige parkeerbeleid, gebaseerd op 'blauwe zones' en vervoersmanagement is uitgangspunt van beleid. Bij voorkeur dient vastgehouden te worden aan gratis parkeren.
De provincie wordt gevraagd stappen te ondernemen om het beheer van de wegen buiten de bebouwde kom, met name het beheer van de zogenaamde polderwegen, van het waterschap over te hevelen naar het stadsdeel. Amsterdam-Noord staat aan de vooravond van een flink aantal grootstedelijke ontwikkelingen die zowel economisch als maatschappelijk enorme impact hebben. Professionele en persoonlijke communicatie is daarbij essentieel voor alle buurten, wijken en bedrijventerreinen. Een bij het stadsdeel passende elektronische infrastructuur (centrale schotels, digitale breedband) zal hiervoor met voortvarendheid worden ontwikkeld.

VEILIGHEID EN KWALITEIT VAN DE OPENBARE RUIMTE

Het gevoel van veiligheid bij de inwoners van Noord zal zowel op het terrein van ruimtelijke ordening als met betrekking tot toezicht op straat en in de wijken de hoogste prioriteit krijgen. Het Stadsdeel zal in nauw overleg met de politie preventieve maatregelen bevorderen, toezicht mede faciliteren en voorlichting stimuleren. De buurtconciërges kunnen daar een belangrijke rol in spelen. Alle buurten in Amsterdam-Noord moeten het keurmerk Veilige Wijk krijgen door technische maatregelen aan woningen en betere verlichting. Een integraal handhavingsbeleid wordt uitgewerkt. Wijkveiligheidsposten en
-plannen en Justitie in de buurt blijven belangrijke instrumenten. In delen van Noord waar nog geen wijkveiligheidsposten zijn worden deze opgericht. Daarnaast is preventief beleid om te investeren in jonge kinderen en hun ouders essentieel.
Noord moet nog mooier. Steekwoorden als: "pleinen en fonteinen, kunst in de openbare ruimte, kunst routes, ontmoetingsplekken in de openbare ruimte, er moet wat te ontdekken blijven en verborgen plekjes in Noord" zullen het bestuur inspireren om hier de komende jaren aandacht voor te hebben.
De grootste ergernis van mensen is dat hun leefomgeving verloedert. Straten, fiets- en voetpaden zijn slecht onderhouden in het verleden, en er zwerft overal vuil rond, graffiti bevuilt de tunnels en bruggen.

Het onderhoudsniveau en de kwaliteit van de openbare ruimte moet worden verhoogd. Te beginnen met beeldbepalende plekken in het stadsdeel en plaatsen waar de druk het hoogst is, zal extra worden geïnvesteerd.(Kwaliteit en diversiteit).
Noord Schoon is gestart. Een extra inspanning op het verwijderen van zwerfvuil is nodig. Een programma wordt ontwikkeld om scholen en bedrijven te betrekken bij het schoonhouden van de eigen omgeving. In elk voor - en najaar wordt door het Stadsdeel een wedstrijd georganiseerd voor scholen onder het motto: "Schone Scholen" waarbij de scholen worden uitgedaagd om een project te maken waarmee op een educatieve wijze aandacht aan de openbare ruimte gegeven wordt. Dat hierbij een schone ruimte rondom de scholen van belang is spreekt vanzelf. Aan deze wedstrijd worden op een of andere manier prijzen verbonden (een geldbedrag, wisseltrofee voor basis en voor voortgezet onderwijs, o.i.d.).
Naast de inzet van de bewoners en de reiniging van het stadsdeel speelt bij het schoonhouden van de openbare ruimte de handhaving een belangrijke rol. De handhavingstaak zal flexibel ingezet gaan worden en door een duidelijkere externe uitstraling een preventieve rol krijgen. Het parkmanagement op bedrijventerreinen wordt voortgezet. In de afgelopen periode is een omvangrijk budget gereserveerd voor het inlopen van achterstallig onderhoud aan de autowegen. Dit is thans en de eerstvolgende jaren in uitvoering. Nu is het tijd om extra budgetten te reserveren voor het wegwerken van achterstanden in het onderhoud van fiets- en voetpaden. Daarnaast is het nodig een verhoging van het budget kwaliteit Openbare ruimte te bewerkstelligen.

MILIEUBELEID EN AFVALSTOFFEN

Het milieu moet een herkenbaar onderdeel gaan vormen van het stadsdeelbeleid op alle terreinen, zoals ruimtelijk ordening, economische zaken, verkeer en volkshuisvestingsbeleid. Het milieubeleid moet met andere woorden een integraal beleid worden. Bij het ontwikkelen van beleid op het gebied van economische activiteit en ruimtelijke ordening zal er een toetsing plaatsvinden op milieueffecten. Voorlichting en bewustmaking van bevolking en bedrijfsleven is van groot belang voor het slagen van het milieubeleid. Omdat het van belang is dat kinderen van jongs af aan betrokken worden bij hun leefomgeving kan natuur- en milieu-educatie rekenen op de steun van het stadsdeel.
Een schonere omgeving wordt bereikt door het blijven bieden van voorlichting over het scheiden van afval. Het ondergrondse gescheiden afvalinzamelsysteem dat wordt aangelegd draagt daar aan bij. In het bouwbeleid van het stadsdeel dient duurzaam bouwen centraal te staan. Ook in Amsterdam-Noord dienen naar voorbeeld van de plannen voor IJburg stedelijke uitbreidingen een hoge milieukwaliteit te hebben. Voorzieningen als warmtekrachtkoppeling, windenergie en zonnepanelen moeten bij woningbouw en in overheidsgebouwen zoveel mogelijk worden benut. Ook verdere milieu-innovatie bij het bedrijfsleven wordt gestimuleerd. Gezien de ligging kan bij de nieuwbouwontwikkelingen aan de IJoever volop ingezet worden op zonne-energie. Onderzocht kan worden of in Nieuwendam Noord als overgang van Stad naar Waterland experimenten met geavanceerde technieken voor duurzaamheid kunnen worden uitgevoerd.

BESTUUR EN DIENSTVERLENING

Het stadsdeel blijft voortdurend streven naar een optimale dienstverlening. Hierbij is het noodzakelijk periodiek na te gaan of de bestaande activiteiten nog op effectieve en efficiënte wijze aan de beleidsdoelstellingen voldoen. De veranderende omgeving dwingt tot het meegroeien en mee veranderen van de overheidsdienstverlening. Daarom is het noodzakelijk om bestaand beleid en bestaande activiteiten regelmatig te beoordelen, bij te stellen, te heroverwegen of te beëindigen. Een Kwaliteitshandvest dient daarvoor tot steun. Deelname aan het instrument "benchmarking" tussen verschillende overheden en overheidsdiensten zal worden gestimuleerd en ondersteund.

Het stadsdeel breidt de dienstverlening via de website van het stadsdeel verder uit.

De inwoners van Amsterdam Noord hebben recht op een betrouwbaar en integer bestuur. De uitvoering van aanbevelingen uit het rapport Van Traa (bestuurlijke integriteit) wordt verder ter hand genomen. In het kader van de bestuurlijke integriteit worden voor het Dagelijks Bestuur en de ambtelijke organisatie gedragscodes opgesteld Het stadsdeel Amsterdam-Noord is onderdeel van het bestuurlijk stelsel in Amsterdam; een stelsel dat zijn waarde in de afgelopen jaren heeft bewezen. Op sommige punten kan een discussie over verdere decentralisatie van taken en de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de stad zinvol zijn.

De overheid heeft een dienstverlenende taak naar haar burgers. Om deze dienstverlening, in alle facetten, optimaal vorm te kunnen geven, is het noodzakelijk dat binnen de organisatie de diverse talenten van de medewerkers ten volle worden benut. Het personeelsbeleid dient er daarom op gericht te zijn een grote diversiteit aan talent binnen de organisatie te halen en medewerkers de kansen te bieden die talenten optimaal in te zetten. Waar nodig wordt het geldende personeelsbeleid hier op aangepast.
De bereikbaarheid van wethouders wordt vergroot door, in eerste instantie een maal per maand, een wethouderspreekuur in te stellen.

PARTICIPATIE

Het bestuur zal voor de Raad als basis voor beleid een discussienota Visie op de Pluriforme Samenleving produceren met speciale aandacht voor het wegwerken van achterstanden op het gebied van integratie en participatie. In deze discussienota zal o.a. aandacht besteed worden aan mogelijkheden tot ontmoeting en scholing, het voorlichtingsbeleid en de eventuele vestiging van een islamitische begraafplaats. In de komende vier jaar zal de interactieve beleidsvorming op een bij de maatschappelijke ontwikkelingen passende wijze worden vormgegeven. Het stadsdeelbestuur stimuleert het openbaar debat, kweekt begrip voor de uitgangspunten van sociaal-economisch, cultureel en etnisch verschillende groepen, en gaat bij het maken van beleid de uitdaging aan burgers van Noord zo veel mogelijk te betrekken bij het maken van beleid. Het stadsdeelbestuur stimuleert en activeert de ambtelijke organisatie bij het aangaan van degelijke interactieve beleidsprocessen.

Buurtbeheer biedt goede mogelijkheden voor de zo gewenste participatie en betrokkenheid van bewoners en de sociale samenhang in de buurt. De communicatie en samenwerking tussen het stadsdeel en de andere participanten in het buurtbeheer wordt gestimuleerd en verbeterd. De invulling van buurtbeheer kan per buurt verschillen, afhankelijk van de mogelijkheden en behoeften in de buurt. Ook scholen en ondernemers kunnen meer betrokken worden bij een daadwerkelijk beheer van de buurt. Er moet meer worden gedaan aan ondersteuning en scholing van de deelnemers aan het buurtbeheer. Het stadsdeel stelt in de komende periode een nieuwe nota integraal buurtbeheer vast. Naar aanleiding hiervan wordt een convenant gesloten. Ook de relatie met de Centrale Dorpenraad blijft onder de aandacht.

FINANCIËLE PARAGRAAF

Jaarlijks wordt een beleidsterrein doorgelicht op effectiviteit en efficiency, waarbij nadrukkelijk aandacht is voor beëindigingsbeleid. Voor nieuw beleid moet jaarlijks structureel een bedrag van e 500.000,- beschikbaar zijn.
Daarnaast zal deels structureel, deels incidenteel extra financiële ruimte worden gezocht voor intensivering van het beheer in herstructureringsgebieden.

Vastgesteld door de coalitiepartijen op 8 april 2002

PvdA, M.C. van Schendelen

VVD, B. Plantinga

CDA, E. Hörchner

D66, N. Veenman

vrijdag 12 april 2002