MKB-Nederland
MKB Nieuws, bericht
20-03-2002
Recreatiebedrijven in de natuur hebben geen toekomst meer
Tenminste 1000 recreatiebedrijven in het buitengebied worden direct in hun voortbestaan bedreigd. Voor veel van de overige recreatiebedrijven wordt de noodzakelijke uitbreiding en daarmee een rendabele bedrijfsvoering, onmogelijk. Omdat ook de lokale lasten voor deze sector sneller stijgen dan voor de rest van het bedrijfsleven en de oneerlijke concurrentie door de overheid wordt bevorderd, luiden MKB-Nederland en de RECRON de noodklok: De opeenstapeling van beperkende- en lastenverhogende regelgeving brengt het voortbestaan van de recreatiebedrijven in de groene ruimte in gevaar.
Het verdwijnen van recreatiebedrijven in het buitengebied heeft grote
negatieve gevolgen voor de vitaliteit van het platteland. Deze
bedrijven zorgen niet alleen voor werkgelegenheid in het landelijk
gebied, hun gasten maken het voor lokale voorzieningen, zoals de
detailhandel, vaak mogelijk om rendabel te blijven opereren. Maar niet
alleen de vitaliteit van het platteland wordt aangetast. Het op grote
schaal saneren van de sector zorgt er ook voor dat de recreatiewensen
van Nederlandse en buitenlandse toeristen niet meer kunnen worden
vervuld.
Ontwikkelingen die de sector bedreigen zijn:
- Vijfde nota Ruimtelijke Ordening
De vijfde nota Ruimtelijke Ordening en de realisatie Ecologische
Hoofdstructuur maken uitbreiden en voortbestaan van recreatiebedrijven
onmogelijk.Voor veel bestaande bedrijven is uitbreiding van
levensbelang. De steeds hogere eisen van de consument, de wens om meer
aan natuurontwikkeling te doen en de wettelijke veiligheidseisen maken
dat recreatiebedrijven ruimer moeten worden opgezet. Hierdoor neemt
het exploitatieresultaat af. Om het bedrijf rendabel te houden is
uitbreiding van terrein noodzakelijk.
- De sterke toename van de lokale en administratieve lasten
Uit CBS-cijfers blijkt dat de gemeentelijke belastingen specifiek
gericht op toeristische bedrijven, i.e. toeristen- en
forensenbelasting, per 1 januari 2002 met gemiddeld 8,1% zijn
gestegen! Dit ten opzichte van een gemiddelde stijging van de lokale
lasten met 6,2%. Deze stijging wordt veroorzaakt door zowel
tariefsverhogingen als een toename van het aantal gemeenten dat
toeristen- of forensenbelasting gaat heffen. Ook de rioolrechten
drukken zwaar op de sector, daar verblijfsrecreatiebedrijven voor elke
aansluiting moeten afdragen. Een stijging dit jaar van de rioolrechten
met 7,9% tikt daardoor flink aan. Ook de administratieve lastendruk is
voor deze bedrijven zeer sterk gestegen.
- Verlies van personeel door wijziging regeling seizoenarbeid.
Per 5 maart jl. is de regelgeving omtrent seizoenarbeid gewijzigd. De
mate van klimatologische gebondenheid van een beroep of bedrijf is
bepalend voor het recht op een WW-uitkering voor een
seizoenmedewerker. Veel openluchtrecreatiebedrijven worden door de
uitvoeringsinstellingen ten onrechte niet als klimatologisch gebonden
aangemerkt. Hierdoor verliezen hun seizoenwerknemers hun recht op een
WW-uitkering. Bij aanvang van het nieuwe seizoen blijkt dat veel van
de jaarlijks terugkerende seizoen-werknemers zich niet meer bij deze
bedrijven melden. Er dreigt hierdoor dan ook een groot tekort aan
werknemers in de openluchtrecreatie.
- Oneerlijke concurrentie neemt toe door verruiming ontheffing
De Wet op de Openluchtrecreatie is geëvalueerd. In deze wet is een
vrijstelling geregeld voor boeren die kampeerplaatsen aanbieden. De
regels die aan deze kampeerboeren worden opgelegd voor ruimtelijke
ordening, milieu, gezondheid en hygiëne zijn lichter dan die voor
vergunningplichtige bedrijven. In de praktijk betekent dit onder
andere dat boeren gemakkelijker met recreatieactiviteiten kunnen
aanvangen, minder hoeven te investeren in verplichte faciliteiten en
lagere kosten hebben. De overheid stelt thans voor deze vrijstelling,
die leidt tot oneerlijk concurrentievoordeel, gedurende het gehele
kampeerseizoen te verruimen met 50% van 10 kampeerplaatsen naar 15
kampeerplaatsen. RECRON schat in dat dit de oneerlijke concurrentie
met 30% verhoogd.
Wat moet er gebeuren?
- nee, tenzij wordt ja, mits
Binnen de groene contouren bevinden zich gebieden die volledig
beschermd moeten worden. Echter binnen deze groene contouren liggen
ook veel gebieden waar recreatieondernemen onder voorwaarden goed
mogelijk en zelfs wenselijk is. Voor bestaande bedrijven in deze
laatste categorie van groene gebieden moet het nee, tenzij\' principe
worden vervangen door het principe ja, mits natuurdoelstellingen
worden gerealiseerd\'. De overheid en het bedrijf kunnen bij
uitbreiding gezamenlijk tot een overeenkomst komen over de
natuurdoelstellingen die moeten worden gerealiseerd en welke garanties
worden verstrekt.
- Afschaffen ontheffing waardoor eerlijke concurrentie ontstaat
MKB-Nederland en RECRON zijn van mening dat ontheffing voor kamperen
bij de boer leidt tot oneerlijke concurrentie. Verder is het ook
maatschappelijk onacceptabel dat deze bedrijven op het gebied van
milieu, gezondheid en hygiëne aan minder strenge eisen moeten voldoen.
Beide organisaties pleiten dan ook voor een afschaffing van de
ontheffing.
- Wetenschappelijk onderzoek naar:
. de relatie natuur en recreatiebedrijven en
. de macro economische gevolgen van het verdwijnen van grote aantallen
recreatiebedrijven op het platteland
- Financiële compensatie voor bedrijven die worden uitgeplaatst of
gesaneerd
MKB-Nederland en RECRON zijn van mening dat het merendeel van de 1000
bedrijven in de EHS daar gevestigd kunnen blijven. Mocht het toch tot
uitplaatsing of sanering komen, dan dienen deze bedrijven financieel
gecompenseerd te worden.
- Afschaffen toeristen- en forensenbelasting
De recreatieve bedrijven worden belast voor het feit dat hun klanten
van buiten de gemeente gebruik maken van de lokale publieke
voorzieningen. Deze bedrijven zijn echter niet de enige die bezoekers
van buiten aantrekken, zo ook de detailhandel en de culturele
instellingen. Zij zijn wel de enige die hiervoor worden belast.
Toeristen- en forensenbelasting hebben daardoor een
concurrentievervalsende werking en moeten worden afgeschaft.
- Openluchtrecreatie moet als klimatologisch gebonden worden erkend
De openluchtrecreatie is gelijk de landbouwsector verbonden aan het
klimaat. Gezien de onmogelijkheid om in bepaalde seizoenen te opereren
kunnen deze bedrijven dan ook geen vervangende arbeid aanbieden.
Wanneer deze bedrijven als seizoenbedrijven worden erkend kan het
dreigende tekort aan medewerkers worden ondervangen. De plicht voor
seizoenmedewerkers om te solliciteren en ander werk te aanvaarden
tijdens de uitkeringsperiode blijft gehandhaafd.
Informatie: mw. Brigitte de Wit