Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
Aanpak bouwregels komende jaren vooral richten op verbeteren handhaving (9-4-2002)
Bij de aanpak van de bouwregelgeving zal de komende jaren
vooral het accent liggen op de verbetering van de kwaliteit van het
toezicht, de controle en de handhaving van de regels. Daarbij zal
de aandacht meer gericht worden op de bestaande voorraad gebouwen.
Op de langere termijn wordt gestreefd naar een goed evenwicht
tussen eenvoudiger en minder regels, betere afstemming tussen
diverse regels, voldoende waarborg voor veiligheid en gezondheid en
handhaving.
Nut en noodzaak van een zogenoemd gebouwendossier wordt dit jaar verder
uitgezocht, waarbij gebouwen met de hoogste risico's op het punt van
brandveiligheid en gezondheid prioriteit krijgen. Staatssecretaris Remkes (VROM)
schrijft een en ander in een beleidsbrief ("Agenda bouwregelgeving 2002- 2006")
aan de Tweede Kamer.
Handhaving
Het kabinet wil in hoog tempo de kwaliteit van het toezicht,
controle en handhaving verbeteren, zowel preventief en tijdens de
bouw als later in de gebruiksfase van een gebouw.
De afgelopen jaren heeft regelmatig onderzoek van de VROM
-inspecties bij de diensten Bouw en Woningtoezicht van de gemeenten
aangetoond dat er forse verbeteringen mogelijk zijn bij de
behandeling van bouwvergunningaanvragen en de controle tijdens de
bouw. Verder heeft de cafébrand in Volendam de noodzaak van
een stringentere controle en handhaving tijdens de gebruiksfase van
een gebouw aangetoond. Ook het feit dat de nieuwbouw van woningen
jaarlijks slechts één procent toevoegt aan de totale
voorraad woningen laat zien dat er naast een goede handhaving van
de nieuwbouwregels meer aandacht moet komen voor de andere 99
procent: de bestaande gebouwenvoorraad. Op dit punt zal
nadrukkelijker wettelijk worden vastgelegd dat de eigenaar van een
gebouw zelf verantwoordelijk is voor het voldoen aan de
bouwtechnische - en gebruikseisen, zoals brandveiligheidseisen. Het
kabinet streeft ernaar deze veranderingen op 1 januari 2004 in
werking te laten treden. Zoals bekend zijn de drie inspecties van
VROM begin dit jaar samengevoegd; zij zijn nu uitsluitend gericht
op handhaving van VROM-regels. Dat houdt ook in dat het 'tweede-
lijnstoezicht' op de manier waarop gemeenten hun toezicht en
handhaving uitoefenen wordt geïntensiveerd en verbreed naar
alle gebouwen in plaats van alleen woningen.
De minister van VROM krijgt verder de bevoegdheid om B en W van
een gemeente op te dragen handhavend op te treden. Als ze dat niet
doen kan de minister in de toekomst de handhavingsactie op kosten
van de gemeenten laten uitvoeren.
Afstemming
Bij het regeerakkoord is afgesproken dat er zoveel mogelijk
overbodige bouwregels geschrapt zouden worden. Voor een deel is dat
gebeurd door een aantal regels uit het Bouwbesluit te schrappen,
voor een ander deel door meer vergunningsvrije bouwwerken toe te
staan.
De aandacht zal in de komende jaren meer zijn gericht op een betere
afstemming van alle regels waarmee een eigenaar van een nieuw te
bouwen of bestaand gebouw te maken krijgt. Daarbij gaat het niet
alleen om bouwvoorschriften zoals het Bouwbesluit, maar ook om
planologische, milieu, horeca en ARBO-regels. Zo kan een eigenaar
van een horecabedrijf bij het toezicht op de plaats van een
brandblusapparaat te maken krijgen met zes overheidsinstanties:
brandweer, bouw- en woningtoezicht, arbeidsinspectie, milieudienst,
Keuringsdienst van waren, en soms (in verband met
openbare-ordeaspecten) de politie. En voor het slopen van een
bouwwerk zijn soms drie sloopvergunningen van het zelfde bevoegd
gezag nodig zijn.
De cumulatie en versnippering van regelgeving maakt de toepassing,
naleving en handhaving moeilijk. Door die complexiteit aan te
pakken denkt het kabinet grote winst te kunnen behalen, waarbij het
perspectief van de burger uitgangspunt is. Er wordt aangesloten bij
de fasen die een burger doorloopt in het bouwproces: locatie, bouw
en gebruik.
Alle publiekrechtelijke voorschriften en procedures die betrekking
hebben op de bouw zullen daarom beter worden geïntegreerd en
gecoördineerd en verder ook landelijk geüniformeerd. De
bedoeling is dat een en ander, dus ook de bouwparagraaf van de
Woningwet, wordt opgenomen in een Bouwwet die op 1 januari 2006 in
werking kan treden.
Gebouwdossier
Het kabinet is nog niet toe aan de concrete introductie van een
'gebouwdossier' zoals voorgesteld door het Overlegplatform
Bouwregelgeving, waarin alle bij de bouwregels betrokken partijen
zijn vertegenwoordigd. Zo'n gebouwdossier moet een goed beeld geven
van de (gebruiks) technische staat van een gebouw. Door periodieke
keuring kan dat actueel blijven. Gebleken tekortkomingen kunnen dan
verholpen worden door de eigenaar of gebruiker. Zo wordt de burger
nadrukkelijker aangesproken op zijn verantwoordelijkheid voor de
kwaliteit van het bouwwerk. Het dossier kan ook als basis dienen
voor het oordeel of het gebouw voldoet aan de voorschriften.
Het kabinet ziet allerlei mogelijkheden van het gebouwdossier, maar
wil eerst een verdere uitwerking van het voorstel, toegespitst op
gebouwen waarbij vooral veiligheid en gezondheid een belangrijke
rol spelen, zoals gebouwen met een horeca-, onderwijs- of
zorgfunctie, pensions en studentenhuizen.
Verder moeten eerst nog een aantal vragen worden beantwoord over
bijvoorbeeld de financiële aspecten en de administratieve en
bestuurlijke lasten voor eigenaar en gemeente. Vermeden moet worden
dat er een te grote bureaucratie rond het gebouwdossier ontstaat.
Naar verwachting zullen de uitkomsten van de concretisering begin
2003 bekend zijn.
( bron: http://www.vrom.nl/pagina.html?id=1&goto=7196&site=persbericht )
---