Nieuw-Vlaamse Alliantie
De resolutie over het oorlogsverleden in het Vlaams Parlement : een
positieve onthouding (20/03/02)
Het Vlaams Parlement behandelde, in plenaire zitting van 20 maart
2002, de "resolutie betreffende de aanbevelingen inzake het omgaan met
het oorlogsverleden van Vlaanderen". Vlaams volksvertegenwoordiger Jan
Loones schetste de houding van de Nieuw-Vlaamse Alliantie. Hieronder
vindt u de schriftelijke voorbereiding van deze tussenkomst. De N-VA
bevestigde principieel haar steun aan alle initiatieven die kunnen
bijdragen tot verzoening en tot uitbouw van de democratie in
Vlaanderen.
Essentiële reserves bij de resolutie werden gemaakt voor wat betreft
een te sterke veralgemening van de vormen van collaboratie, de
voorwaarde van individuele erkenning van fout én schuld, en het té
sterk utilitaristisch misbruik van het oorlogsverleden in de -
contra-productieve - strijd (nog maar eens) tegen die ene partij ...
Resolutie betreffende de aanbevelingen inzake het omgaan met het oorlogsverleden van Vlaanderen (Stuk 997 2001-2002)
Bespreking plenaire vergadering Vlaams Parlement 20 maart 2002
-tussenkomst Jan Loones (N-VA)
De Nieuw-Vlaamse Alliantie was geen vragende partij voor dit debat in
het Vlaams Parlement. Als partij die (zie de N-VA -beginselverklaring)
in Vlaanderen vorm wil geven aan een humanitair nationalisme van de
21ste eeuw, bekijkt de N-VA het oorlogsverleden letterlijk en
figuurlijk als iets van de vorige eeuw. Trouwens: is het verleden nog
steeds zo onverwerkt als wordt beweerd?
Bovendien zijn wij op dit dossier wat moegestreden. Zovele vroegere
initiatieven zijn gestrand; zovele discussies bleven
dovemansgesprekken; er is zoveel naast elkaar gepraat; er is het diep
besef dat het federale debat over het oorlogsverleden totaal
geblokkeerd is; er is het ter ziele gegane decreet Suykerbuyk; er is
de vraag naar de zin van een initiatief op het niveau van het Vlaams
Parlement; er is de vraag waarom we de gehele discussie niet overlaten
aan historici, die dan eerst reeds zouden moeten omschrijven wat
collaboratie is, en wat repressie is, om te vermijden dat we nog maar
eens naast elkaar zouden praten.
Maar: de resolutie ligt voor. En anderzijds kan de Nieuw-Vlaamse
Alliantie, als erfgenaam van de vroegere Volksunie, uiteraard niet
anders dan zich betrokken voelen wanneer het Vlaams Parlement
aanbevelingen wil formuleren "inzake het omgaan met het
oorlogsverleden van Vlaanderen".
Van bij haar ontstaan heeft de Volksunie zeer veel aandacht gehad voor
het drama van de collaboratie en de schande van de repressie.
In 1994, vijftig jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog, stelde
de Volksunie een pakket van maatregelen voor, dat ze noemde: "Een
globaal plan voor amnestie en verzoening", onder de titel "Op
zwart-wit-denken bouw je geen samenleving".
Uit het inleidend woord van de toenmalige voorzitter (B. Anciaux),
onder de titel "Verzoening", haal ik volgende passage: "Nu moet er
eindelijk een einde komen aan die diepe wonde! Als we ons nieuwe
Vlaanderen willen bouwen moeten we de hypotheek lichten. Wit en zwart
moeten nu maar eens eindelijk het eigen gelijk, eerlijk en zonder
schroom, kunnen overstijgen. Daarom moet er amnestie komen, of noem
het eerherstel of verzoening."
De betrachting was dezelfde die nu voorligt; de remedies waren wel
ingrijpend anders.
In minder dan tien jaar is de sfeer rond het dossier ingrijpend
veranderd: poorten die toen openstonden zijn intussen totaal gesloten.
In de Financieel Economische Tijd van woensdag 2 februari 1994 prijkt de titel: "Koning Albert II houdt voorzichtig pleidooi voor amnestie". Wie houdt zo'n titel vandaag nog voor mogelijk?
Als erfgenaam van de Volksunie beschouwen wij het als onze plicht een
streep te trekken onder een onzalig verleden, vanuit een oprecht
verlangen om de nieuwe generaties, de jonge Vlamingen, niet verder
meer op te zadelen met dit dossier.
Vanuit die houding zijn wij enthousiast voor ieder initiatief dat kan
bijdragen tot de zongenaamde "verzoening".
In de mate dat de voorliggende resolutie kan bijdragen tot die
verzoening wil de N-VA er derhalve ook zijn steun aan verlenen, en
haar waardering uitdrukken voor de initiatiefnemers, en al wie bruggen
wil slaan.
De steun kan echter niet onverdeeld zijn, om verschillende redenen die
wij verder uiteenzetten.
Vanuit hetzelfde verantwoordelijkheidsgevoel tegenover de toekomstige
generaties steunt de N-VA evenzeer de andere bekommernissen, die
geformuleerd worden in de resolutie: de zorg voor de democratische
rechtsbeginselen, het ijveren voor de verdraagzaamheid en voor de
eerbiediging van de mensenrechten, het actief meewerken aan een open
en verdraagzaam Vlaanderen in Europa en in de wereld, een duidelijk
gebaar van onverzoenbaarheid tegenover autoritaire stromingen.
Ook hier nochtans wil de N-VA een belangrijke bijbemerking formuleren.
Verzoening
Als voorwaarde om te komen tot een nieuwe stap in de richting van
verzoening, stelt de resolutie voorop dat het noodzakelijk is te komen
tot een erkenning en herkenning van "de schuld in de ontsporingen en
aberraties die de Tweede Wereldoorlog kenmerkten" (overweging 1°);
voor wie de fout erkent, individueel, is men bereid zich verdraagzaam,
begripvol en vergevingsgezind op te stellen (overweging 4°).
De N-VA kan zich niet aansluiten bij deze voorwaarde van individuele
erkenning van fout én schuld.
Natuurlijk was de collaboratie fout, en essentieel tegenstrijdig met
de ontvoogdingsstrijd die de Vlaamse Beweging steeds heeft willen
voeren.
Evengoed lijkt het nochtans zo dat het Vlaams-nationalisme het er
moeilijk mee heeft, als deze fouterkenning moet geïnterpreteerd worden
als het aanbieden van excuses aan België.
Spreken over dergelijk historisch pardon, doet onmiddellijk de vraag
rijzen waarom België zich dan niet zelf verontschuldigt voor de
honderd jaar onderdrukking van de Vlaamse identiteit, voor de
koloniale wandaden van Leopold II - ?
Natuurlijk was de collaboratie fout, maar evengoed is het niet eerlijk
de collaborateurs meteen ook al verantwoordelijk te verklaren voor
alle wandaden van het naziregime, met inbegrip van de shoah.
In zijn mémoires schreef Pierre 'd Outryve d' Ydewalle, die onder de
bezetting voor de Britten spioneerde, en later gouverneur van
West-Vlaanderen werd, dat de massamoord zelfs hem niet bekend was.
Natuurlijk was de collaboratie fout, maar dit betekent niet dat iedereen die in die oorlogstijd verantwoordelijkheid opnam voor zijn plaatselijke gemeenschap (zoals bijvoorbeeld een oorlogsburgemeester), ook automatisch individueel schuld zou moeten bekennen, gemeten naar de omstandigheden van toen, en wetend dat zovele flaminganten deel hadden aan deze collaboratie uit "niet begrepen idealisme en misleiding", zoals geformuleerd in de resolutie.
Nú beseffen dat de collaboratie fout was, betekent niet dat allen die
collaboreerden automatisch fout hadden, in de omstandigheden en binnen
het denkkader van toen.
Democratie en verdraagzaamheid
Zoals gezegd steunt de N-VA alle inspanningen die van Vlaanderen een
humanitaire democratie maken, verdraagzaam, en open naar de wereld.
Evengoed echter storen wij ons aan het té uitdrukkelijk utilitair
inschakelen van de oorlogsgeschiedenis in dit streven: onder meer door
de uitdrukkelijke verwijzing naar hun slogan ("Eigen volk eerst")
wordt al te veel één partij geviseerd.
Alleen reeds vanuit een puur wetenschappelijke benadering moet men
zich daartegen verzetten.
Historicus Bart De Wever heeft dit op treffende wijze gedaan in zijn
opiniestuk in De Standaard (zie vrije tribune DS 27/2/02 "Historia
docet"). De Vlaams overheid mag het oorlogsverleden niet inschakelen
in een hedendaags politiek discours.
Besluit
De N-VA steunt het initiatief van de resolutie in de mate dat de
betrachting is te komen tot verzoening.
De methode echter om iedereen individueel fout te doen erkennen, lijkt
ons niet aangewezen.
Men moet nuchter kunnen vaststellen dat de collaboratie vele
verscheidene gezichten had, waarbij de bladzijde enkel kan worden
omgedraaid via een collectieve maatregel.
De N-VA zal daartoe een initiatief formuleren in de Kamer, door
neerlegging van een genuanceerd wetsvoorstel tot eerherstel,
geïnspireerd op de vroegere voorstellen van professor Luc Huyse.
De N-VA ondersteunt ook de initiatieven die ertoe bijdragen dat
Vlaanderen zich ontwikkelt tot een open en verdraagzame natie, in
volle respect voor de democratie.
Wij hebben echter moeite met de strategie van de huidige resolutie,
die opnieuw in de kaart dreigt te spelen van de partij die wij willen
bekampen.
Met andere woorden: de N-VA is het eens met de bekommernissen en met
de doelstellingen van de resolutie, doch niet met de modaliteiten.
Bij de stemming over de resolutie ligt derhalve de onthouding voor de
hand.
Auteur:
Vlaams Parlement
Jan Loones, Vlaams volksvertegenwoordiger
Meer informatie:
Contactpersoon: Jan Loones
Telefoon: 058/51.37.38
Fax: 058/51.99.54
E-post: jan.loones@vlaamsparlement.be
Url: www.koksijde.be/janloones