Gemeente Utrecht

STEVIGE MAATREGELEN NODIG VOOR AANPAK CRIMINALITEIT

STEVIGE MAATREGELEN NODIG VOOR AANPAK CRIMINALITEIT

De criminaliteitscijfers uit de Utrecht Monitor vragen om een stevige aanpak. De stijging van de criminaliteit is al enige jaren een landelijke trend, waarop ook Utrecht geen uitzondering is, ondanks dat al jaren wordt geïnvesteerd in preventie en gerichte aanpak. Dat leidt ook tot resultaten zoals de daling van de straat- en tasjesroof. Er zijn veel plannen waaraan veel geld wordt uitgegeven. Het college wil voor het eind van het jaar weten wat de resultaten en effecten van al deze maatregelen zijn, om te zien of het geld voor veiligheid in de stad nog gerichter kan worden ingezet, of er wel de goede dingen gebeuren. De veiligheid van de stad is een van de speerpunten van het college van burgemeester en wethouders.

Uit een nadere analyse van de cijfers blijkt dat de problemen zich met name voordoen in de Binnenstad, in West (met name Lombok), Oost (met name Watervogelenbuurt, Lodewijk Napoleon Plantsoen en Rubenslaan, Zuidwest (Dichterswijk en Zuid (Lunetten). De groei van de criminaliteit doet zich vooral voor bij twee groepen: jongeren, onder wie veel allochtonen en verslaafden. Zij plegen veel woninginbraken en autokraken.

Daarbij kunnen drie facetten worden onderscheiden:


1. voorkomen dat mensen daders worden van delicten en voorkomen dat mensen slachtoffer worden van delicten. Bij deze aanpak heeft de gemeente de regie.


2. het aanhouden en oppakken van de daders door de politie

3. het jusitiële traject: aanhouding, veroordeling en detentie.

1. De aanpak van de gemeente is erop gericht te voorkomen dat jongeren afglijden naar criminaliteit. Dat wordt op vele terreinen ingezet, in het onderwijs, het jeugdbeleid, scholing en arbeidstoeleiding, beheer van de buitenruimte (verlichting, herstel kapot straatmeubilair, verwijderen graffiti), verslaafdenzorg, aandacht bij nieuwe (woningbouw)projecten voor veiligheid en het project Samen veilig ondernemen met het bedrijfsleven in de stad. Daarnaast zijn er de wijkveiligheidsplannen waarbij ook bewoners (buurtpreventie groepen) en ondernemers betrokken zijn. In de wijken Overvecht, Noordoost en Zuidwest werpen deze inspanningen al hun vruchten af. In andere wijken is het beeld nog minder gunstig.

Het college wil op al deze terreinen een forsere inzet in de komende periode.

De afgelopen periode is het aantal verslaafden niet toegenomen. Er is wel periodiek een extra toestroom, maar die wordt teruggestuurd naar de plaats van herkomst. Er zijn maatregelen genomen in het Stationsgebied en Hoog Catharijne: sluiting van de zogenoemde tunnel en verhoogde repressie. Dat ging samen met het openen van voorzieningen voor deze groep. Twee jaar geleden is het college begonnen met het realiseren van een keten van voorzieningen voor deze groep in de hele stad, zoals gebruiksruimten en hostels, waar verslaafde daklozen 24 uur per dag kunnen verblijven. Het experiment met het onder medische begeleiding verstrekken van heroïne is succesvol. De keten aan voorzieningen leidt tot het verbeteren van het welbevinden van verslaafden, tot mogelijkheden om het drugsgebruik verder te reguleren en mogelijkheden voor verslaafden om geld te verdienen door aangepast werk.

De geïntegreerde aanpak verslavingsproblematiek en overlast (GAVO) is zeer succesvol: het aantal recidiven is teruggelopen met 70%. Voor de gecombineerde aanpak van verslaafden met psychiatrische problematiek start de Reclassering een project om hen weer grip op hun leven te laten krijgen. Daarnaast is er ook het project strafrechtelijke opvang verslaafden.


2. Ondanks dat de politie meer daders aanhoudt (het aantal opgeloste woninginbraken is gestegen van 7,2 % in 2000 tot 11,39 % in 2001; het aantal aangehouden autokrakers is in 2001 met 12.5% gestegen ten opzichte van 2000), groeit het aantal inbraken en autokraken. Daarentegen is de straat en tasjestasjesroof gedaald. De politie houdt samen met de gemeente de actie Niets erin, niets eruit, ter bestrijding van het aantal autokraken. De politie begint nog dit jaar met een grootschalig project tegen autokraken met zowel preventieve als repressieve activiteiten. Het Cityteam richt zich vrijwel geheel op jongere criminelen met een aanpak van 'zero tolerance' met flankerend (gemeentelijk) beleid. Voorbeelden daarvan zijn Jongeren op straat, ambulante hulpverlening, toeleiding naar activiteiten van het jongerenwerk, inzet in jongerenteams, sportactiviteiten en contacten met de ouders.

Uitbreiding van het politiekorps is echter op korte termijn absoluut noodzakelijk. Het college zal samen met de andere korpsbeheerders en politiechefs in ons land, er bij de ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie op blijven aandringen dat er 8000 nieuwe agenten moeten bijkomen. Een substantieel deel daarvan zal in de regio Utrecht geplaatst moeten worden. De politiesterkte van de Regio Utrecht blijft ver achter bij die van de drie andere grote steden Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. Per 10.000 inwoners heeft de politieregio Utrecht 27 dienders, terwijl er in Amsterdam-Amstelland 64 agenten zijn, in Rotterdam Rijnmond 44 en in Haaglanden 47 per 10.000 inwoners.


3. Gemeente en politie dringen er al heel lang bij Justitie op aan om haar deel van de veiligheidsketen goed in te vullen. Er is al veel bereikt. Zo komen binnenkort Justitie in de Buurt en nachtdetentie voor jongeren. Ook komen er extra plaatsen beschikbaar bij het Glenn Mills Instituut en is er snelrecht.

Het grootste probleem bij Justitie op dit moment is het gigantische cellentekort en het personeelstekort in de huizen van bewaring en gevangenissen. Daardoor worden straffen voor daders die zijn opgepakt en veroordeeld niet uitgevoerd. Dit is een landelijk probleem dat echter in Utrecht zwaar doortikt gezien het aantal delicten.

Als deze schakel in het Justitiële beleid ontbreekt, worden het optreden van de politie en de aanpak van de gemeente ongeloofwaardig. Dan wordt het 'dweilen met de kraan open'. Juist bij jongeren is duidelijk optreden en straffen effectief, ook vanwege de voorbeeldwerking die ervan uitgaat.

Andere aspecten uit de Utrecht Monitor

Economie

De positieve economische ontwikkeling van de stad is één van de eyecatchers van de Utrecht Monitor 2002. Het gaat goed met Utrecht. Met een werkloosheid van 2,4%, een sterke vertegenwoordiging van hoogwaardige werkgelegenheid, een scherpe daling van de werkloosheid onder etnische minderheden, een florerende detailhandel, een sterke stijging van het aantal startende bedrijven en een goede vertegenwoordiging in de groeisectoren (financiële en zakelijke dienstverlening) staat Utrecht er goed voor.

De monitor rept wel van de mogelijke risico's die zich in de komende tijd zullen manifesteren. Zowel de kantorenmarkt als de arbeidsmarkt zijn nog steeds gespannen, hetgeen toekomstige economische ontwikkelingen nadelig kan beïnvloeden. Het bedrijfsleven is beduidend minder positief dan vorig jaar, alhoewel het ondernemersvertrouwen in Utrecht nog steeds ver boven het landelijk gemiddelde ligt.

Groen en Utrecht Schoon

Uit de Utrecht Monitor blijkt dat de stad het groen met een ruime voldoende beoordeelt. In 1996 was dat nog met een mager zesje. Sindsdien is ruim 5 miljoen euro geïnvesteerd in het groen. Zo is het aantal bomen met circa 3000 toegenomen. In de huidige collegeperiode is een soortgelijke kwaliteitsimpuls voorzien voor de parken van Utrecht.

In het kader van Utrecht Schoon is sinds 1995 hard gewerkt om de stad werkelijk schoner te maken. Miljoenen zijn besteed aan bijvoorbeeld vegen, graffity verwijderen, onkruid borstelen en de bestrijding van hondenpoep. Toch is de waardering van de bewoners voor de netheid van de stad sinds 1995 maar mondjesmaat toegenomen. Dat blijkt ook uit het toenemend aantal klachten dat de gemeente krijgt over afval en zwerfvuil. Tegelijkertijd groeit het draagvlak onder de bevolking om wet- en regelgeving beter te handhaven. Eenderde van de Utrechters geeft aan last te hebben van hondenpoep en 84% is voor handhaving van het aanlijngebod. Handhaving krijgt onder andere hierom een steeds prominentere rol in het gemeentelijk beleid, naast het verkrijgen van medewerking van burgers bij het schoon maken en schoon houden van de straat, de wijk, de buurt of de stad.

Werk & inkomen

De werkloosheid onder allochtone Utrechters is gedaald tot 5%. Dit is lager dan het landelijke gemiddelde van 5,5%. In vergelijking met andere grote steden ligt de werkloosheid onder allochtonen in Utrecht hoger dan in Den Haag (4%) maar aanzienlijk lager dan in Amsterdam (8%) en Rotterdam (10%). Deze zeer positieve ontwikkeling is te danken aan het gunstige economische klimaat in de stad. Het college wil deze gunstige ontwikkeling bestendigen, ook al zou het Utrechtse economische klimaat verslechteren. Door prioriteit te geven aan de publieke sector (met name zorg, onderwijs en veiligheid) zullen er in de komende jaren extra banen ontstaan. Daarbij zal ook een beroep gedaan op potentiële werknemers van allochtone herkomst.

De WIW-banen (banen op basis van Wet Inschakeling Werkzoekenden - de opvolger van de vroegere banenpool) leiden steeds meer naar regulier werk. Het aantal WIW-banen is sinds 1998 gedaald van 800 naar 450 nu. Dit is een gevolg van het gunstige economische klimaat. Werknemers hebben nu meer kans om uit te stromen naar een niet-gesubsidieerde baan. Ook nemen werkgevers in deze tijd van personeelsschaarste sneller personeel zonder subsidie in dienst. Een WIW-er is in dienst bij de Utrechtse Werkbedrijven en wordt gedetacheerd bij een bedrijf of non-profit instelling.

Daarentegen is het aantal werknemers in Utrecht met een I/D-baan (Instroom/Doorstroom - de vroegere Melkert-banen) gestegen tot het maximum aantal van 2000 arbeidsplaatsen. Dit zijn banen voor langdurig werkzoekenden in de non-profit sector (toezicht kinderopvang, zorg en onderwijs).

Als gevolg van de krapte op de arbeidsmarkt staan de gesubsidieerde banen ter discussie. Het college pleit in het G4 Manifest voor behoud van gesubsidieerde arbeid. Een deel van de gesubsidieerde banen zou moeten worden "gewit".

Dienstverlening

De beantwoording van vragen door de gemeente Utrecht wordt door bewoners als traag ervaren. Met name bij vragen die via e-mail worden gesteld, verwachten burgers een snelle reactie van de gemeente. Het verbeteren van de afhandeling van vragen, klachten en meldingen is in voorbereiding. Daarbij is zowel aandacht voor de technische kant van de klachtenafhandeling als voor servicenormen die binnen de totale gemeentelijke organisatie zullen gaan gelden.

Bereikbaarheid & woningbouw

Door de belangrijke doorbraak voor het realiseren van de A2, waarover onlangs een akkoord werd bereikt met de ministeries van Verkeer en Waterstaat en Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu, zal volgend jaar weer volop gebouwd worden in Leidsche Rijn en is een belangrijke stap gezet voor een betere bereikbaarheid van Utrecht.