Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
De Voorzitter van de Vaste Commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en
Visserij
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van
uw kenmerk
ons kenmerk
viss/02/2608
datum
02-04-2002
onderwerp
Economische benutting
bijlagen
Geachte voorzitter,
Op 20 februari j.l. heb ik u bericht over de wijze waarop ik uitvoering heb gegeven aan mijn toezegging aan uw Commissie om de visstandbeheercommissies (VBC's) aan te schrijven en te manen tot meer spoed inzake het maken van afspraken over economische benutting. Over deze oproep is veel beroering ontstaan in de sportvisserijsector. Naast e-mailverkeer en een handtekeningenactie hebben de sportvisserij-organisaties (de Nederlandse Vereniging van Sportvissersfederaties (NVVS) en de Nederlandse Autonome Sportvisserij Organisaties (NASO)) aangegeven met onmiddellijke ingang de actieve bijdrage aan de Stuurgroep Binnenvisserij en de daaronder ressorterende werkgroepen te staken. Mij is gebleken dat de reacties vanuit de sportvisserijsector voor een deel gebaseerd zijn op misverstanden. In mijn brief aan de NVVS en de NASO (bijgevoegd) heb ik deze misverstanden weggenomen en nogmaals uiteengezet binnen welke randvoorwaarden en op welke wijze afspraken over economische benutting in mijn visie dienen te worden gemaakt. Tevens heb ik aangegeven het van belang te achten de samenwerking in de Stuurgroep Binnenvisserij en de werkgroepen zo snel mogelijk te herstellen.
datum
02-04-2002
kenmerk
viss/02/2608
bijlage
Ik stel echter ook vast dat het noodzakelijk is om de implementatie
van het Beleidsbesluit Binnenvisserij een nieuwe impuls te geven. Deze
dient gericht te zijn op een versterking van de samenwerking met de
NVVS en NASO en de Combinatie van Beroepsvissers. De Stuurgroep
Binnenvisserij en de daaronder ressorterende werkgroepen is daartoe
een belangrijk gremium. Voorts dient deze impuls gericht te zijn op
het maken van aanvullende afspraken over de wijze waarop de
beleidspunten van het Beleidsbesluit Binnenvisserij verder dienen te
worden uitgevoerd. Het mogelijk maken van economische benutting (onder
een aantal wezenlijke randvoorwaarden) vormt daarbij een belangrijk
onderdeel.
Namens mij zijn de NVVS en de NASO inmiddels uitgenodigd voor overleg
hierover.
Mijn inzet is erop gericht dat dit overleg op zo kort mogelijke
termijn zal plaatsvinden. Uiteraard zal ook overleg plaats vinden met
de Combinatie van Beroepsvissers en - zo nodig - met andere
belanghebbende organisaties. Over de uitkomsten van dit overleg zal ik
u informeren.
Gegeven de ontstane situatie acht ik het niet realistisch om on het
tijdsbestek van drie maanden zoals u is toegezegd per (1 juni a.s.) de
balans op te kunnen maken van de in VBC-verband gemaakte afspraken
over economische benutting. Ik zal de VBC's en de visrechthebbenden en
de vergunninghouders hierover informeren. Wel zal ik stimuleren dat
tussen alle betrokken partijen op landelijk niveau op korte termijn
afspraken zullen worden gemaakt over het te hanteren instrument voor
de economische benutting. Dit kan geschieden op basis van het door de
Organisatie ter Verbetering van de Binnenvisserij (OVB) ontwikkelde
benuttingsmodel en de op verzoek van de beroepsvisserij uitgevoerde
'second-opinion'. Voorts zal de OVB, die in het VBC-traject optreedt
als procesbegeleider, rapporteren over de voortgang.
De staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,
G.H. Faber
---