European Commission

EO/02/11 9 april 2002

Europese Ombudsman presenteert Jaarverslag 2001

De Europese Ombudsman, Jacob Söderman, stelde op 8 april zijn Jaarverslag 2001 voor aan de Commissie Verzoekschriften van het Europees Parlement. Het verslag geeft een beeld van het werk van de Ombudsman in 2001 en van de hoogtepunten van de resultaten bekomen voor de EU burgers.

Met 1874 ontvangen klachten was 2001 het drukste jaar in de zeven jaren van de heer Söderman als Ombudsman. De Ombudsman opende 4 onderzoeken op eigen initiatief, maakte 13 ontwerpaanbevelingen aan de EU instellingen en zond 2 speciale verslagen naar het Parlement. Deze activiteit kwam nochtans niet ten koste van een vlugge en efficiënte dienst - de gemiddelde tijdsperiode om een onderzoek af te ronden viel van 316 dagen in 2000 tot 289 dagen in 2001. Burgers klaagden meer en meer via e-mail met 34 % van de klachten ontvangen op deze manier, vergeleken met 24 % in 2000. Deze stijging is in grote mate toe te schrijven aan de toevoeging, in april 2001, van een on-line klachtenformulier op de website van de Ombudsman. Dit maakte het gemakkelijker voor burgers om klachten in te dienen.

In zijn verslag geeft de Ombudsman speciale aandacht aan twee hoofdverwezenlijkingen voor Europese burgers in 2001. Vooreerst werden de nieuwe regels inzake toegang tot documenten aangenomen. "Indien de instellingen het principe van openheid eerbiedigen wanneer ze de nieuwe regels toepassen, dan zal dit in belangrijke mate het begrip van de werking van de EU instellingen verbeteren", zegt de Heer Söderman.

Ten tweede heeft het Europees Parlement de Europese Code van Goed Administratief Gedrag aangenomen. Het EU Handvest van de Grondrechten, afgekondigd in Nice in 2000, bevat als een grondrecht van het burgerschap het recht op behoorlijk bestuur. De Code legt in detail uit wat dit recht in de praktijk betekent. De Ombudsman publiceerde recentelijk de Code als een gebruikersvriendelijke brochure en gebruikt deze nu in het onderzoek van klachten over wanbeheer. Hij gaf echter uiting aan zijn teleurstelling dat de Commissie nog steeds weigert om naar voren te komen met een voorstel voor een Europese administratieve wet, zoals het Parlement haar gevraagd had.

In het verslag toont de Ombudsman zijn ontzetting over de ongehaaste houding van de instellingen ten aanzien van het toepassen van het Handvest. Vorig jaar heeft hij de meningsvrijheid van ambtenaren en het kinderverlof onderzocht op grond van de rechten opgenomen in het Handvest. Na klachten te hebben onderzocht over discriminatie in de instellingen op grond van leeftijd, geslacht of ras, is de Ombudsman ver van tevreden met zijn conclusies. "Tot mijn grote spijt moet ik nu stellen dat de instellingen die het Handvest hebben afgekondigd nog niet getoond hebben dat ze zelf serieus zijn wat betreft de toepassing ervan in de praktijk", concludeerde de Heer Söderman in het voorwoord van zijn Jaarverslag.

Voor meer details over de zaken welke in 2001 door de Ombudsman werden behandeld, gelieve bijlagen I en II te raadplegen.

Voor verdere informatie, gelieve contact op te nemen met Ian Harden, Hoofd van de Juridische Afdeling, tel : + 33 (0)3 88 17 23 84 of Rosita Agnew, + 33 (0)3 88 17 24 08.

BIJLAGE I : ANALYSE VAN DE KLACHTEN IN 2001

Hoeveel ?

De Ombudsman ontving 1874 klachten in 2001, wat overeenkomt met een stijging van 8 % vergeleken met 2000 (1732). Ontvankelijke klachten stegen met 5 % van 297 in 2000 tot 313 in 2001. De Ombudsman opende 204 onderzoeken op grond van deze klachten, alsook 4 onderzoeken op zijn eigen initiatief.

Tegen wie ?

Het meeste van de ontvankelijke klachten (77 %) waren gericht tegen de Europese Commissie (83 % in 2000). De Ombudsman ontving 16 klachten (7 % van het totaal) tegen het Europees Parlement en 5 tegen de Raad (2%).

Aanklachten

Gebrek aan of weigering van informatie, vermijdbare vertraging, procedurele fouten en machtsmisbruik waren de meest voorkomende oorzaak van klachten. Problemen met aanbestedingen en met de instellingen gesloten contracten kwamen tevens regelmatig voor.

Van wie ?

De meeste klachten - 91 % - kwamen van individuele burgers. Bedrijven zonden 5 % van de klachten, en 4 % kwamen van verenigingen.

Duitsland zond het grootste aantal klachten - 17 % van het totaal, gevolgd door Spanje (14 %) en Frankrijk (12%).

De
VK Fr It Sp Nl Gr Be Pt Sw At Da Fi Ie Lu Andere 2001 Klachten 323 112 234 189 259 80 51 153 78 56 34 19 85 36 33 132 % van het totaal 17 6 12 10 14 4 3 8 4 3 2 1 5 2 2 7 2000 Klachten 213 141 279 193 222 52 46 126 58 58 88 19 76 40 36 85 % van het totaal 13 8 16 11 13 3 3 7 4 3 5 1 4 2 2 5 % EU bevolking 22 16 16 15 11 4 3 3 3 2 2 1 1 1 0,1

Welk resultaat ?

80 gevallen werden geregeld door de instellingen (vergeleken bij 76 in 2000), wat duidelijk aangeeft dat de EU administratie erop gesteld is om problemen op te lossen welke onder haar aandacht werden gebracht door de Ombudsman.

In 46 gevallen (vergeleken bij 31 in 2000) vond de Ombudsman het noodzakelijk om een kritische opmerking te maken. Er werden 13 ontwerpaanbevelingen gemaakt waarbij de instellingen werden verzocht om hangende problemen aan te pakken. Er werden 2 speciale verslagen voorgesteld aan het Parlement - één betrof discriminatie op grond van geslacht in de Commissie, de andere betrof toegang tot documenten van de Raad. (In 2000 waren er eveneens 13 ontwerpaanbevelingen en 2 speciale verslagen).

De Ombudsman verstrekte advies over wie te contacteren aan meer dan 900 burgers die klachten indienden die buiten zijn mandaat vielen. Hij beantwoordde tevens 2335 e-mail verzoeken om informatie, wat een stijging inhoudt van 85 % vergeleken met 2000.

Hoe lang ?

De gemiddelde tijd nodig om een onderzoek af te ronden was 289 dagen in 2001, vergeleken met 316 dagen in 2000. Op 31 december 2001 was de echte achterstand van zaken - namelijk het aantal onderzoeken van langer dan één jaar - 22, vergeleken met 35 op 31 december 2000.

BIJLAGE II :VOORBEELDEN VAN KLACHTEN IN 2001

Gebrek aan transparantie (916/2000/GG)

Raad geeft documenten vrij aan Statewatch na tussenkomst van de Ombudsman

Statewatch, een in het VK gevestigde groep welke de toepassing van burgerrechten in de EU controleert, klaagde bij de Ombudsman nadat de Raad had geweigerd toegang te geven tot de agenda's van de "Senior Level Groep" en de "EU-VS Task Force". De Raad stelde dat deze documenten niet "in het bezit waren van de Raad" maar van haar Secretariaat Generaal, een van de Raad "verschillende" instelling. De Ombudsman verwierp dit argument en onderstreepte het belang om de grootst mogelijke toegang van Europese burgers tot informatie te waarborgen en de noodzaak om de regels inzake toegang tot documenten te respecteren. De Raad herzag haar initieel besluit en gaf de klager toegang tot de documenten.

Vertraging in betaling (780/2000/GG)

Een Duits bedrijf ontvangt betaling en interest sinds 1995 na klacht bij de Ombudsman

Een Duits consulting bedrijf klaagde dat de Commissie na 6 jaar nog steeds de laatste sectie van een betaling niet had betaald. Het bedrijf had in 1994 het nodige programmaverslag en een financiële verklaring ingediend. De Ombudsman kwam tot de vaststelling dat de dossiers van het programma bijgehouden werden door het Bureau van Technische Bijstand (BTB) van de Commissie. Dat bureau was toen gesloten en de betreffende dossiers waren verzegeld door het Belgische gerecht, wat betekende dat de Commissie er geen toegang tot had. De Ombudsman concludeerde dat, alhoewel een deel van de vertraging gelegen kon zijn aan het gebrek van het BTB om de zaak te behandelen, de Commissie niet volledig vrijuit kon gaan. Tijdens de loop van het onderzoek bekwam de Commissie een kopie van de dossiers en betaalde het laatste deel van de subsidie alsmede interest vanaf 1995.

Vermijdbare vertraging (367/98/(VK)GG)

De Commissie regelt een klacht inzake bijkomstige verzekeringen voor haar plaatselijk personeel in Oostenrijk

De Ombudsman ontving een klacht van twee plaatselijke ambtenaren van de Vertegenwoordiging van de Commissie in Wenen. Ze beweerden dat de Commissie had nagelaten om bijkomende verzekeringen op te zetten voor het plaatselijk personeel die daar werkte. Overeenkomstig de regeling welke van kracht werd in 1994 was de Commissie verplicht om binnen een redelijke termijn dergelijke verzekeringsschema's op te zetten. Maar meer dan zes jaar later had de Commissie nagelaten dit te doen. In haar antwoord aan de Ombudsman stelde de Commissie dat ze een contract had gesloten met een bedrijf voor een bijkomende verzekering voor tijdelijke werkonbekwaamheid. De Commissie stemde er tevens mee in om bijkomende verzekeringspolissen op te zetten voor invaliditeit, overlijden en pensioen, met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 1995.

Nalaten (OI/3/2001/SM)

Het Directoraat personeel van het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek neemt maatregelen om de werkmethodes te verbeteren na een onderzoek van de Ombudsman

De Ombudsman startte een onderzoek op eigen initiatief naar het functioneren van het Directoraat in Ispra (Italië), nadat hij talrijke kritische opmerkingen diende te maken gaande van armzalige behandeling van ontvangers van subsidies tot onregelmatige aanwervingsprocedures en onrechtvaardige contractbepalingen. In antwoord op het onderzoek, kondigde het Directoraat maatregen aan zoals instructies aan het personeel om excessieve vertragingen te vermijden bij het beantwoorden van voorstellen in het kader van aanbestedingen, een intern computersysteem om de tijdslimieten voor het beantwoorden van correspondentie bij te houden, een gedecentraliseerde klachtenprocedure en een gecentraliseerd financieel controlesysteem.

Schending van de rechten van de verdediging (995/98/OV)

Commissie neemt regelen aan om de rechten van de burgers in inbreukprocedures te verdedigen na onderzoek van de Ombudsman

Een Grieks bedrijf klaagde bij de Commissie dat de Griekse overheden het EG recht inzake openbare aanbestedingen hadden geschonden met betrekking tot de toekenning van het project voor de bouw van de Metro van Thessaloniki. De klager klaagde daarna over de manier waarop de Commissie de zaak had onderzocht en gesloten. De Ombudsman concludeerde dat de Commissie de klager niet juist had geïnformeerd over de redenen voor het sluiten van haar onderzoek en dat ze de zaak had gesloten zonder de klager een werkelijke mogelijkheid te geven om verdere bewijzen naar voren te brengen.

De Ombudsman bekritiseerde de Commissie voor haar behandeling van de klacht en suggereerde dat een Code diende te worden opgesteld die diende te bepalen hoe de Commissie burgers moet behandelen in de administratieve fase van de inbreukprocedure. Op 20 maart 2002 legde de Commissie een Mededeling betreffende dit probleem voor aan de Ombudsman en het Europees Parlement.

Om deze alsook andere door de Ombudsman behandelde klachten te lezen, gelieve te gaan naar:
http://www.euro-ombudsman.eu.int/decision/en/default.htm