Nieuw-Vlaamse Alliantie

CD&V en Spirit kunnen Minderhedenverdrag kelderen, na de woorden, wanneer de daden? (16/03/02)

De N-VA reageert verbolgen op de houding van de Vlaamse partijen inzake het rapport-Nabholz-Heidegger dat de N-VA uitbracht. CD&V en Spirit zetten verbaal de borst op maar zijn blijkbaar niet te bewegen tot de uitspraak dat hun parlementsleden, in respectievelijk het Brussels gewest en het Vlaams parlement, het Minderhedenverdrag niet gaan ratificeren. Want zo eenvoudig is het: wanneer CD&V bevestigt dat haar parlementsleden in het Brussels gewest het Minderhedenverdrag onder geen beding goedkeuren, dan is elk probleem van de baan. Hetzelfde geldt voor de Spirit-mandatarissen in het Vlaams parlement. Voor de uiteindelijke ratificering van het Minderhedenverdrag is er immers een meerderheid nodig in alle parlementen die België rijk is. Wegen voor CD&V en Spirit de eigen ministerposten zwaarder door dan het algemeen Vlaams belang?

De N-VA schaart zich achter de vraag van CD&V voor een debat in het Vlaams parlement. Daar wil de N-VA van CD&V en Spirit horen dat zij het Minderhedenverdrag onder geen beding goedkeuren.

Tot vervelens toe herhaalt de N-VA dat de formulering van een voorbehoud bij de ratificering van het verdrag, geen enkele waarde heeft en geenszins uitsluit dat de Franstaligen in Vlaanderen verregaande rechten kunnen opeisen. De recentste studie terzake van het Instituut voor Constitutioneel Recht van de KUL (1999) wijst dit nogmaals uit.

Verwijzend naar de regeringen in België besluit de auteur: 'Op hen, en vooral op de Vlaamse regering, zal de verantwoordelijkheid rusten om een politieke keuze te maken om het verdrag en zijn implicaties ofwel volledig, ofwel helemaal niet te aanvaarden. In deze bijdrage werd alvast één reden aangebracht om met de nodige omzichtigheid dit dossier te benaderen. Wanneer de Belgische regering immers een voorbehoud of een interpretatieve verklaring bij het Kaderverdrag wil formuleren, dreigt dit voorbehoud of deze interpretatieve verklaring strijdig te zijn met het internationaal recht. Deze mogelijke strijdigheid kan, samen met de specificiteit en eigenheid van onze instellingen, zoals onlangs nog aangetoond in de reacties op het rapport Columberg, een voldoende argument bieden om het Kaderverdrag helemaal niet goed te keuren' (Arne Vandaele, Bedenkingen bij voorbehouden en interpretatieve verklaringen bij verdragen naar aanleiding van het arrest nr. 117/98 van het Arbitragehof Het Kaderverdrag ter bescherming van de minderheden als casus. In: Tijdschrift voor bestuurswetenschappen en publiek recht, 1999/10.) Wanneer gaan de Vlaamse partijen deze raad opvolgen?

Auteur:
Nieuw-Vlaamse Alliantie
Jan Loones, Vlaams parlementslid, Geert Bourgeois, alg. voorzitter

Meer informatie:
Contactpersoon: Ben Weyts, woordvoerder
Telefoon: 02/219.49.30
Fax: 02/217.35.10
E-post: ben.weyts@n-va.be
Url: www.n-va.be