Gen voor aangeboren blindheid ontdekt
In Nederland is aangeboren blindheid, of Leber congenitale amaurose,
een van de belangrijkste oorzaken van slechtziendheid bij kinderen.
Anneke den Hollander ontdekte tijdens haar promotie bij de afdeling
Antropogenetica van het UMC St. Radboud een van de verantwoordelijke
genen: CRB1. Afwijkingen in dit CRB1-gen veroorzaken aangeboren
blindheid bij één op de acht kinderen met deze aandoening. De
ontdekking biedt mogelijkheden voor erfelijkheidsadvisering en voor
het ontwikkelen van gentherapie. Anneke den Hollander zal op vrijdag 8
maart promoveren aan de KU Nijmegen.
Het CRB1-gen werd ontdekt door een bijzondere, omgekeerde
onderzoeksmethode: Den Hollander begon haar onderzoek met het
identificeren van genen die een specifieke functie hebben in het
netvlies, maar niet in andere organen. Deze genen zijn
`kandidaat-genen' voor erfelijke aandoeningen van het netvlies. Tot
voor kort was het gebruikelijk dat bij een bepaalde ziekte naar het
oorzakelijke gen werd gezocht.
Oogartsen in binnen- en buitenland leverden bloedmonsters van
patiënten met allerlei erfelijke aandoeningen van het netvlies. Bij
twee aandoeningen werden afwijkingen gevonden in het CRB1-gen van de
patiënten. De eerste aandoening heet retinitis pigmentosa. Patiënten
met deze aandoening worden eerst nachtblind, en worden rond hun
puberteit geleidelijk blind of zeer slechtziend. Deze resultaten
werden gepubliceerd in het toonaangevende tijdschrift Nature Genetics.
Vervolgonderzoek toonde ook afwijkingen aan in het CRB1-gen bij
patiënten met aangeboren blindheid.
Gentherapie voor aangeboren blindheid
De afgelopen vijf jaar is er grote vooruitgang geboekt in het
ophelderen van de genetische oorzaken van aangeboren blindheid. CRB1
is het zesde betrokken gen dat ontdekt is. Deze ontwikkelingen maken
DNA-diagnostiek en erfelijkheidsadvisering mogelijk voor ouders met
een kind met aangeboren blindheid.
Ook op het gebied van de behandeling zijn belangrijke ontwikkelingen
gaande. Een onderzoeksgroep in de VS paste vorig jaar met succes
gentherapie toe bij honden met aangeboren blindheid (Nature Genetics,
mei 2001). Zij spoten een goede kopie van het defecte gen in het
hondenoog. Dit herstelde het gezichtsveld: een veelbelovende stap in
de richting van genezing van kinderen met aangeboren blindheid. Maar
voordat aan gentherapie gedacht kan worden is het van belang om voor
iedere patiënt de specifieke genafwijking te bepalen. De ontdekking
van het CRB1-gen is daarom een onmisbare schakel in de ontwikkeling
van een therapie voor deze kinderen.
Titel proefschrift:
Identification of the CRB1 genCRB1 gene and analysis of its role in
autosomal recessive retinal dystrophies
Datum promotie: 8 maart 2002, Erasmusgebouw, Katholieke Universiteit
Nijmegen
6-3-2002