Open brief Steungroep aan SER over WAO-advies
OPEN BRIEF
Aan: De leden van de Sociaal Economische Raad
Betreft: WAO-ADVIES, 22-02-2002
Groningen, 20 maart 2002
Dringende oproep om het concept-advies over de wao af te wijzen
Vrijdag 22 maart beslist u of u het conceptadvies met betrekking tot de WAO
zult overnemen. Uw beslissing kan voor veel mensen grote gevolgen hebben,
met name voor de werknemers die in de toekomst ziek en arbeidsongeschikt
zullen worden. Ook het effect op de huidige arbeidsongeschikten moet niet
onderschat worden. De groep waar het om gaat, chronisch zieken,
gehandicapten en arbeidsongeschikten, heeft in de SER geen stem en is tot nu
toe niet gehoord. Wij hebben de SER al eerder over dit onderwerp geschreven
en doen dat nu nog eens.
Wat bekend is geworden over het concept-advies verontrust ons zeer. De
discussie lijkt verengd te worden tot de vraag of de WAO-uitkering wel of
niet verhoogd moet worden, of er wel of geen aanvulling in het tweede
ziektejaar is toegestaan en of de PEMBA-boete voor werkgevers wel of niet
afgeschaft moet worden. Natuurlijk zijn dit belangrijke onderwerpen, maar
volgens ons zijn andere onderwerpen nog belangrijker.
Biedt het stelsel van verzekering bij arbeidsongeschiktheid wel genoeg inkomensbescherming aan de totale groep van geheel en gedeeltelijk arbeidsongeschikten of worden er groepen van die inkomenszekerheid uitgesloten? Deze vraag is volgens ons belangrijker dan de vraag of de uitkering voor een zeer kleine groep wel of niet moet worden verhoogd.
Wordt er werkelijk alles aan gedaan om te voorkomen dat werk leidt tot
arbeidsongeschiktheid? En wordt alles op alles gezet om het werk aan te
passen aan de beperkingen van mensen met een chronische ziekte of handicap?
Deze vragen vinden wij belangrijker dan de vraag of de PEMBA-boete wel of
niet afgeschaft moet worden.
Het gaat niet om de oorzaak, maar om de gevolgen van ziekte
Een korte terugblik. Na invoering van de wet TBA in 1993 bleek dat bepaalde
groepen arbeidsongeschikten vaak werden uitgesloten van de WAO. Het ging om
mensen met een ziekte waarbij vaak (nog) geen lichamelijke afwijkingen
zichtbaar zijn of waarvan de oorzaak (nog) onbekend is, bijvoorbeeld RSI,
fibromyalgie, rugklachten, vermoeidheid na kanker, OPS en het chronisch
vermoeidheidssyndroom ME/CVS. De, vaak ernstige, beperkingen van deze mensen
op het gebied van werk werden in veel gevallen niet bij de beoordeling van
hun arbeidsongeschiktheid betrokken vanwege de misvatting dat hun ziekte
'niet medisch objectief vast te stellen' zou zijn. De Steungroep ME en
Arbeidsongeschiktheid heeft dit onrecht aan de kaak gesteld en is,
uiteindelijk met steun van een groot aantal andere organisaties van
chronisch zieken, arbeidsongeschikten en werknemers, opgekomen voor een
wettelijke regeling om deze uitsluiting tegen te gaan. Die is er
uiteindelijk gekomen in juli 2000, het 'Schattingsbesluit
arbeidsongeschiktheidswetten'. Volgens dit besluit moeten bij de beoordeling
van arbeidsongeschiktheid de gevolgen van ziekte centraal staan en niet de
oorzaak van de ziekte en ook niet de diagnose. Bij dezelfde diagnose kunnen
de beperkingen in het ene geval immers veel groter zijn dan in het andere
geval. En, ook al is de oorzaak van een ziekte (nog) niet precies bekend,
zoals bijvoorbeeld vroeger bij Multiple Sclerose en nu bij ME/CVS, daar
worden de gevolgen niet minder ernstig van. In de politiek was een aantal
jaren kamerbrede overeenstemming over dit uitgangspunt. Nu dreigt dit
verlaten te worden.
Uitsluiting van arbeidsongeschikten onverantwoord en a-sociaal
Werken met een lijst waarin staat welke ziektes wel en welke geen toegang
geven tot de WAO, of welke ziektes wel en welke niet leiden tot duurzame
volledige arbeidsongeschiktheid leidt zeker opnieuw tot uitsluiting van
grote groepen arbeidsongeschikten van een arbeidsongeschiktheidsuitkering.
Een dergelijke lijst kan niet op verantwoorde wijze worden gemaakt. Uit de
losse pols wat ziektes noemen die bij arbeidsongeschiktheid geen recht mogen
geven op WAO is stemmingmakerij. Arbeidsongeschikten met genoemde ziektes
(ME/CVS, Whiplash, overspannendheid, burnout, rugklachten,
verslavingsziektes, persoonlijkheidsstoornissen en slijtage aan het
bewegingsapparaat) kunnen daarvan nu al negatieve gevolgen ondervinden,
bijvoorbeeld bij keuringen.
Niet alleen is de medische kennis niet toereikend voor het op betrouwbare
wijze vaststellen van de beoogde lijst, het is bovendien principieel
onmogelijk. De aard en omvang van de beperkingen vloeit nooit rechtstreeks
voort uit de diagnose maar is afhankelijk van een groot aantal andere
factoren, zoals professionele verzekeringsgeneeskundigen kunnen vertellen.
Het criterium dat er binnen vijf jaar geen herstel te verwachten mag zijn om
in aanmerking te komen voor een WAO-uitkering betekent armoede voor grote
groepen arbeidsongeschikten.
Uit statistische gegevens over het ziekteverloop bij een bepaalde diagnose
kan niet worden afgeleid hoe het verloop in een individueel geval zal zijn.
Bovendien kunnen deze statistieken door nieuwe behandelingsmethoden snel
verouderen. En ook al zou iemand over een aantal jaren herstellen, dat
betekent niet dat hij nu kan werken. Deze groep, de volledig maar 'niet
duurzaam' arbeidsongeschikten in het SER-jargon, via de WW naar
bijstandsniveau laten vallen is wel het meest a-sociale onderdeel van het
concept-advies.
De Steungroep ME en Arbeidsongeschiktheid is van mening dat
arbeidsongeschiktheid altijd individueel beoordeeld moet worden. Daarbij
moeten de beperkingen met betrekking tot arbeid als gevolg van
gezondheidsproblemen centraal staan, ongeacht de exacte oorzaak, diagnose of
prognose. In een welvarend land als Nederland mag het niet zo zijn dat
ziekte en arbeidsongeschiktheid tot zeer grote inkomensdaling en zelfs tot
armoede gaat leiden. Mensen die door ziekte geheel of gedeeltelijk niet
kunnen werken moeten kunnen rekenen op collectief georganiseerde
inkomenszekerheid. In het conceptadvies is die bescherming er voor grote
groepen arbeidsongeschikten niet. Wie niet kan werken of wie geen aangepast
werk vindt valt ook kwa inkomen buiten de boot. De bijstand of het
bijstandniveau is dan het enige perspectief. Dat is niet alleen
onrechtvaardig, maar lost ook geen probleem op.
Werk aanpassen en arbeidsongeschiktheid voorkomen
De WAO is, ook volgens de commissie Donner, niet in de eerste plaats een
financieel probleem maar een sociaal probleem. Er is genoeg geld om de
uitkeringen te kunnen betalen. Het echte probleem is de huidige uitsluiting
van grote groepen mensen met gezondheidsproblemen buiten het arbeidsproces.
Toch staat nu in het concept-advies tegenover een keiharde aanpak van
arbeidsongeschikte werknemers slechts een vaag omschreven verplichting van
werkgevers tot herplaatsing. In het voorkomen van arbeidsongeschiktheid
voorzien de plannen al helemaal niet.
Wij doen een dringend beroep op u om de sociale inkomenszekerheid voor alle
arbeidsongeschikten, wat voor ziekte ze ook mogen hebben, te verdedigen en
het concept-advies niet over te nemen.
Hoogachtend,
Namens de Steungroep ME en Arbeidsongeschiktheid,
Ynske Jansen, voorzitter