THE BOSTON CONSULTING GROUP

Maakindustrie in Zuid-Nederland; Urgentie tot verder professio

De maakindustrie in Brabant en Limburg staat op een keerpunt. Voor het voortbestaan van deze economisch zo belangrijke sector is het noodzakelijk dat er een veranderingsproces op gang komt. N.V. Industriebank LIOF en de N.V. Brabantse Ontwikkelings Maatschappij stelden vandaag een actieplan op samen met ruim 200 Brabantse en Limburgse ondernemers in De Ruwenberg te St. Michielsgestel.

Om de internationale concurrentie ook in de toekomst aan te kunnen, zal de maakindustrie voortdurend moeten professionaliseren. De fabrikanten van eindproducten (OEM'ers) ontwikkelen zich steeds meer tot 'kop-staart' bedrijven die vaker delen van de productie uitbesteden. Zij hebben daarom behoefte aan hoogwaardige toeleveranciers in hun omgeving. Van de toeleverancier vraagt dit steeds meer kennis en innovatiekracht om aan de eisen van de OEM'er te kunnen voldoen. Dat is één van de belangrijkste conclusies van het onderzoek naar de toekomst van de Zuid-Nederlandse maakindustrie dat The Boston Consulting Group (BCG) onder leiding van Hans Wijers en Jaap de Jong, partners van BCG, uitvoerde voor BOM en LIOF.

Met name op het gebied van productontwikkeling, leveranciersmanagement en ketenmanagement zullen toeleveranciers volgens BCG moeten investeren. Wanneer toeleveranciers over deze kennis beschikken dan kunnen ze een belangrijk gedeelte van de activiteiten van de uitbesteders overnemen. Om de risico's en kosten, die hiermee gemoeid zijn, te kunnen dragen zullen ze tevens moeten streven naar schaalvergroting en naar spreiding van activiteiten over meerdere marktsectoren en eindgebruikers. Dat laatste maakt hen tot kennis- en deskundigheidscentra voor hun klanten. Gevolg hiervan is dat er bij de toeleveranciers op termijn geen plaats meer is voor laagwaardiger productie. Zij zullen die op hun beurt weer moeten uitbesteden, veelal naar lagelonenlanden.

Bij het versterken van de maakindustrie is de rol van de regio zowel voorwaardenscheppend als pro-actief. In voorwaardenscheppende zin moet gedacht worden aan het versterken van kennisnetwerken in de regio, het wegnemen van knelpunten, het realiseren van een goede infrastructuur en ook aan behoud van gekwalificeerd personeel. BOM en LIOF zullen als regionale ontwikkelingsmaatschappijen in dit verband gezamenlijke initiatieven nemen.

Pro-actief richten zij zich op

- versterking van de samenwerking in de waardeketen
- vorming van technologie- en/of innovatieclusters (o.a.intelligente systemen en automotive)

- versterking van de samenwerking tussen bedrijfsleven en kennisinfrastructuur

- versterking van het imago van de maakindustrie Vergelijkbare regio's in het buitenland, die al een succesvolle ombuiging hebben gemaakt, dienen daarbij als voorbeeld.

Het project PiStar van BOM en LIOF, waarvan het onderzoek van BCG de eerste activiteit was, voorziet al in een aantal pilot-projecten die de samenwerking tussen een uitbesteder en toeleverancier verbeteren. Ook aan de overige thema's zal op korte termijn actief vorm gegeven moeten worden.

De maakindustrie is voor de economische structuur van Zuid-Nederland zeer belangrijk. De sector levert, na de zakelijke dienstverlening, de grootste toegevoegde waarde en biedt werk aan zo'n 150.000 werknemers. De hoge kennisintensiviteit blijkt o.a. uit het feit dat bijna 50% van de industriële investeringen in R&D in Zuid Nederland plaats vinden.

Inlichtingen:

N.V. Brabantse Ontwikkelings Maatschappij; Harriet Pijnappels / Dieuwke Hoogland
Tel: 013 463 44 00
E-mail: HPijnappels@bom.nl

N.V. Industriebank LIOF; Frans Ridderbeekx
Tel: 043 3 280 280; 0654 385 300
E-mail: FRidderbeekx@liof.nl

The Boston Consulting Group; Vie Blonk
Tel: 035 54 868 00
E-mail: ams.marketing@bcg.com

PS:Een gedrukte versie van het rapport kan worden opgevraagd via email: pistar @liof.n
Een digitale versie kan worden gedownload vanaf: www.liof.nl en www.bom.nl

27 mrt 02 17:00