Wim van Velzen

Persbericht drs Wim van Velzen

Commissaris Monti over vrije concurrentie energiemarkt

Brussel, 19 februari 2002

Tijdens een bezoek aan de Industricommissie in het Europees Parlement sprak Commissaris Monti van Mededinging over de rol van het Europese mededingingsrecht op het gebied van de liberalisering van de energiemarkt. Drie doelstellingen moeten hierdoor gerealiseerd worden:

1. Het garanderen van een vrije keus voor de afnemers
2. Een pluraliteit van aanbieders

3. Vrije toegang tot de netwerken

ad 1.) Er bestaan nog steeds exclusieve leveringscontracten met de oud-monopolist die nieuwe spelers op de markt ontmoedigen. Hierbij moeten de voordelen die voortvloeien uit die contracten en het marktvermogen van de oud-monopolist worden bekeken in het licht van de richtlijn verticale prijsbinding.

ad 2.) Alle instrumenten van het mededingingsrecht moeten hiervoor worden aangewend, namelijk de artikelen 81 (kartelverbod) en 82 (verbod misbruik van machtspositie) EU-Verdrag, de concentratieverordening en de bepalingen over staatssteun.

Het aanbieden van bijvoorbeeld aardgas wordt vaak beheerst door territoriale clausules; het aardgas mag dan alleen worden aangeboden in de eigen lidstaat waardoor nationale markten worden afgeschermd. Dit druist in tegen de doelstelling van één Europese interne markt.

Het aantal concentraties op het gebied van energie binnen de EU is toegenomen, bij drie concentraties ging het om EDF, de Franse energieleverancier. Zo wilde EDF zich begeven op de Spaanse energiemarkt om de interconnectie tussen het Franse en Spaanse energienet te bewerkstelligen, waarmee de marktpositie van EDF aanzienlijk zou worden versterkt. Als oplossing is de interconnectiecapaciteit met 4000 megawatt uitgebreid op geleidelijke basis.

De Commissie heeft altijd opgetreden met mededingingsmaatregelen als een concentratie een te dominante marktpositie dreigde te krijgen.

Sommige vormen van staatssteun kunnen de concurrentie vervalsen maar zijn in bepaalde gevallen geoorloofd, bijvoorbeeld in het belang van het milieu. Zo zijn "groene projecten" als het stimuleren van hernieuwbare energie en de Nederlandse eco-heffingen op energie toegestane vormen van staatssteun.