Katholieke Universiteit Nijmegen
Eerste Nederlander die deze prijs ontvangt
Prestigieuze reumaprijs voor Nijmeegs onderzoek
De Nijmeegse biochemicus prof. dr. W.J. van Venrooij heeft voor zijn
baanbrekend werk op het gebied van reuma-autoantigenen de Carol
Nachman Award 2002 toegekend gekregen. Dat is de belangrijkste
internationale prijs voor reuma-onderzoek. Aan de onderscheiding is
een bedrag verbonden van 75.000 DM, ongeveer 40.000 euro.
De prijs wordt uitgereikt tijdens een speciale erezitting door de
burgemeester van Wiesbaden, de heer H. Diehl.
Prof. Van Venrooij is de eerste Nederlander die deze prijs ontvangt.
In 2001 werd de prijs uitgereikt aan prof. dr. P. Lipsky van het
National Institute of Health in Bethesda (V.S.) en in 2000 ging zij
naar twee onderzoekers uit Londen (U.K.), prof.dr R. Maini en dr. M.
Feldmann, grondleggers van de anti-TNF alpha therapie, een nieuwe en
zeer effectieve behandelmethode van reuma.
Van Venrooij ontvangt de onderscheiding onder meer voor de
ontwikkeling van een nieuwe voorspellende test voor reumatoïde
artritis. Hij en zijn groep hebben zich het afgelopen decennium
gericht op identificatie van antistoffen gericht tegen lichaamseigen
eiwitten bij reuma. Vroege detectie van zulke antistoffen in het bloed
van patiënten, soms jaren voordat de ziekte gediagnosticeerd kan
worden, kan een belangrijke leidraad zijn voor de specialist bij
diagnose en behandeling. De Van Venrooij-groep is er in geslaagd zo'n
prognostische test voor reumatoïde artritis te ontwikkelen en op de
markt te brengen.
Auto-immuunziekte
Reumatische aandoeningen zijn ziektes die spieren, pezen, gewrichten
en het bijbehorende bindweefsel aantasten. Patiënten hebben pijn,
functiestoornissen en vaak ook zwellingen als gevolg van ontstekingen
door irritatie van de aangetaste weefsels. Het verloop is soms acuut,
maar veel vaker chronisch of intermitterend. De aandoening komt zeer
veel voor: naar schatting lijdt meer dan 1% van de wereldbevolking aan
reumatische aandoeningen. Reumatoïde arthritis (hierna omschreven als
reuma) is een auto-immuunziekte: het immuunsysteem keert zich tegen
eigen cellen of eiwitten en produceert hoge concentraties
auto-antistoffen die specifiek gericht zijn tegen één of meer
cellulaire eiwitten, de auto-antigenen. Bij een bepaalde
auto-immuunziekte worden auto-antistoffen gemaakt gericht tegen voor
die ziekte specifieke auto-antigenen. Auto-antistoffen tegen eiwit A
komen zodoende voornamelijk voor bij ziekte X , terwijl
auto-antistoffen tegen eiwit B voornamelijk voorkomen bij ziekte Y.
Kennis van auto-antistoffen en auto-antigenen kan ons dus veel leren
over het hoe en waarom van auto-immuunziekten en een grote hulp zijn
voor de soms moeilijke diagnose van deze ziekten. De groep Van
Venrooij heeft in de afgelopen 20 jaren vele auto-antigenen kunnen
karakteriseren en de zoektocht naar het specifieke auto-antigeen bij
reumatoïde artritis ook uiteindelijk met succes kunnen bekronen.
Wat veroorzaakt de auto-immuniteit?
Bij auto-immuunziekten spelen erfelijke factoren een belangrijke maar
onbegrepen rol. Daarbij komt dat auto-immuunziekten meer en meestal in
ernstiger vorm voorkomen bij vrouwen dan bij mannen (ca. 75-80% is
vrouw), dus ook hormonale invloeden spelen mee. Een derde oorzaak ligt
in onze leefomgeving, omdat bepaalde omgevingsfactoren, zoals een
virale of bacteriële infectie, maar ook UV-straling of een bepaalde
giftige stof of geneesmiddel, het immuunsysteem danig kunnen
ontregelen. Het meer algemene effect van een dergelijke
omgevingsfactor is vermoedelijk dat er plotseling een enorme
hoeveelheid lichaamscellen op een bepaalde plaats in het lichaam ten
gronde gaat. Deze (massale) celsterfte kan leiden tot een lokale
ontsteking die het immuunsysteem alarmeert en tot actie brengt.
Wanneer cellen doodgaan worden alle cellulaire processen geblokkeerd.
De eiwitten die deze processen uitvoeren (heel dikwijls zijn dat
auto-antigenen) worden chemisch veranderd (gemodificeerd) waardoor ze
niet meer kunnen functioneren. Van Venrooij legt uit: "Er wordt op het
eiwit als het ware een vlaggetje geplaatst dat zegt: pas op, dit eiwit
komt uit een stervende cel en is niet in orde! Wanneer het
immuunsysteem zo'n vlaggetje `ziet' (dit gebeurt alleen onder
abnormale omstandigheden), dan zal het reageren en antistoffen gaan
maken tegen deze veranderde `eigen' eiwitten. Zo kan auto-immuniteit
ontstaan. Wanneer dit proces chronisch wordt, kan het immuunsysteem
zich zelfs gaan richten tegen grotere delen van het lichaam (bepaalde
cellen, een orgaan of een gewricht) en kan een auto-immuunziekte
ontstaan".
De voorspellende test bij reumapatiënten
In 1996 vonden de Nijmeegse biochemici voor het eerst zo'n chemische
verandering van een eigen eiwit, en wel het vlaggetje dat bij
reumatoïde artritis gehesen wordt. Patiënten met deze ziekte maken
namelijk antistoffen tegen citrulline, een veranderde vorm van het
aminozuur arginine. Zulke antistoffen blijken alleen maar voor te
komen bij reumapatiënten (ze zijn meer dan 98% specifiek voor deze
ziekte) en kunnen nu worden aangetoond bij bijna 80% van deze
patiënten. Interessant is dat deze antistoffen ook voorspellend zijn.
Ze zijn dikwijls al aanwezig jaren voordat de diagnose reuma gesteld
kan worden. Het aanto-nen van deze antistoffen kan de diagnose en de
behandeling van reuma dus aanzienlijk vervroegen waardoor schade aan
gewrichten, kenmerkend voor deze ziekte, vermeden kan worden.Sinds
twee jaar is de anti-citrulline test (anti-CCP) nu op de Europese
markt. Het product wordt dit jaar ook in de VS geïntroduceerd.
Samenwerking met de kliniek
De samenwerking tussen de biochemici en de afdeling Reumatologie van
het UMC St Radboud onder leiding van prof. dr. L.B. van de Putte is
van groot belang geweest voor het onderzoek. Daarnaast werd veel hulp
ondervonden van reumatologen van de St. Maar-tenskliniek en het UMC
Leiden. De testkit werd uitgewerkt in samenwerking met de groep van
dr. J.W. Drijfhout (UMC Leiden) en Euro-Diagnostica b.v. (Arnhem). Het
onderzoek werd gefinancierd door NWO-Chemische Wetenschappen en de
Stichting Technische Wetenschappen (STW).
19-3-2002