TEMPO TEAM GROEP
Tempo-Team: Resultaten onderzoek naar sollicitatiegedrag
Persbericht
Drijfveren bij solliciteren
Allochtonen solliciteren vaker omdat de omgeving dat wenselijk vindt.
Autochtone Nederlanders daarentegen worden vooral gedreven door
persoonlijke motieven, dat is een van de conclusies die naar voren
komt uit het onderzoek van Edwin van Hooft, arbeids- en
organisatiepsycholoog aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, in
samenwerking met de uitzendorganisatie Tempo-Team. Van Hooft is nog
niet klaar met het onderzoek, waarvan hij het resultaat hoopt te
presenteren in oktober 2003. Toch tekenen zich nu al een paar
opmerkelijke feiten af.
Het onderzoek baseert zich op vragenlijsten die zijn ingevuld door
uitzendkrachten van Tempo-Team, ingeschrevenen bij de sociale dienst
en een representatieve groep Nederlanders. In het project wordt
onderzocht welke factoren het sollicitatiegedrag van werkzoekenden
beïnvloeden en in welke mate organisaties hierop kunnen inspelen.
Tempo-Team gebruikt de resultaten om het advertentiebeleid aan te
scherpen.De vestiging op het Amsterdamse Rokin zal de komende maanden
als laboratorium voor het vervolgonderzoek dienen.
Man-vrouw verschillen
Allochtonen en autochtonen verschillen bij het zoeken naar een baan
kennelijk van motief. Zo'n verschil is in het onderzoek niet te zien
tussen mannen en vrouwen. Andere zaken verschillen tussen de seksen
wel bij het zoeken naar een baan. Werktijden, kinderopvang en locatie
worden vooral door vrouwen belangrijk gevonden. Mannen letten, volgens
het onderzoek, vooral op salaris en status. Opvallend is dat jongeren
niet significant van dit stereotype beeld afwijken.
(gedeeltelijk) arbeidsgehandicapten
Bij de groep (gedeeltelijk) arbeidsgehandicapten valt op dat zij
minder vertrouwen hebben in hun eigen sollicitatievaardigheden dan
gemiddeld. Verder ervaren ze, vergeleken met de totale groep
aanzienlijk minder mogelijkheden om naar werk te zoeken.
Arbeidsgehandicapten hebben ook meer last van sollicitatieangst en een
flink lagere verwachting van de kans op een baan. Zij zoeken vaker dan
gemiddeld een parttime baan binnen de regio waar ze wonen.
Herintreders
Tweederde van de herintreders zoekt een vaste baan. Slechts 2,5 % is
gericht op zoek naar een tijdelijke klus. De herintreders hebben een
uitgesproken voorkeur voor een parttime baan in de eigen regio en
zoekt vaker dan 'gemiddeld' een baan die past bij vooropleiding en
werkervaring. Bezwaren die kleven aan werken hebben voor herintreders
vooral te maken met het gebrek aan tijd dat overblijft voor zorgtaken
en de geringe inkomensvooruitgang ten opzichte van de situatie zonder
een baan. Afgezet tegen de totale groep heeft de herintreder het idee
minder mogelijkheden te hebben om te zoeken naar werk dan gemiddeld.
Bovendien is de verwachting om werk te vinden minder hoog.
Strategie
Naast personeelsadvertenties is het ouderwetse via-via-circuit voor
verreweg de meeste respondenten de manier om een nieuwe baan te
vinden. Voor allochtone Nederlanders is deze strategie belangrijker
dan voor autochtonen. Ongeveer de helft van de werkzoekenden betrekt
ook vacaturesites op internet in de speurtocht naar de ideale baan.
Opmerkelijk is dat van de mensen die aan een nieuwe baan zijn
begonnen, ongeveer de helft vier maanden eerder nog geen
sollicitatieplannen had.
Angst
Op dit moment is 11,2 % van de Nederlanders op zoek naar een (andere)
baan. Een op de vijf heeft last van sollicitatie-angst. Die angst
weerhoudt hen er niet van een brief te schrijven. Slechts tien procent
vindt de gedachte aan een sollicitatiegesprek alleen al beangstigend.
Evenveel mensen zijn bang om in de procedure slecht over te komen. 15
% vindt het eng om te bellen over een vacature.
Noot voor de redactie,