PGGM


Jaarverslag 2001 van PGGM: Transparantie als basis

PGGM - 9 April 2002

PGGM heeft met de financiële zorg voor meer dan een miljoen deelnemers en hun gezinsleden een grote maatschappelijke verantwoordelijkheid. Om hieraan invulling te geven, wordt een duurzaam beleid gevoerd, met transparantie en corporate governance als belangrijke pijlers. Naar onze overtuiging dragen helderheid en inzichtelijkheid bij tot efficiëntie en effectiviteit. Inzicht in de mogelijkheden, rechten en plichten van deelnemers, pensioengerechtigden en overige betrokkenen, en in de financiële positie van PGGM, leidt tot positieve betrokkenheid van ieder die belang heeft bij het pensioenfonds. Verantwoordelijkheid dragen betekent in de visie van PGGM het pro-actief verschaffen van openheid en duidelijkheid over alles wat van belang kan zijn voor de aangesloten instellingen, deelnemers en pensioengerechtigden, zowel vooraf als achteraf. Dit komt onder andere tot uiting in het begrip corporate governance

Corporate Governance
Voor PGGM heeft corporate governance twee invalshoeken. De eerste is het bieden van inzicht in het beleid, de gevolgde strategie, de daaraan verbonden risico's en de maatregelen die zijn genomen om deze risico's te beheersen. Hierbij hoort ook het afleggen van een duidelijke verantwoording tegenover alle betrokkenen bij het fonds. De tweede invalshoek is dat PGGM op zijn beurt verlangt dat ondernemingen waarin wordt belegd, transparant zijn in de besturing van hun organisatie en de wijze waarop verantwoording wordt afgelegd. PGGM heeft in het verleden zijn uitgangspunten voor het externe corporate governance beleid geformuleerd. PGGM is als invulling van dit beleid mede-initiatiefnemer en medeoprichter van de Stichting Corporate Governance Onderzoek voor Pensioenfondsen (SCGOP). Doelstelling is de aandeelhouderswaarde op lange termijn te verbeteren. In Nederland treedt PGGM actief op tijdens aandeelhoudersvergaderingen.

Premieperspectief
PGGM biedt een kwalitatief hoogwaardige pensioenregeling, tegen een zo laag mogelijke en stabiele premie. Sinds 1998 heeft PGGM het premie- en beleggingsbeleid geïntegreerd en optimaal afgestemd op de loonvaste ontwikkeling van de pensioenverplichtingen. Op basis van deze integratie heeft een verschuiving plaatsgevonden in de strategische beleggingsmix richting zakelijke waarden. Tevens vond er een bijstelling plaats van de grondslagen voor beleggingsrendement en loongroei. Op basis hiervan is een structureel premieniveau bepaald dat via gedempte premiestijgingen in 2004 bereikt zou worden. Tot 2001 beantwoordde de economische omgeving van PGGM aan de veronderstellingen van de migratiepaden. De combinatie van een ruime loonontwikkeling en het negatieve rendement in 2001 noodzaken tot grotere premiestijgingen dan in 1998 werd voorzien. Besloten is dan ook het pad van gedempte premiestijgingen te verlaten. Naar alle waarschijnlijkheid zullen de premies in 2003 daardoor stijgen met de maximaal toegestane sprongen van 1,75% over salaris AOW-franchise (pensioen) en 0,5% over salaris (FLEX-pensioen). In totaal een premiestijging van 1,5% van het salaris. Met het terugkeren naar de oorspronkelijke dempingsregels vertrouwt PGGM er op het huidige pensioenproduct te kunnen blijven leveren.

Strategische koers
PGGM geeft inhoud aan maatschappelijk breed gedragen opvattingen door modernisering en flexibilisering van zijn pensioenproducten, versterking van de relatie met de pensioendeelnemers en een verdere professionalisering van de uitvoering van de pensioenregelingen. Een consequentie van deze taakopvatting is dat PGGM naast de collectieve, ook individuele pensioenproducten aanbiedt. In 2001 heeft PGGM nieuwe, aanvullende pensioenproducten ontwikkeld onder de naam PGGM Extra Pensioen. Binnenkort wordt begonnen met het aanbieden van deze producten aan de deelnemers.

Verzekeringsproducten worden aangeboden door PGGM-dochter Careon, tot
1 januari 2002 PGGM Verzekeringen geheten. Ook wordt tegemoet gekomen aan de toenemende vraag naar advisering over de invulling van het arbeidsvoorwaardenbeleid in de sector Zorg & Welzijn.

Resultaten en benchmarking
Door de sterk negatieve ontwikkelingen in de meeste financiële markten was het beleggingsresultaat in 2001 teleurstellend.. De gedaalde aandelenkoersen hadden een drukkend effect op het totale beleggingsresultaat, dat uitkwam op -6%. Hiermee kwam het resultaat 0,9 procentpunt lager uit dan de eigen benchmark die maatgevend is. PGGM focust primair op de lange termijn, omdat een beleggingsmix met veel zakelijke waarden op langere termijn beter rendeert. Over de afgelopen vijf jaar is gemiddeld bezien aanzienlijk beter gepresteerd dan WM-index (Nederlandse pensioenfondsen exclusief ABP en PGGM). Over de afgelopen vijf jaar bezien bedroeg het gemiddelde rendement 10,9% voor PGGM en 8,6% voor de WM-index. Over de afgelopen tien jaar bezien bedroef het gemiddelde rendement 11,7% voor PGGM en 10% voor de WM-index.

De underperformance in 2001 wordt vrijwel volledig veroorzaakt door de underperformance van de private equity portefeuille ten opzichte van de benchmark die wordt gehanteerd. Deze benchmark is gerelateerd aan de ontwikkeling van beursgenoteerde aandelen. Deze was minder negatief dan de ontwikkeling van de private equity portefeuille zelf. Op commodities en vastgoed is een outperformance gerealiseerd ten opzichte van intern gehanteerde benchmarks. Aandelen en vastrentende waarden hebben vrijwel in lijn met hun benchmarks gepresteerd.

Het aantal deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden steeg in 2001 tot ruim 1,65 miljoen. Het aantal aangesloten instellingen nam toe tot 14.300.