Wageningen Universiteit
Persbericht Wageningen Universiteit
18 februari 2002, nr. 013
Precisielandbouw kan milieubelasting aanzienlijk terugdringen
De overstap op precisielandbouw, waarbij met moderne technologie de toediening
van meststoffen en bestrijdingsmiddelen wordt afgestemd op de lokale
bodemcondities, kan een aanzienlijke bijdrage leveren aan het terugdringen van
de milieubelasting van de Nederlandse landbouw. Uit veldexperimenten blijkt
dat het gebruik van stikstofmeststoffen met 15 tot 27% kan worden
teruggebracht zonder concessies te doen aan de gewasopbrengst. Tevens kan de
controle over uitspoeling van bestrijdingsmiddelen aantoonbaar worden
verbeterd. Dit blijkt uit het onderzoek waarop ir. Jeroen van Alphen woensdag
20 februari promoveert bij Wageningen Universiteit. Uniek voor het onderzoek
is dat Van Alphen in nauwe samenwerking met een akkerbouwer een volledig
draaiend systeem voor precisielandbouw heeft ontwikkeld. Op grond van zijn
ervaringen bepleit Van Alphen om gebruik te maken van internet, geografische
informatiesystemen en modellen om zo op een eerlijker, doorzichtiger en minder
bureaucratische manier de milieubelasting op nationaal niveau terug te
dringen. Het huidige mineralenaangiftesysteem (MINAS) lijkt in ieder geval een
te grote simplificatie waarbij bodemverschillen geen rol meer spelen in de
regelgeving.
Satellietnavigatie
Bij precisielandbouw wordt met behulp van moderne ICT technieken - zoals
satellietnavigatie op landbouwmachines - de toediening van meststoffen en
pesticiden afgestemd op lokaal varierende bodemcondities. Groot voordeel is
dat optimale gewasgroei kan worden gecombineerd met een minimale belasting van
het milieu. Waar vanuit de techniek inmiddels veel mogelijk is, ligt de
uitdaging in het verkrijgen van hoogwaardige (bodemkundige) informatie die ons
in staat stelt om de technische mogelijkheden volledig te benutten. Jeroen van
Alphen heeft zich bij de onderzoeksgroep precisielandbouw van het Laboratorium
voor Bodemkunde en Geologie toegelegd op de mogelijkheden voor de Nederlandse
akkerbouw. Hierbij heeft hij op het akkerbouwbedrijf van de familie Van
Bergeijk op het eiland Voorne-Putten een volledig draaiend systeem voor
precisielandbouw ontwikkeld.
Voor het akkerbouwbedrijf is de bodemvariabiliteit binnen percelen in kaart gebracht en zijn operationele richtlijnen vastgesteld voor precisielandbouw. Het gebruik van simulatiemodellen vormt hierbij de rode draad. Al snel is afgestapt van het 'boeren op de vierkante meter': dat is relatief duur en heeft een geringe meerwaarde. Grotere eenheden blijken eigenlijk het overgrote deel van de variatie te beschrijven. De bemesting werd dan ook afgestemd op de nutrientenstatus van deze eenheden. De resultaten tonen aan dat met precisielandbouw gelijkblijvende opbrengsten mogelijk zijn bij aanzienlijk lagere giften van stikstofmeststoffen. Tevens kan de uitspoeling van pesticiden worden verminderd. Dit biedt aanknopingspunten voor verdere ontwikkeling van de gebruikte methoden en opent reele perspectieven voor de invoering van precisielandbouw op de middellange termijn.
Van Alphen bepleit een betere afstemming van het landelijke
mineralenaangiftesysteem MINAS op bodemkundige informatie. Dit zou goed aan
kunnen sluiten bij het plan om in 2002 te komen tot een registratie van alle
landbouwpercelen in een geografisch informatiesysteem dat toegankelijk is via
internet en waarin tevens informatie over landgebruik, bodemvruchtbaarheid en
beheer is opgenomen. Een elektronische koppeling van het mineralenmanagement
op perceelsniveau aan dit registratiesysteem biedt uitgelezen mogelijkheden om
de mineralenwetgeving te herzien, meent Van Alphen. Een groot deel van de
Nederlandse boeren heeft inmiddels toegang tot internet. Zo'n systeem biedt
het de mogelijkheid voor boeren hun eigen inspanningen op het gebied van
milieu direct te analyseren en te vergelijken met die van collega's. Bovendien
zou het tegemoetkomen aan de kritiek van de Algemene Rekenkamer dat het
huidige opzet van de MINAS-boekhouding vrijwel onmogelijk goed beheerd kan
worden. De investeringen voor het verkrijgen van de benodigde bodemkundige
informatie is in de Nederlandse situatie relatief gering (rond de _11.500 voor
een boerderij van 100 hectare).
NOOT VOOR DE PERS
De promotie van ir. B.J. Alphen vindt plaats op woensdag 20 februari om 13:30
uur in de Aula van Wageningen Universiteit. Het proefschrift 'Soil Processes
as a Guiding Principle in Precision Agriculture - A Case Study for Dutch
Arable Farming' (of een samenvatting) is op te vragen bij de Stafafdeling
Communicatie en Marketing: Gert van Maanen, tel. 0317-485003.
Behandeld door: Wetenschapsvoorlichter, Gert van Maanen, tel. 0317-485003.