Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
De Voorzitter van de Vaste Commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en
Visserij
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van
uw kenmerk
ons kenmerk
IZ. 2002/496
datum
12-03-2002
onderwerp
Agenda Landbouwraad 18 en 19 maart 2002 te Brussel
TRC 2002/2354
bijlagen
Geachte Voorzitter,
Hierbij deel ik u mee dat op maandag 18 en dinsdag 19 maart a.s. te Brussel een vergadering zal worden gehouden van de ministers van Landbouw van de EU. De voorlopige agenda bevat zes punten. De Raad is voornemens tot conclusies te komen over overeenkomsten met derde landen over veterinairrechtelijke en fytosanitaire aangelegenheden. Er zal wederom gedebatteerd worden over de wijzigingsvoorstellen voor de marktordening tabak. Verder komen ter sprake een voorstel inzake bepaalde dopvruchten en sint-jansbrood en een voorstel voor een marktordening voor ethylalcohol. Het Voorzitterschap zal tevens een memorandum presenteren over de rol van agrarisch verzekeren bij risicobeheer in de landbouw en veehouderij. Als voorbereiding op de bijeenkomst op dinsdag 19 maart - waarbij de landbouwministers van de kandidaat-lidstaten vertegenwoordigt zijn - wordt vergaderd over de landbouwaspecten van de uitbreiding van de EU. De dinsdagochtend wordt besteed aan een vrije gedachtewisseling met als voornaamste doel te luisteren naar de standpunten van de kandidaat-lidstaten.
datum
12-03-2002
kenmerk
IZ. 2002/496
bijlage
Akkoorden over veterinaire- en fytosanitaire vraagstukken met derde
landen
Tijdens de Raad van januari jl. is reeds gesproken over akkoorden over
veterinaire en fytosanitaire vraagstukken met derde landen. Aanleiding
vormde de lopende onderhandelingen met Chili, als voorportaal voor de
Mercosur. Op basis van de opmerkingen in de Raad en de follow-up
daarvan op ambtelijk niveau heeft het voorzitterschap
ontwerpconclusies van de Raad opgesteld die tijdens de Raad van maart
geformaliseerd kunnen worden.
De ontwerpconclusies zijn in het algemeen positief als het gaat om de
wenselijkheid van het totstandkomen van veterinaire en fytosanitaire
overeenkomsten. De overeenkomst met Chili zou daarom zo spoedig
mogelijk gevolgd moeten worden door die met andere Mercosurlanden.
Tegelijkertijd verzoekt de Raad de Commissie er alles aan te doen om de nog lopende vragen inzake de bestaande overeenkomst met Nieuw-Zeeland op te lossen en er zorg voor te dragen dat de VS de in het sanitair statuut vastgelegde verplichtingen ook daadwerkelijk nakomen. Zoals bekend gaat het hier om een ook voor Nederland belangrijke kwestie. De VS heeft Nederland nog steeds niet vrij verklaard van varkenspest waardoor de uitvoer van varkensvlees vanuit Nederland naar de VS vooralsnog niet mogelijk is.
Tabak
De Commissie presenteerde eind november 2001 haar wijzigingsvoorstel
voor de marktordening tabak. Doel is een vermindering van de
tabakssubsidies voor de komende drie jaar en de ontwikkeling van de
omschakeling van bedrijven. Daartoe stelt de Commissie een verlaging
van de tabakspremies en een verlaging van de garantiehoeveelheid voor.
De verlaging van de garantiedrempels levert een besparing op van EUR
31,4 miljoen per jaar. Dit bedrag komt ten goede aan het tabaksfonds.
De besteding van het tabaksfonds wordt aangepast en meer gericht op
het stimuleren van bedrijven om over te schakelen op andere teelten.
Zoals ik in mijn vorige brief aan uw Kamer heb bericht, is dit dossier
in de tussenliggende maand op ambtelijk niveau besproken. Dit heeft
niet geleid tot een toenadering van de verschillende zienswijzen die
de lidstaten innemen. Immer is er een duidelijke scheidslijn tussen de
standpunten van de producerende en niet-producerende landen. Inmiddels
is wel duidelijkheid ontstaan over de aanwending van het tabaksfonds.
De Commissie heeft erkend dat dat in het verleden te wensen overliet.
Mede om die reden en om de heroriëntatie van de marktordening een
impuls te geven wordt voorgesteld om de middelen uit het tabaksfonds
uitsluitend nog beschikbaar te stellen voor het stimuleren van
omschakelingsinitiatieven.
Zoals bekend, vind ik de voorstellen van de Commissie een stap in de
goede richting en ondersteun ik het doel om de premies en de
garantiedrempels te verlagen. De snelheid waarmee die afbouw
plaatsvindt moet wat mij betreft evenwel hoger. Ik steun de manier
waarop het tabaksfonds in de toekomst ingezet zal gaan worden.
Dopvruchten en sint-jansbrood
Het voorstel van de Commissie strekt er toe de lopende verordening ter
verbetering van de kwaliteit en afzet van bepaalde dopvruchten,
sint-jansbrood en hazelnoten met één jaar te verlengen. Reeds 10 jaar
is aan deze sector op diverse manieren steun verleend voor onder
andere verbeteringsprogramma's om de concurrentiekracht van de sector
te verbeteren. Instandhouding van deze teelt wordt met name door
Spanje noodzakelijk geacht om andere dan economische redenen, zoals
bestrijding van erosie, bevorderen van toerisme en het behouden van
een landschap dat rijk is aan biodiversiteit.
Op verzoek van de Raad is de Commissie begonnen met een grondige
studie van alle aspecten van deze sector, met name van de economische,
sociale en milieuaspecten. In afwachting van dit Commissierapport
wordt voorgesteld de bestaande financiering met één jaar te verlengen.
De kosten van dit voorstel worden geraamd op EUR 55 miljoen.
Gezien de huidige ervaringen lijkt gezondmaking van de sector via
GMO-maatregelen een lastige opgave. Om die reden en de toch
aanzienlijke kosten die met een verlenging van één jaar gemoeid is,
ben ik er geen voorstander van om op deze voet door te gaan. Indien
toch een verdergaande financiering met EU-gelden dient plaats te
vinden, zou een beroep gedaan moeten worden op de programma's voor
plattelandsontwikkeling.
Ethylalcohol
Ter bespreking ligt een voorstel van de Commissie voor een
monitoringssysteem voor ethylalcohol van landbouworigine. Dit voorstel
vloeit voort uit een onderzoek naar de huidige economische
moeilijkheden en magere toekomstperspectieven van de sector.
De Raad had in juli 2000 verzocht om een onderzoek naar de
wenselijkheid van een monitoringsraamwerk voor ethylalcohol.
Als rechtsgrondslag voor het monitoringssysteem kiest de Commissie
voor een 'lichte' Gemeenschappelijke Marktordening. De Commissie
beoogt met het voorstel de informatievoorziening in de markt te
verbeteren en de transparantie in de sector te verhogen. Dit moet
onder andere bereikt worden met behulp van: helder definiëring van
producten, verstrekking van gegevens, instellen van een forum en een
importcertificatensysteem. In het voorstel zijn geen
interventiemaatregelen voorzien en derhalve zijn er geen financiële
gevolgen voor het EU-budget. Openstaande discussiepunten zijn of
synthetischealcohol ook onder de werkingssfeer van het voorstel
gebracht moet worden en hoe om te gaan met de staatssteunregeling. Dit
laatste ligt gevoelig omdat in enkele landen nog nationale
steunmaatregelen bestaan, die op basis van deze regeling verboden
worden.
Hoewel ik het voorstel in grote lijnen kan steunen omdat het bijdraagt
tot meer transparantie van de alcoholmarkt, ben ik niet geheel
tevreden met de keuze voor de vorm: namelijk een lichte marktordening.
Liever had ik gezien dat het doel van de maatregel - het geven van
marktinformatie - in de titel tot uitdrukking zou komen. Aanvullend
zal ik er tijdens de Raad voor pleiten dat ook synthetischealcohol
onder de werksfeer van het voorstel gebracht wordt. Afsluitend zal ik
mijn steun uitspreken voor het voorstel van de Commissie om de
staatssteunregeling die nu geldt voor ethylalcohol in overeenstemming
te brengen met de communautaire regels voor staatssteun.
Landbouwverzekeringen
Het Spaanse Voorzitterschap zal een memorandum presenteren over
landbouwverzekeringen. Belangrijkste overweging hierbij is dat de
risico's voor de agrarische ondernemer toenemen door bijvoorbeeld de
afbouw van het GLB, klimaatverandering en de daaruit voortvloeiende
frequenter voorkomende natuurrampen, strengere milieueisen en
dierziekten. Ook de aansprakelijkheid van de agrarische ondernemer
wordt groter. Gepleit wordt voor publiek-private samenwerking, omdat
de ervaring leert dat agrarische verzekeringen nauwelijks van de grond
komen zonder overheidsbemoeienis. Het Voorzitterschap is van mening
dat een agrarisch risico-verzekeringsstelsel efficiënter is dan de
huidige methode waarbij in geval van calamiteiten telkens weer
incidentele overheidssteun verleend moet worden. Spanje pleit voor een
gemeenschappelijk regelgevend kader voor agrarische verzekeringen als
onderdeel van het GLB.
In de Raad zal ik het initiatief van het Voorzitterschap prijzen.
Zoals u weet, laat ik momenteel een onderzoek uitvoeren naar de
inkomensfluctuaties in de land- en tuinbouw. Dit rapport zal
binnenkort aan uw Kamer aangeboden worden. In algemene zin ben ik van
mening dat het bedrijfsleven zelf in eerste instantie verantwoordelijk
is om inkomensfluctuaties op te vangen. Ik vind dan ook dat het
bedrijfsleven in eerste instantie verantwoordelijk is voor het
ontwikkelen van een passend instrumentarium dat tegemoet komt aan
dergelijke problemen. Uiteraard is er wel sprake van een gedeelde
verantwoordelijkheid bij extreme inkomensfluctuaties zoals bij rampen
en calamiteiten.
Uitbreiding: ontmoeting met kandidaat-lidstaten
De Raad heeft op dinsdag 19 maart een ontmoeting met de ministers van
landbouw van de kandidaat-lidstaten. Er zal een discussie gehouden
worden over het uitbreidingsproces. Tijdens de reguliere vergadering
van de Raad op maandag 18 maart zal eerst een interne discussie
plaatsvinden op basis van twee Commissiedocumenten die op 30 januari
jl. verschenen: het Common Financial Framework (CFF) over de
financiële aspecten van de uitbreiding en het Issues Paper Agriculture
dat ingaat op meer technische GLB-aangelegenheden.
In het CFF stelt de Commissie binnen de algemene kaders van het
akkoord van Berlijn een financieel kader voor. Belangrijke elementen
uit het stuk met betrekking tot landbouw zijn:
* aanpassingen voor de marktvoorspellingen ten behoeve van het GLB;
* het infaseren van directe inkomenssteun. Dit wordt door de
Commissie tot 2006 binnen de kaders van Berlijn opgevangen;
* een cohesie benadering ten aanzien van structuurfondsen (dit maakt
85% EU-cofinanciering mogelijk).
In het issuespaper doet de Commissie voorstellen aangaande de
technische aspecten van het GLB, zoals referentieperiodes, quota's en
hectares. Ook geeft de Commissie aan hoe zij denkt om te gaan met
directe inkomenssteun in de nieuwe lidstaten. Aangaande de te hanteren
referentieperioden voor het vaststellen van quota's en hectares gaat
de Commissie uit van de periode 1995-1999. Ten aanzien van de betaling
van directe inkomenssteun staat de Commissie in de eerste jaren een
wat flexibele toepassing voor opdat kandidaat-lidstaten met de directe
inkomenssteun de structurele aanpassing van de landbouwsector kunnen
ondersteunen. Het wordt de nieuwe lidstaten toegestaan hun
inkomenssteun over alle voor de landbouw gebruikte hectares te
gebruiken. Sommige kandidaat-lidstaten keren aan hun boeren al directe
inkomenssteun uit. De Commissie wil de kandidaat-lidstaten toestaan de
EU-inkomenssteun aan te vullen tot het niveau voorafgaand aan
toetreding indien de EU-inkomenssteun lager is dan het huidige niveau.
De Commissie stelt verder voor om voor tien lidstaten
plattelandsgelden beschikbaar te stellen om de herstructurering van de
sector te ondersteunen.
Inzake het CFF heeft Nederland bij eerdere gelegenheden naar voren
gebracht dat:
* de financiële kaders van Berlijn gerespecteerd dienen te worden;
* het voorstel voor infasering inkomenssteun niet conform de
aannames en de financiële kaders van Berlijn is en dat derhalve
Nederland van mening is dat geen directe inkomenssteun aan de
kandidaat-lidstaten verleend zou moeten worden; anderzijds
verdient ook het beginsel van non-discriminatie aandacht.
Honorering van beide uitgangspunten
(financiële-perspectieve/non-discriminatie) kan op den duur alleen
in een hervormde landbouwbeleid.
Indien toch besloten zal worden tot het verlenen van directe
inkomenssteun, is Nederland dan ook van mening dat dit gepaard moet
gaan met een geleidelijke afbouw van die steun in de huidige EU 15.
Het issuespaper is daarbij in beginsel een goede bijdrage tot de verdere onderhandelingen. De Commissie is niet bezweken voor de vraag naar hoeveelheden hectares en quota die de kandidaat-lidstaten graag zouden willen hebben maar waarvoor geen rechtvaardiging in de huidige productie te vinden is. De voorgestelde hoeveelheden zijn gebaseerd op historische cijfers en niet op 'potentiële productie'. De door de Commissie voorgestane methodiek maakt het bovendien mogelijk de nadruk te leggen op herstructurering van de sector met de beschikbare gelden. Ik zal de Commissie dan ook prijzen voor de evenwichtige benadering die gekozen is maar aangeven dat nog vele vragen moeten worden beantwoord. Ik ben daarnaast wel van mening dat meer aandacht dient uit te gaan naar de problematiek rond voedselveiligheid en voor de herstructurering van de gehele agrofoodketen. Nu ligt de nadruk in het document van de Commissie vrij eenzijdig op de primaire landbouw.
De minister van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,
mr. L.J. Brinkhorst
---