Stichting Natuur en Milieu
Utrecht, 11 april 2002
GEZAMENLIJK PERSBERICHT VAN STICHTING NATUUR EN MILIEU EN DE ZUID-HOLLANDSE MILIEUFEDERATIE
Gedoogbeleid CTB voor de rechter
Toelating 150 bestrijdingsmiddelen aangevochten
Stichting Natuur en Milieu en de Zuid-Hollandse Milieufederatie
betwisten het besluit om de toelating van zon 150 bestrijdingsmiddelen
te verlengen, zonder dat zij zijn getoetst op schadelijke gevolgen
voor het milieu. Zij vragen de rechter het besluit van het College
voor de Toelating van Bestrijdingsmiddelen (CTB) ongedaan te maken en
eisen een verbod totdat toetsing heeft uitgewezen dat de middelen
voldoen aan de wettelijke milieu-eisen.
Het CTB mag de toelating van een bestrijdingsmiddel alleen verlengen
als het vooraf de milieugevolgen heeft beoordeeld. Als het middel niet
is beoordeeld, moet het CTB het middel verbieden. Dat schrijft de
Bestrijdingsmiddelenwet voor.
Het CTB zegt echter geen capaciteit te hebben om de verlopen
toelatingen van 150 bestrijdingsmiddelen te kunnen beoordelen. Daarom
besloot het deze middelen zonder beoordeling door te laten. Het
argument is dat er een Europese beoordeling aankomt en dat de middelen
tot dan mogen worden gebruikt. Bovendien zou het om
bestrijdingsmiddelen gaan die naar verhouding weinig milieuschade
geven.
De milieuorganisaties benadrukken dat een Europese toelating nog acht
tot tien jaar op zich kan laten wachten. De wet staat alleen een kort
en redelijk uitstel toe als de beoordeling nog niet helemaal is
afgerond. In het geval van de 150 middelen is daar geen sprake van,
maar gaat het in feite om een gewone toelating.
De Bestrijdingsmiddelenwet, de Europese regelgeving en de
jurisprudentie zijn alle zeer duidelijk over wat het zwaarste moet
wegen als het CTB niet in staat is om een verlopen toelating te
beoordelen. Dan mag het CTB de toelating niet verlengen, behalve als
het om het genoemde korte uitstel gaat.
Het argument dat de middelen weinig schadelijk zijn, wijzen de
milieuorganisaties af. Als er geen beoordeling op milieugevolgen heeft
plaatsgevonden, kun je immers niet zeggen dat er weinig schade is. Van
een aantal bestrijdingsmiddelen ontbreken bovendien de gegevens die de
fabrikant verplicht is aan te leveren
De rechtzaak dient op dinsdag 16 april om 14.30 uur voor het College
van Beroep voor het Bedrijfsleven, Prins Clauslaan 60, Den Haag.
Nadere inlichtingen: Stichting Natuur en Milieu, tel. 030-233132: Hans
Muilerman, Marijke Brunt