Vrije Universiteit Amsterdam
Informatie voor de pers. Vrije Universiteit Amsterdam.
13/03/2002
---
Inzamelen voor het goede doel: overheidsregulering of niet?
Het inzamelen van geld of goederen voor het goed doel heeft een grote
maatschappelijke betekenis. Er zitten echter nog veel hiaten in de
beschikbare kennis van - en informatie over - het inzamelen voor het
goede doel. Zo willen burgers of bedrijven die geld aan een goed doel
geven, zeker weten dat het geld ook op de beoogde plaats terechtkomt.
Enig toezicht op het doen en laten van inzamelende personen of
instellingen is dan ook nodig. Tot op heden is de overheidsbemoeienis
met het toezicht op charitatieve en algemeen nuttige instellingen zeer
beperkt. Daaraan ligt de idee ten grondslag dat het zelfregulerend
vermogen van de sector groot genoeg is. Het is echter de vraag of dat
nog steeds zo is.
Het Zwaartepunt Overheid en Particulier Initiatief (OPI) en het
Centrum voor Filantropie van de Vrije Universiteit organiseren op 28
maart 2002 een symposium onder de titel Inzamelen voor het goede doel.
Controle op inzameling: overheidsingrijpen of zelfregulering? Tijdens
deze bijeenkomst worden praktische en juridische consequenties van
mogelijke politieke keuzes ten aanzien van overheidsregulering aan de
orde gesteld.
Aanleiding voor het symposium is het onlangs verschenen boek Inzamelen
voor het goede doel maatschappelijke en juridische aspecten van een
onderbelicht verschijnsel. Dit boek is verschenen in de reeks
Zwaartepunt OPI van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de VU.
Rondom dit thema heeft zich binnen die faculteit een onderzoeksgroep
gevormd, bestaande uit onderzoekers van uiteenlopende juridische
disciplines. Het OPI richt zich op vraagstukken waarbij overheid en
particulier initiatief beide betrokken zijn. Het gaat daarbij ook om
de vraag of taken die de overheid uitoefent ook door het particulier
initiatief en/of het bedrijfs-leven kunnen worden uitgeoefend. In het
boek Inzamelen voor het goede doel gaan de onder-zoekers nog verder:
behalve de juridische, worden ook de verschillende sociologische en
politieke aspecten van de inzameling in kaart - en met elkaar in
verband - gebracht. Zo gaat het boek onder meer in op de geschiedenis,
de sociologie en de organisatie van het inzame-lingswezen, de fiscale
aspecten van fondsenwerving, de behoefte aan een vergunningstelsel
voor fondsenwerving en het belang van fondsenwerving en inzameling
voor politieke partijen in zowel de VS als Nederland. Het boek is
daarmee een goed voorbeeld van de multi-disciplinaire aanpak die de VU
hanteert bij de bestudering van filantropie en fondsenwerving.
Het boek staat onder redactie van mr. J. Struiksma en mr. W.J.M. van
Veen, respectievelijk UHD Staats- en bestuursrecht en UD Privaatrecht
aan de rechtenfaculteit van de VU. Beiden hebben ook als auteurs aan
het boek bijgedragen. De heren Struiksma en van Veen houden tijdens
het symposium een lezing, waarna er gelegenheid is tot discussie.
Zowel forumleden als aanwezigen in de zaal kunnen hieraan deelnemen.
De forumleden zijn:
* prof.dr. Th.N.M. Schuyt, bijzonder hoogleraar Filantropie,
Sponsoring en Vrijwilligerswerk aan de Vrije Universiteit
Amsterdam
* drs. H.W.G. Remme, projectleider bij de Directie Preventie, Jeugd
& Sanctiebeleid van het Ministerie van Justitie
* dhr. P.P.A. Beerkens, voorzitter bij de Vereniging van
Fondsenwervende Instellingen.
* prof. Mr T.J. van der Ploeg, hoogleraar Privaatrecht aan de
Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de Vrije Universiteit
Amsterdam en coördinator van het Zwaartepunt Overheid-Particulier
Initiatief (OPI).
* mevr. drs. L.H. van Deth, adjunct directeur van het Centraal
Bureau Fondsenwerving (CBF).