Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
De Voorzitter van de Vaste Commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en
Visserij
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van
06-03-2002
Verslag Landbouwraad 18 februari 2002 te Brussel
Geachte Voorzitter,
Op maandag 18 februari jl. vond in Brussel een vergadering plaats van de Europese ministers van Landbouw. Tijdens deze Landbouwraad is onder meer gesproken over de voorstellen van de Commissie inzake de bestrijding van de Afrikaanse Varkenspest. Luxemburg maakte van de gelegenheid gebruik mede te delen dat in Luxemburg een officieel geval van Klassieke Varkenspest is vastgesteld. Er vond een uitvoerige discussie plaats over de wijziging van de marktordening tabak. De Italiaanse minister gaf een presentatie over het Italiaanse positionpaper over de herziening van het GLB. Aansluitend verzochten Frankrijk en Italië om goedkeuring van de Raad om aanvullende nationale financiering inzake crisisdistillatie voor wijn te mogen geven. De Raad heeft hierover nog geen besluit kunnen nemen. Tijdens de Raad van maart zal de discussie plaatsvinden over het discussiedocument van de Commissie over de uitbreiding. Als voorbereiding op die discussie heeft de Commissie een presentatie gegeven over de uitbreidingsstrategie. Aansluitend is nog gesproken over honing en de uitvoering van BSE-tests op verzoek van Denemarken.
datum
06-03-2002
kenmerk
IZ. 2002/407
bijlage
Afrikaanse Varkenspest
De heer Byrne zette de inhoud van de voorstel van de Commissie uiteen.
Het voorstel beschrijft de specifieke regelgeving voor de controle op
Afrikaanse Varkenspest (AVP) en past tegelijkertijd de richtlijn aan
ten aanzien van de ziekte van Teschen.
AVP was de enige ziekte die op de A-lijst van de OIE stond waarvoor
nog geen regelgeving bestond. AVP is een ernstige en besmettelijke
dierziekte die nog in Afrika voorkomt en zelfs niet geheel in de EU
uitgeroeid is.
In geïsoleerde gebieden van de EU, zoals bijvoorbeeld Sardinië, komt
AVP incidenteel nog voor. De bestrijdingsmaatregelen voor AVP tonen
sterke overeenkomsten met de maatregelen voor de bestrijding van
Klassieke Varkenspest.
Alle lidstaten steunden het voorstel en de werkzaamheden van de
Commissie.
Een discussie vond niet plaats.
De Luxemburgse landbouwminister, de heer Boden, maakte van de
gelegenheid gebruik melding te maken van een geval van Klassieke
Varkenspest in zijn land. Inmiddels was een bestrijdingsplan
operationeel en een controlegebied ingesteld waarbinnen zich ongeveer
15.000 varkens bevinden. De heer Boden verzekerde de Raad dat alles in
het werk wordt gesteld deze uitbraak snel het hoofd te bieden.
Tabak
Het wijzigingsvoorstel van de Commissie voor de marktordening tabak
voor de komende 3 jaar beoogt een vermindering van de tabakssubsidies
en de ontwikkeling van de omschakeling van bedrijven. Dit wil de
Commissie bereiken door aanpassing van de premies en de
garantiedrempels. Uit de verlaging van de garantiedrempels volgt een
budgettaire besparing van 31,4 miljoen per jaar.
De ontwikkeling van de omschakeling van tabaksbedrijven wil de
Commissie stimuleren door de bestedingen van het tabaksfonds te
wijzigen.
Afdrachten aan het tabaksfonds worden geleidelijk verhoogd tot 3% in
2004, dit wordt gefinancierd door inhoudingen op de uit te keren
steunbedragen.
Zoals voorzien, tekende zich een duidelijke scheidslijn af in de Raad.
De groep producerende landen was van mening dat de voorstellen van de
Commissie te ingrijpend van karakter zijn. Zij betoogden dat tabak
uitsluitend in bepaalde regio's geteeld wordt waar weinig
alternatieven zijn om de werkgelegenheid in stand te houden.
De groep niet-producerende landen is voorstander van meer
hervormingsgezinde voorstellen en van een geleidelijke uitfasering van
de subsidies aan telers.
De algemene consensus van de groep niet-producerende landen is dat het
stimuleren van de tabaksproductie niet te rijmen valt met het gevoerde
anti-rookbeleid.
In de discussie heb ik mijn zorgen geuit over de coherentie in het
EU-beleid. Enerzijds wordt veel moeite gedaan om het roken te
ontmoedigen en de kosten voor de volksgezondheid omlaag te brengen,
terwijl anderzijds de productie van tabak wordt gestimuleerd. Ik ben
er voorstander van om de subsidies aan de tabaksteelt sneller uit te
faseren dan de Commissie voorstelt. Daarbij vind ik het tegelijkertijd
van groot belang om alternatieven te bieden om de werkgelegenheid in
die plattelandsgebieden te behouden. Dit, omdat het naar mijn idee
niet rechtvaardig is om voor één specifiek product de steun sneller te
verminderen dan voor andere, zonder dat serieuze alternatieven worden
geboden.
De Voorzitter deelde mee dat het onderwerp tabak weer geagendeerd zal
worden voor de Raad van maart. In de tussenliggende periode wordt dit
dossier op ambtelijk niveau voorbereid.
Visie Italië op het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid
De heer Allemano, de Italiaanse minister van landbouw, zette de
Italiaanse visie op het GLB uiteen. Uit het betoog van de Italiaanse
minister viel op te maken dat Italië gematigd is als het aankomt op
hervormingen. Aanzienlijke afbouw van steunbedragen aan de landbouw
dienen voorkomen te worden.
Daarmee benadrukt Italië dat een sterk GLB noodzakelijk blijft.
Echter, om het GLB te verdedigen en in het bijzonder de rol van de
primaire landbouw, is het nodig tegelijkertijd haar te veranderen en
innovatieve instrumenten te introduceren.
De heer Allemano stelde een drietal thema's centraal: kwaliteit,
milieu en werkgelegenheid.
Het aangepaste GLB moet volgens Italië flexibeler worden. Het verlenen
van steun dient dan ook gekoppeld te worden aan andere dan puur
productiebelangen. Aspecten die de heer Allemano als voorbeeld noemde
waren milieu, streekeigen producten en maatschappelijke belangen. Een
ander belangrijk element uit het paper van de Italianen is dat het
uitkeren van subsidies overgelaten dient te worden aan de lidstaten
zelf zonder communautaire verplichting tot het stellen van voorwaarden
aan subsidies.
Als uitgangspunten van het Italiaanse beleid, noemde de heer Allemano:
* geen renationalisering van het GLB;
* geen volledige ontkoppeling van steun en landbouwproductie;
* geen degressiviteit van inkomenssteun;
* meer mogelijkheden voor het toepassen van co-financiering;
* uitbreiding van innovatie steunmaatregelen.
De heer Fischler prees het initiatief van Italië. Hij zei toe het document grondig te bestuderen. Hij deelde de mening van de heer Allemano dat het niet langer van deze tijd is dat landbouw uitsluitend bestaansrecht ontleent aan de productie van voedingsmiddelen. Hij duidde echter tevens op processen waar het GLB ook op toegesneden dient te zijn, zoals de uitbreiding en de WTO. Binnen deze criteria zal een juiste mix gevonden moeten worden voor het te voeren beleid.
Additionele nationale steun voor crisisdistillatie (Frankrijk en
Italië)
Tijdens de Raad hielden zowel de minister van Frankrijk als de
minister van Italië een pleidooi voor het mogen toekennen van
aanvullende nationale steun voor crisisdistillatie. In het geval van
Frankrijk gaat het om een hoeveelheid van 4,5 miljoen hectoliter, in
het geval van Italië om een hoeveelheid van 4 miljoen hectoliter.
Van Nederlandse zijde heb ik laten blijken dat er structureel veel mis
is met de werking van de marktordening wijn. De gewenste en
noodzakelijke hervormingen komen nog niet op gang, hetgeen ook blijkt
uit de verzoeken die voor lagen.
Verschillende lidstaten uitten tijdens de Raad hun zorgen over de
ontwikkelingen in de wijnsector. Inmiddels is dit het derde verzoek in
veertien maanden, wat er volgens sommige lidstaten op duidt dat de
marktordening voor wijn die onlangs is aangenomen niet adequaat
functioneert. Een enkele lidstaat gaf te kennen zich daarom te zijner
tijd van stemming te zullen onthouden. Ook ik heb me aldus
uitgesproken.
Tijdens de Raad is geen besluit genomen over deze verzoeken omdat
Denemarken een parlementair voorbehoud aantekende. Indien Denemarken
dit voorbehoud opheft, is het de verwachting dat het zal worden
aangenomen.
De Commissie deelde mee dat de toekenning van de verzoeken tegen de
werking van de richtlijn indruist. Om die reden kan de Commissie niet
haar steun verlenen aan de verzoeken van Frankrijk en Italië, hetgeen
ze voor de notulen wenste vast te leggen.
Discussie-paper over de Uitbreiding
Commissaris Fischler gaf een inhoudelijke presentatie over de
strategische voorstellen van de Commissie inzake de uitbreiding. Het
discussie-paper van de Commissie is gebaseerd op twee basisprincipes:
1. het aquis dient gerespecteerd te worden, eventueel met behulp van
overgangstermijnen;
2. het financieel plafond dat overeengekomen is tijdens de Agenda
2000 besprekingen in Berlijn dient gerespecteerd te worden.
Het respecteren van het financieel plafond van Berlijn bereikt de
Commissie door de stapsgewijze invoering van directe inkomenssteun en
het aanscherpen van de bestedingscriteria voor de gelden bestemd voor
plattelandsgebieden.
Commissaris Fischler ziet de voorstellen om een vijftal redenen als
evenwichtig:
1. zij stroken met de afspraken van Berlijn;
2. het aquis wordt gerespecteerd;
3. zij lopen niet vooruit op de ontwikkelingen van het GLB;
4. zij komen tegemoet aan de aanpak en het tijdstraject dat
afgesproken is tijdens de top van Nice;
5. zij sluiten goed aan bij de behoeften van de kandidaat-lidstaten.
Als bijlage heb ik de sheetpresentatie van Commissaris Fischler
bijgevoegd. Voor de verdere inhoud van het discussie-paper verwijs ik
u naar de brief die staatssecretaris Benschop op 4 februari jl. aan uw
Kamer heeft gestuurd (kenmerk DIE-063/02).
Een discussie vond niet plaats. De Voorzitter van de Raad, de heer
Arias Cañete, deelde mee dat aan de hand van een vragenlijst een
inhoudelijke discussie zal plaatsvinden tijdens de Raad van maart.
Diversen
Honing (Luxemburg)
De heer Boden verzocht de Commissie het verzoek van het EP te
honoreren om meer financiële middelen voor de honingsector uit te
trekken.
In de verordening voor honing zijn maatregelen opgenomen ter
verbetering van de productie en afzet. Tevens is de verplichting
opgenomen om na 3 jaar een evaluatieverslag uit te brengen aan de Raad
en het EP. Op basis van het in maart 2001 voorgelegde verslag heeft de
Raad besloten onderhavige verordening te handhaven. Belangrijke
argumenten waren dat de honingproductie in verscheidene lidstaten
bijdraagt aan de landbouweconomie, de plattelandsontwikkeling en het
ecologisch evenwicht. Het beschikbare budget voor de verordening is
onlangs verhoogd met 10% tot 16,5 miljoen.
Alle producerende landen sloten zich aan bij de opmerkingen van
Luxemburg.
Commissaris Fischler was niet van zins tegemoet te komen aan het
verzoek.
De toepassing van de verordening is tevredenstellend, de economische
situatie in de honingsector is stabiel. Daarnaast, zo vervolgde de
Commissaris is het budget eind 2001 reeds met 10% verhoogd. Hij zag
geen aanleiding om meer steun aan imkers te verlenen.
Uitvoering van BSE-maatregelen in de lidstaten (Denemarken)
Denemarken vroeg aandacht voor de gebrekkige uitvoering van
BSE-maatregelen in de lidstaten. Aanleiding voor het Deense verzoek
was de bespreking van het BSE-rapport van het Europees Parlement met
de heer Byrne op 5 februari jl.
Tijdens deze bespreking werd onder meer gesproken over de gebrekkige
implementatie van BSE-maatregelen in enkele lidstaten.
De heer Byrne ging uitvoerig in op dit onderwerp. Hij uitte zijn
zorgen over het feit dat BSE is vastgesteld in runderen die geboren
zijn in 1998. Dat zou betekenen dat besmetting zich voordoet via
vlees- en beendermeel. De Commissaris riep de lidstaten op de grote
hoeveelheden vlees- en beendermeel die in opslag liggen met voorrang
te vernietigen.
Verder was de heer Byrne van mening dat in verschillende lidstaten het
toezicht op de uitvoering van tests beter kan. Deze ontwikkeling wordt
door de Commissie op de voet gevolgd. De Commissaris vervolgde zijn
betoog met de mededeling dat de lijst met SRM's waarschijnlijk zal
worden uitgebreid naar aanleiding van bevindingen van het
Wetenschappelijk Comité.
Afsluitend duidde de Commissaris op de situatie ten aanzien van de
kandidaat-lidstaten.
De Commissie constateerde dat een aantal dezelfde fouten gemaakt
worden als in de beginfase van de bestrijding van de BSE-crisis in de
EU-15.
De heer Byrne riep de kandidaat-lidstaten op hogere prioriteit toe te
kennen aan het voldoen van de EU-regelgeving op dit gebied.
Conform mijn toezegging in de Kamer heb ik en marge van de discussie over BSE Commissaris Fischler verzocht voorstellen te presenteren om de verschillen in destructiekosten in de lidstaten te harmoniseren.
Tekortkomingen in de uitvoering van BSE-tests (Duitsland) Mevrouw Künast legde uit dat er zich in de tweede helft van 2001 onregelmatigheden voordeden in de BSE-tests. Naar aanleiding hiervan heeft de Duitse minister een breed onderzoek gelast naar alle laboratoria en gehanteerde testmethodieken in Duitsland. Hieruit bleek dat foutieve testmethoden werden gebruikt in niet erkende laboratoria. Een beperkte hoeveelheid vlees van de betreffende foutief onderzochte dieren is regulier in de handel gebracht. Mevrouw Künast heeft als reactie hiervan verschillende 're-calls' uitgevoerd, ook van een partij vlees die naar Nederland geëxporteerd was.
Commissaris Byrne prees het daadkrachtige optreden van de Duitse
regering.
De minister van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,
mr. L.J. Brinkhorst
Bijlage:
Sheetpresentatie van Commissaris Fischler (PDF-formaat, 178 Kb)
Voor downloaden van PDF-bestanden:
Zie het origineel
http://www.minlnv.nl/infomart...2002/par02068.htm
.