Vrije Universiteit Amsterdam
Overzicht | veb@dienst.vu.nl
---
Benoemingen aan de Vrije Universiteit
Per 1 februari 2002 zijn de volgende hoogleraren benoemd:
De heer dr. J.J.L.M. Bierens is benoemd tot hoogleraar
Anesthesiologie, in het bijzonder de Urgentiegeneeskunde, bij het VU
medisch centrum. Bewaking, herstel en behandeling van acuut bedreigde
of ontregelde vitale functies staan centraal binnen de leerstoel,
zowel op het gebied van onderzoek als (bij)scholing. Behalve
anesthesiologen op operatiekamers, krijgen buiten de operatiekamers
ook niet- anesthesiologen en anesthesiologen te maken met ontregelde
vitale functies. Ze kunnen er overal in het ziekenhuis - of daarbuiten
- mee worden geconfronteerd. Bierens zal aandacht besteden aan de
ontwikkeling en verspreiding van kennis, om de kwaliteit van de zorg
op dit gebied te waarborgen. Joost Bierens (1954) was in 1983, voor
zijn specialisatie tot anesthesioloog, als arts werkzaam bij de
hulporganisatie Médecins Sans Frontières in Honduras. Na zijn
specialisatie in Leiden volgde hij in Leuven een verdere opleiding tot
urgentiearts. Vervolgens werkte hij zes jaar bij het St.
Maartensgasthuis in Venlo en daarna was hij van 1996 tot 1999 in het
Stuyvenberg-ziekenhuis te Antwerpen hoofd van de afdeling Intensive
Care en van het Centrum voor Hyperbare Zuurstoftherapie. Vervolgens
werkte Bierens in het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis in Amsterdam, tot hij
in 2000 in het VUmc aan de slag ging. In 2001 werd hij hier
afdelingshoofd ad interim Patiëntenzorg en management. Bierens is op
verschillende manieren betrokken bij de ontwikkeling van de
urgentiegeneeskunde in binnen- en buitenland.
De heer dr. J.M. Koot is benoemd tot hoogleraar
Ontwikkelingspsychologie met inbegrip van de
Ontwikkelingspsychopathologie bij de Faculteit der Psychologie en
Pedagogiek. Hans Koot (1950) promoveerde in 1993 in Rotterdam op het
proefschrift Problem behavior in Dutch preschoolers. Van 1983 tot 1987
deed hij in Nijmegen onderzoek naar de sociaal-emotionele ontwikkeling
van baby"s en peuters. Van 1988 tot 2002 werkte hij aan de afdeling
Kinder- en Jeugdpsychiatrie van de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Zijn onderzoek op het gebied van de kinderpsychiatrische epidemiologie
en de ontwikkeling van kinderen met lichamelijke aandoeningen leidde
in 1999 tot een bijzonder hoogleraar-schap op het gebied van de
Ontwikkelingspsychopathologie aan de EUR. Aan de VU zal Koot leiding
geven aan de afdeling Ontwikkelingspsychologie. Zijn onderzoek zal
zich richten op de normale en afwijkende sociaal-emotionele
ontwikkeling van kinderen, jongeren en jong-volwassenen, met speciale
aandacht voor het ontstaan en beloop van sociaal-emotionele
vaardigheden en stoornissen en de rol van genetisch/biologische,
sociale en culturele determinanten, processen en mechanismen daarin.
Daarnaast verzorgt hij onderwijs op het gebied van de normale
ontwikkeling en de ontwikkelingspsychopathologie.
Mevrouw dr.ir. H.C.W. de Vet is benoemd tot hoogleraar Klinimetrie bij
het Instituut voor ExtraMuraal Geneeskundig Onderzoek (EMGO) van het
VUmc. Riekie de Vet (1956) studeerde Humane Voeding in Wageningen en
promoveerde in 1990 in Maastricht op het proefschrift The role of
beta-carotene in cancer prevention. Epidemiological studies on
cervical dysplasia. Ze was van 1981 tot 1999 werkzaam bij de
Capaciteitsgroep Epidemiologie van de Universiteit Maastricht
achtereenvolgens als UD en UHD. Na zich aanvankelijk te hebben gericht
op het onderzoek naar de relatie tussen voeding en kanker, ging haar
aandacht vanaf 1992 uit naar het klinisch epidemiologisch onderzoek.
Het accent lag daarbij op effectiviteitstudies op het gebied van het
bewegingsapparaat, met speciale aandacht voor de validiteit en
betrouwbaarheid van uitkomstmaten. Mevrouw de Vet werd in 1999
programmaleider van het onderzoeksprogramma Aandoeningen van het
bewegingsapparaat binnen het Instituut voor Extramuraal Geneeskundig
Onderzoek (EMGO) van het VUmc. De strategische leerstoel Klinimetrie
moet een bijdrage leveren aan de kwaliteit van "het meten" binnen de
geneeskunde. Niet alleen het meten van allerlei aspecten van ziekte en
gezondheid, maar ook van de determinanten die erop van invloed zijn.
Ook het combineren van metingen in één onderzoek of in een
meta-analyse krijgt aandacht. De Vet zal zich daarom meer op de
methodologie dan op de inhoud van de metingen richten. Haar werk
beperkt zich niet tot aandoeningen van het bewegingsapparaat, maar
staat ten dienste van het hele VUmc.
De heer dr. H.A. Verhoef is benoemd tot hoogleraar Bodemecologie bij
de Faculteit der Aard- en Levenswetenschappen. Hij zal zich richten op
de experimentele analyse van de interacties tussen bodemorganismen in
relatie tot stofstromen. De nadruk ligt op de regulerende mechanismen
die een rol spelen bij de diversiteit en stabiliteit van
bodemlevensgemeen-schappen. Identificatie en karakterisering van
(sleutel)soorten met behulp van moleculair-biologische methoden en
technieken zijn daarbij cruciaal. Zo maakt de toepassing van stabiele
isotopen het mogelijk directe verbanden te leggen tussen stofstromen
en de daarbij betrokken organismen. De zo verkregen fundamentele
kennis zal worden ingezet om de effecten van menselijk beïnvloede
(mondiale) veranderingen te analyseren. Het gaat dan om processen als
vernatting, verdroging, vermesting en temperatuurstijging. Doel is te
komen tot een bodembiologisch programma waarin bodemecologie wordt
geïntegreerd met elementen vanuit de bodemmicrobiologie, hydrologie en
bodemkunde. Herman Verhoef (1946) promoveerde aan de VU in 1978 op het
proefschrift An ecological study on water relations in Collembola. Hij
verrichtte onderzoek in Frankrijk (CNRS; Laboratoire d"Écologie
Générale; Brunoy) en Engeland (Westfield College, University of
London). Verhoef werd in 1986 UHD Ecofysiologie van dieren en in 1992
UHD Bodembiologie. Binnen diverse EU-projecten verrichtte hij
onderzoek naar de effecten van klimaat en stikstofdepositie op
bodemchemie, bodemprocessen en bodemorganismen. Verder begeleidde hij
bodemecologisch onderzoek in Indonesië en Jamaica, samen met collega"s
van de Faculteit der Aardwetenschappen. Met de afdeling Microbiële
Fysiologie loopt nu onderzoek op het gebied van de Microbiële
ecologie.
---
2002-02-19 / pb 2.013.0 / AS