European Commission

IP/02/366

Brussel, 6 maart 2002

De Commissie wil cadmiumaccu's voor elektrische auto's uiterlijk in 2005 door veiliger accu's vervangen

De Europese Commissie heeft vandaag besloten een voorstel in te dienen om het gebruik van cadmiumaccu's in elektrische auto's met ingang van eind 2005 te verbieden. Cadmium kan ernstige schade toebrengen aan de gezondheid van de mens en het milieu en er zijn al alternatieven voor cadmiumaccu's in de handel. In de richtlijn over autowrakken, die in 2000 is vastgesteld, is een algeheel verbod op zware metalen opgenomen en wordt bepaald dat lood, kwik, cadmium en zeswaardig chroom op 1 juli 2003 zullen worden verboden tenzij er vrijstelling wordt verleend. Deze vrijstellingen zijn alleen mogelijk als het gebruik van zware metalen voor bepaalde toepassingen onvermijdelijk is. Voordat de Commissie het voorstel definitief vaststelt, zal een regelgevend comité er eerst advies over uitbrengen.

Commissaris Margot Wallström van milieu verklaarde: "Via de uitvoering van de autowrakken-richtlijn geven we een duidelijk signaal dat cadmium uiterlijk eind 2005 in autoaccu's moet worden vervangen. Aangezien deze accu's in elektrische auto's worden gebruikt en we uiteraard willen zorgen voor een expansie van de markt voor dergelijke auto's zonder emissie, is het belangrijk dat de markt voor elektrische auto's niet door de overschakeling op de beschikbare vervangingsmiddelen wordt verstoord. Met ons voorstel proberen we een eind te maken aan deze toepassing van cadmium en toch voor een toename van het gebruik van elektrische auto's te zorgen."

Bij de vaststelling van Richtlijn 2000/53/EG betreffende autowrakken hebben het Europees Parlement en de Raad besloten dat auto's die na 1 juli 2003 op de markt worden gebracht, niet langer de zware metalen lood, kwik, cadmium en zeswaardig chroom mogen bevatten tenzij daarvoor in bijlage II van de richtlijn vrijstelling wordt verleend. Het verbod op zware metalen is bedoeld om te voorkomen dat deze gevaarlijke stoffen in het milieu terechtkomen, om recycling gemakkelijker te maken en om te voorkomen dat er gevaarlijk afval moet worden verwijderd.

De Commissie vindt het heel belangrijk dat er een markt voor duurzame vervoersmiddelen als elektrische auto's blijft bestaan. Uit de door de Commissie met de hulp van onafhankelijke deskundigen uitgevoerde analyse is gebleken dat er al technologie op de markt is die als alternatief voor cadmium kan fungeren en dat de overschakeling op cadmiumvrije elektrische auto's op 31 december 2005 kan worden voltooid zonder dat de markt voor elektrische auto's zal worden verstoord.

Achtergrond

De autowrakken-richtlijn is gebaseerd op het vervangingsbeginsel, dat inhoudt dat vrijstelling van het verbod op zware metalen alleen mogelijk is als het gebruik van zware metalen voor bepaalde toepassingen onvermijdelijk is. Wanneer het gebruik van zware metalen wel kan worden vermeden, kan geen vrijstelling worden verleend. Het voorstel van de Commissie houdt dan ook in dat een vrijstelling van het verbod alleen wordt toegestaan als dit vanwege het ontbreken van vervangingsmiddelen nodig is. Het verbod op cadmium zal geen gevolgen hebben voor elektrische auto's die al op de markt zijn, maar alleen voor auto's die na 2005 op de markt worden gebracht.

Cadmium is een zwaar metaal dat niet van essentieel belang is voor plantaardig of dierlijk leven. Het metaal staat bekend als verontreinigende stof vanwege de effecten op de gezondheid van de mens (volgens de huidige kennis is nierbeschadiging waarschijnlijk het kritische gezondheidseffect maar ook andere negatieve effecten zijn aangetoond) en het milieu (cadmium wordt door veel organismen, met name micro-organismen en weekdieren, gemakkelijk geaccumuleerd). Sinds 1988 bestaat er EU-regelgeving voor cadmium.

Er zijn momenteel alternatieven voor cadmiumaccu's op de markt in de vorm van nikkel-metaalhydride-accu's en op langere termijn zullen er lithium-ion-accu's beschikbaar zijn.

Het voorstel zal nu voor advies worden voorgelegd aan het regelgevend comité voor de afval-kaderrichtlijn. Dit comité bestaat uit vertegenwoordigers van de lidstaten en wordt voorgezeten door de Commissie. Als het comité met een gekwalificeerde meerderheid van stemmen een positief advies over het voorstel uitbrengt, zal de Commissie het besluit officieel vaststellen. Als dit niet gebeurt, heeft de Raad drie maanden om een besluit te nemen en als hij dit niet binnen deze termijn doet, stelt de Commissie haar voorstel vast.