Ministerie van Buitenlandse Zaken


---

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Directie Verenigde Naties en Internationale Financiële Instellingen Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag

Datum 1 februari 2002 Auteur Aafje Grasveld

Kenmerk AMBD-011/02 Telefoon 070-3484952

Blad /2 Fax 070-3486167

Bijlage(n) Factsheet FfD E-mail aafje.grasveld@minbuza.nl
Betreft Deelname aan FfD Conferentie van 18 tot 22 maart 2002 in Monterrey, Mexico
C.c.
Zeer geachte Voorzitter,

Van 18 tot 22 maart 2002 zal in Monterrey, Mexico de VN topconferentie voor Financing for Development (FfD) gehouden worden. Deze conferentie heeft tot doel om op politiek niveau de financieringsdimensie nader uit te werken van de Millennium Verklaring die in juni 2000 is aanvaard als de alomvattende ontwikkelingsagenda voor de 21e eeuw.

Meer informatie over de FfD conferentie treft u in de bijlage van deze brief aan. Tevens kunt u informatie vinden op de website http://www.un.org (onder "Events & Conferences").

Aan de FfD Conferentie zal deelgenomen worden door een Koninkrijksdelegatie. In verband hiermee stel ik het op prijs indien de Tweede Kamer drie van haar leden afvaardigt om deel uit te maken van deze Koninkrijksdelegatie. In verband met de organisatorische planning verneem ik gaarne zo spoedig mogelijk welke leden van de Tweede Kamer deel zullen uitmaken van de delegatie, alsmede de volgende gegevens van deze personen:

Volledige naam; voor- en achternaam, initialen, titulatuur.

Telefoon-, faxnummer, e-mail (werk).

U kunt deze informatie mailen naar: henriette.bernal@minbuza.nl

Voor de goede orde meld ik dat de reis- en verblijfkosten van de drie afgevaardigden voor rekening komen van het Ministerie.

De Voorzitter van de Eerste Kamer heb ik een brief van gelijke strekking toegezonden.

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

Eveline Herfkens

Financing for Development (FfD)

De VN topconferentie voor FfD vindt plaats in Monterrey, Mexico, van 18-22 maart 2002. Tijdens deze conferentie wordt verwacht dat op politiek niveau verplichtingen worden aangegaan, die het mogelijk maken om de internationaal overeengekomen ontwikkelingsdoelstellingen (de Millennium Development Goals, MDG's) te realiseren, die in de Millennium verklaring van juni 2000 op het hoogste politieke niveau zijn geaccordeerd. Het gaat daarbij met name om de noodzakelijke middelen te identificeren én de bereidheid aan de dag te leggen om deze t.z.t. te genereren.

Het unieke van deze conferentie ligt in de bereidheid van de Bretton Woods Instellingen, de VN en de WTO om gezamenlijk op politiek niveau een impuls te geven aan de implementatie van de MDG's door de financiering ervan zeker te stellen en meer coherentie te bewerkstelligen in de onderlinge samenwerking. Tevens is er een groeiende bereidheid onder de ontwikkelingslanden (vide Big Table II en NEPAD, New Partnership for African Development) om orde op zaken te stellen in eigen huis. Uitgaande van een streven naar een innovatieve, holistische benadering bestaat er duidelijk een wil om meer te bereiken dan opnieuw een herbevestiging van eerdere beloften en verklaringen.

Ter voorbereiding van de conferentie is een position paper opgesteld door een facilitator (de Mexicaan Mauricio Escanero) dat uitgaat van interlinkages en coherentie tussen de ontwikkelingsagenda en de financieringsagenda en waarin zes hoofdthema's aan de orde worden gesteld:


- Mobilisatie van binnenlandse financiële middelen;

- Generering van buitenlandse investeringen;


- Hervorming van het mondiale handelsregime;


- Mobilisatie van buitenlandse financiële middelen, waaronder ODA;

- Duurzame schuldenbeheer;

Systemische kwesties in het multilateraal stelsel en de follow- up van de conferentie

(samenwerking tussen multilaterale organisaties; coherentie in internationale financiële architectuur, effectiviteit en complementariteit van het VN stelsel).

Het outcome document is vastgesteld tijdens de vierde PrepCom van 14 tot 27 januari 2002 in New York. Het is een consensus document waarin enerzijds aandacht wordt besteed aan de holistische ontwikkelingsagenda en anderzijds aan de verschillende bronnen en middelen, die daarvoor ingezet moeten worden (m.n. besparingen, investeringen, exportopbrengsten, schuldverlichting en - daaraan complementair - official development asssistance). Het document benadrukt partnerschap, goed beleid en bestuur en wederzijdse verantwoordelijkheden voor het bereiken van de millennium doelstellingen.

Voor Minister Herfkens zijn met name de volgende kwesties van belang:


- Compliance van alle geïndustrialiseerde landen inzake het realiseren van de ODA-norm van 0.7% BNP en het onderzoeken binnen welk tijdsbestek dit te bereiken. Algemeen wordt aanvaard dat een aanzienlijke verhoging van ODA nodig is om de doelstellingen te bereiken die in de millennium verklaring zijn vastgelegd. Eveneens dat dit een aanzienlijke inspanning van donoren zal vergen, vooral van diegenen die nog onder de 0.7% BNP zitten;


- Beleidscoherentie op multilateraal en nationaal niveau. Het realiseren van de MDG's is alleen mogelijk wanneer er, zowel nationaal als multilateraal, een grotere coherentie komt tussen het internationale handelsbeleid, het internationale financiële beleid en het hulpbeleid. Ook is betere samenwerking tussen multilaterale instellingen noodzakelijk;


- Wederkerige verplichtingen tussen donorlanden en ontwikkelingslanden. Wanneer ontwikkelingslanden een goed beleid voeren, dat is gericht op armoedebestrijding en dat door regering en bevolking breed wordt gesteund, zou de donorgemeenschap zich bereid dienen te verklaren daarvoor adequate financiële ondersteuning te verstrekken. Bij de MOL's conferentie in mei jl. heeft Nederland een dergelijke global deal in componenten uitgewerkt.

Tot op heden bleek tijdens het voorbereidingsproces dat een intensieve samenwerking tussen BWI en VN plaatsvindt op basis van comparatieve waarden. Tijdens de laatste PrepCom is uiteindelijk consensus bereikt na een dreigende verharding van standpunten in de voorafgaande concepten van outcome papers. Dit betekent wel dat een aantal innovaties voor ontwikkeling en financiering pas bij de conferentie zelf weer opgepakt kunnen worden. De EU zal hierin een belangrijke rol spelen bij het vaststellen van het uiteindelijke EU standpunt dat in februari aan de Algemene EU raad wordt voorgelegd.

Het is nu van belang dat er een hoog politiek profiel wordt gegeven aan het proces door de betrokken partijen. Het is essentieel dat het onderwerp FFD zo prominent op de agenda van de Development Committee van de WB stond en dat de SGVN aanwezig was bij een deel van de bijeenkomst. De verwachting is dat de FfD conferentie vooral een kernachtige politieke boodschap uitdraagt in plaats van een gebruikelijk "programma of action".

Nederland trekt hard aan het 0,7% ODA dossier in EU kader en boekt daar stapsgewijs vooruitgang, te meer daar nu op de OS raad van 8 november jl. en op de Europese Raad in Laeken is geaccordeerd dat elke EU lidstaat zal onderzoeken op welke wijze en binnen welk tijdspad deze doelstelling van de 0.7% gerealiseerd kan worden. De Commissie en het EU-Voorzitterschap zullen bij de AR van februari rapporteren over de plannen van de individuele lidstaten om hieraan gevolg te geven.

29.01.02 MJE

bijgesteld na vierde PrepCom

===