Gemeente Bergen op Zoom


Meningokokkenziekte

Wat is Meningokokkenziekte
Hoe wordt de bacterie overgebracht?
Wat zijn de verschijnselen?
Wanneer de huisarts waarschuwen?
Wat u kunt doen om de ziekte te voorkomen
Vaccinatie
Meer weten?

Het is begrijpelijk dat ouders zich ongerust maken als er meningokokkenziekte voorkomt in hun naaste omgeving. Na een melding aan de GGD in de regio, neemt de GGD echter altijd meteen passende maatregelen. Er is op jaarbasis een (geringe) stijging van het aantal gevallen van meningokokkenziekte. Zelfs als de ziekte in de naaste omgeving voorkomt, is er slechts een erg kleine kans dat andere kinderen ook ziek worden.
Sinds het najaar van 2001 wordt de ziekte in de helft van de meningokokkengevallen veroorzaakt door 'type C'. Tegen dit type meningokokkenziekte is nu inenting mogelijk. Omdat de ziekte vooral voorkomt bij kinderen en jongeren, heeft minister Borst van Volksgezondheid besloten dat alle kinderen van 14 maanden tot 19 jaar snel gevaccineerd worden tegen meningokokken type C. Deze zomer wordt hiermee een begin gemaakt. Jongeren van 15 tot 19 jaar komen het eerst aan de beurt. Ook dan blijft er echter nog steeds een kleine kans dat een kind meningokokkenziekte door type B krijgt.

Wat is meningokokkenziekte?
Meningokokkenziekte is een verzamelnaam voor ziekteverschijnselen die veroorzaakt worden door de meningokokbacterie. Deze bacterie bevindt zich bij een groot aantal mensen als een onschuldige gast in de neus- en keelholte, zonder dat zij daar ziek van worden. Zolang de bacterie in de neus of keel zit, is er niets aan de hand. Iemand wordt pas ziek als de bacterie kans ziet om door de beschermende slijmvlieslaag heen in het bloed te komen. Dan kan een hersenvliesontsteking (meningitis) of bloedvergiftiging ontstaan. Waarom dit gebeurt is nog niet duidelijk. De ziekte kan dus altijd ontstaan, ook als er geen contact is geweest met iemand uit uw omgeving die de ziekte heeft. Het is belangrijk dat de ziekte snel wordt ontdekt. In dit artikel leest u wat de verschijnselen zijn en wanneer u uw huisarts moet waarschuwen. Naar boven

Hoe wordt de bacterie overgebracht?
Bij spreken, hoesten, niezen komen piepkleine druppeltjes met bacteriën vrij. Mensen die nauw contact hebben met zieken, maar ook met gezonde personen die de bacterie in hun neus of keel hebben, kunnen deze druppeltjes inademen en besmet worden. De bacteriën kunnen ook overgedragen worden door zoenen. De kans om na besmetting ziek te worden is erg klein.
Naar boven

Wat zijn de verschijnselen?
De ziekte begint meestal met koorts, daarnaast kunnen ook de volgende verschijnselen optreden: spierpijn, koude rillingen, misselijkheid en braken, gevolgd door hoofdpijn, vooral bij het buigen van het hoofd (nekstijfheid). Wanneer er sprake is van bloedvergiftiging zijn de belangrijkste verschijnselen: (paars)rode vlekjes in de huid (huidbloedinkjes) en sufheid. Vooral de huidbloedinkjes zijn karakteristiek voor bloedvergiftiging. Deze kunnen voorkomen op de romp en op armen en benen. In het begin zijn ze een tot twee millimeter groot. Later kunnen de rode puntjes groter en paarser worden en met elkaar vervloeien. De bloedinkjes verdwijnen niet wanneer u ze probeert weg te drukken met een glas. Bij zeer kleine kinderen zijn ziekteverschijnselen soms moeilijk te onderscheiden van andere ziekten. Baby's zijn algemeen ziek, drinken slecht, kunnen grauw zien en slaperig zijn. Daarnaast kunnen zij prikkelbaar zijn. Dit valt op doordat zij ongewoon huilen, (vooral bij het verwisselen van de luier) of doordat zij onwillekeurige schokjes van het lichaam vertonen.
In de volksmond heet de ziekte 'nekkramp'. Dit kan tot misverstanden leiden. Vaak gaat men er vanuit dat er altijd sprake moet zijn van hoofdpijn of nekstijfheid. Dit is niet het geval! Als er sprake is van bloedvergiftiging kunnen deze kenmerkende verschijnselen afwezig zijn.

De tijd tussen besmetting en het optreden van de eerste ziekteverschijnselen is ongeveer twee tot tien dagen, maar gemiddeld drie tot vier dagen.
Naar boven

Wanneer de huisarts waarschuwen?
Wanneer iemand ziekteverschijnselen heeft zoals hierboven beschreven, en als u de situatie niet vertrouwt, neem dan contact op met de huisarts. Doe dit altijd onmiddellijk wanneer u (paars)rode vlekjes ziet die u niet weg kunt drukken!
Naar boven

Wat u kunt doen om de ziekte te voorkomen
Wanneer in uw omgeving meningokokkenziekte is geconstateerd, kunt u zelf een aantal maatregelen nemen om de ziekte zo veel mogelijk te voorkomen. (Dit zijn algemene maatregelen die eigenlijk altijd genomen moeten worden om ziekte te voorkomen).


· Voorkom extreme oververmoeidheid en zorg voor een goede voeding.
· Niet niezen of hoesten in de gezichten van anderen, altijd de hand voor de mond houden of een papieren zakdoek gebruiken.
· Ventileer de woonruimte (of klaslokaal) goed door regelmatig ramen open te zetten.

· Het is belangrijk om gedurende ongeveer een maand na een ziektegeval in de directe omgeving alert te zijn op ziekteverschijnselen.

Een behandelend arts zal in het gezin en soms na overleg met de GGD ook andere personen in de directe omgeving van het zieke kind antibiotica adviseren. Buiten een gezin komt het hoogst zelden voor dat een tweede persoon ziek wordt. Afhankelijk van de situatie beoordeelt de GGD welke maatregelen eventueel nodig zijn. Er is geen enkele reden om kinderen thuis te houden of de peuterspeelzaal of school te sluiten.
Naar boven

Vaccinatie
Er is sinds 2001 een nieuw vaccin tegen meningokokkenziekte type C. Vanaf 1 september wordt de vaccinatie tegen meningokokken C opgenomen in het Rijksvaccinatieprogramma. Daarop vooruitlopend begint deze zomer de inenting van jongeren van 15 tot en met 18 jaar en in het najaar de inenting van kinderen van 14 maanden tot en met 14 jaar. De vaccinatie beschermt kinderen gedurende hun hele jeugd alleen tegen meningokokkenziekte door type C. Bijwerkingen zijn over het algemeen mild en doen zich voor op de dag van vaccinatie of een dag erna. Het gaat vooral om lokale klachten zoals een pijnlijke arm. Soms treedt, afhankelijk van de leeftijd, koorts of hangerigheid op. Wanneer ouders in individuele gevallen toch hun kind al vóór de landelijke inentingscampagne willen laten inenten tegen meningokokken type C worden de kosten van vaccinatie meestal niet vergoed. In het kader van het Rijksvaccinatieprogramma worden kinderen tegenwoordig al wel ingeënt tegen hersenvliesontsteking veroorzaakt door de bacterie Haemofilus influenza type b (Hib-vaccinatie). Er is nog geen werkzaam vaccin tegen de ook voorkomende meningokokkenziekte type B.

Ook na vaccinatie is er dus nog steeds een kleine kans dat iemand de meningokokkenziekte krijgt.
Naar boven.

Meer weten?
Voor meer informatie kunt u de internetpagina van GGD West-Brabant raadplegen: www.ggdwestbrabant.nl. Voor informatie over de landelijke inentingscampagne kunt u bellen met het landelijke informatienummer 0800-3008051.
Verder kunt u voor informatie terecht bij de GGD West-Brabant, Zuidoostsingel 21 Bergen op Zoom, telefoon: (0164) 28 74 15. Openingstijden: maandag tot en met donderdag van 9.00 - 14.00 uur. U bent ook welkom bij Thuiszorg Breda, Wilhelminasingel 5, geopend van maandag t/m vrijdag van 8.30 - 17.30 uur, telefoon: (076) 526 55 55. Naar boven