Rijksuniversiteit Groningen
05 feb 2002
Persinformatie-logo
Nummer 18 5 februari 2002
Periode 14 t/m 20 februari 2002
De mens als speelgoed
Oprichting HOVO
ONDERZOEK
Mechanismen intergranulaire breuk in commerciële
aluminiumlegeringen
Flipperende lagen
AGENDA
Eerste Jan Snijders lezing: 'De mens als speelgoed'
Mededinging en organisatie
Opkomst van het molecularisme; van Beeckman tot Laplace
PERSONALIA
Gert de Roo bijzonder hoogleraar Planologie
Henny Van der Mei hoogleraar Biomateriaal-gerelateerde biofilms
en infecties
Eerste Jan Snijders lezing
De mens als speelgoed
Prof.dr. Rudi van den Hoofdakker houdt vrijdag 15 februari 2002 de
eerste Jan Snijders lezing. De lezing van Van den Hoofdakker is
getiteld De mens als speelgoed en gaat over de rol die
antidepressiva kunnen spelen in het leven van een mens. De Jan
Snijders lezing is ingesteld door de Senioren Academie Groningen en
Drenthe van de HOVO (Hoger Onderwijs Voor Ouderen) om jaarlijks het
belang van 'een leven lang leren' te onderstrepen. De lezing is
vernoemd naar prof.dr. Jan Snijders, de grondlegger van de HOVO. De
lezing is in het Academiegebouw te Groningen en begint om 14.00
uur.
Prof.dr. Jan Snijders (1910-1997), emeritus-hoogleraar Psychologie
van de Rijksuniversiteit Groningen, had een droom. De droom dat
senioren na gedane arbeid en zorgtaken in het gezin op zoek zouden
gaan naar nieuwe uitdagingen en kansen. Dat mensen in hun derde
levensfase dingen gingen doen waar zij eerder niet aan toe kwamen.
Ze zouden gaan genieten van een grotere vrijheid, verre reizen,
hobby's en vrijwilligerswerk kunnen gaan doen. Maar, hun behoefte
aan horizonverbreding zouden ze ook vinden in leren. Een leven lang
leren, ook voor senioren; dát zou mogelijk moeten worden.
Oprichting HOVO
Prof. Snijders voegde met vele medestanders de daad bij het woord
en begon met de opzet van cursussen voor 50-plussers. Zo zag in
1986 het Hoger Onderwijs Voor Ouderen (HOVO) in Nederland het
levenslicht in Groningen. De Senioren Academie Groningen werd
opgericht en vele steden volgden dit voorbeeld. Met succes. In
Groningen en Drenthe waren er vorig jaar ruim 2500 cursisten.
Snijders wordt gezien als de architect en bouwmeester van dit
destijds nieuwe huis in onderwijsland: een academie voor senioren
die een bron is van nieuwe inzichten, zelfontplooiing en
betrokkenheid bij mens en maatschappij.
Prof.dr. Rudi van den Hoofdakker die de eerste Jan Snijders lezing
zal uitspreken, is emeritus hoogleraar Biologische psychiatrie van
de RUG en dichter. Hij is, net als Snijders, een visionair mens,
een begenadigd spreker en ook na zijn emeritaat nog volop actief op
vele terreinen.
Meer informatie.
Onderzoek
Promotie
Mechanismen intergranulaire breuk in commerciële aluminiumlegeringen
Marc-Jan de Haas onderzocht en beschreef verschijnselen aan de
korrelgrens die kunnen leiden tot intergranulaire breuk in de
commerciële aluminium legeringen van de 6XXX- en 7XXX-serie. Het gaat
hierbij zowel om de ductiele als de meer brosse typen van
intergranulaire breuk. Omdat ductiele intergranulaire breuk mede een
gevolg is van precipitatie aan de korrelgrens, gebruikte De Haas een
fysisch model om processen zoals korrelgrens segregatie en
precipitatie te kunnen kwantificeren. Omdat deze processen zich
voordoen tijdens de verschillende stappen in het productieproces van
de aluminiumlegeringen, heeft hij ook de invloed van dit
productieproces onderzocht. Het laatste deel van zijn proefschrift
wijdde De Haas aan brosse intergranulaire breuk, die een gevolg is van
een verontreiniging met zware metalen in combinatie met lage
reksnelheden en verhoogde temperaturen. Deze verontreinigingen vormen
namelijk in toenemende mate een probleem in de aluminiumindustrie. De
Haas toonde met zijn onderzoek duidelijke de aanzienlijke invloed aan
van de microscopische processen aan of rondom de korrelgrens op de
macroscopische materiaaleigenschappen. /FC
Marc-Jan de Haas (Apeldoorn, 1974) studeerde technische natuurkunde in
Groningen. Zijn promotieonderzoek deed hij bij de Afdeling
Materiaalkunde van de vakgroep Technische Fysica van de
Rijksuniversiteit Groningen. Het werd gefinancierd door het
'Netherlands Institute for Metals Research' (NIMR) te Delft. Per 4
maart 2002 is hij werkzaam als Researcher bij Corus Aluminium.
Datum en tijd
vrijdag 15 februari 2002, 16.00 uur
Promovendus
M.J. de Haas, tel. (050)363 48 21, fax (050)363 48 81, e-mail:
m.j.de.haas@phys.rug.nl (werk)
Proefschrift
Grain boundary phenomena and fracture behaviour of aluminium alloys
Promotor
prof.dr. J.Th.M. de Hosson
Faculteit
wiskunde en natuurwetenschappen
Plaats
Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Promotie
Flipperende lagen
Block copolymeren zijn kunststoffen met een blokstructuur opgebouwd
uit twee, chemisch verschillende, soorten polymeren. Block copolymeren
zijn als materiaal aantrekkelijk voor tal van toepassingen, omdat de
mechanische en elektrische eigenschappen gemakkelijk te variëren zijn.
Een methode die daarbij gebruikt wordt, is het aanleggen van
elektrische velden. Zo'n veld geeft richting aan de blokstructuur. Een
zelfde effect kan worden bereikt met hydrodynamische stromen. Bij de
laatste methode ontstaan er laagjes. Daarbij treedt een intrigerend
verschijnsel op: de laagjesstructuur die het gevolg is van lage
stroomsnelheden, staat loodrecht op de oriëntatie die ontstaat bij
hoge snelheid. Dit 'flipperen' van de richting van de lagen is het
onderwerp van het proefschrift van Alexander Morozov. Morozov vroeg
zich af welke fysische mechanismen er verantwoordelijk zijn voor dit
gedrag. Hij onderzocht wanneer en onder welke condities het
verschijnsel precies optreedt. /JS
Alexander Morozov (Odessa, Ukraine, USSR, 1976) studeerde technische
natuurkunde aan de universiteit van Odessa (Oekraïne). Het onderzoek
werd gefinancierd door NWO.
Datum en tijd
vrijdag 15 februari 2002, 14.15 uur
Promovendus
A.N. Morozov, tel. (071)527 55 09, fax (071)527 55 11, e-mail:
morozov@lorentz.leidenuniv.nl (werk)
Proefschrift
Orientational transitions in block copolymer melts under shear flow
Promotores
prof.dr. H.J.C. Berendsen en prof.dr.ir. J.G.E.M. Fraaije
Faculteit
wiskunde en natuurwetenschappen
Plaats
Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Agenda
Lezinge
Eerste Jan Snijders lezing: 'De mens als speelgoed'
Zie voorpagina.
Datum en tijd
vrijdag 15 februari 2002, 14.00-16.00 uur
Spreker
prof.dr. R.H. van den Hoofdakker
Titel
Eerste Jan Snijders lezing: De mens als speelgoed
Plaats
Offerhauszaal, Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Informatie
HOVO Groningen, tel. (050)363 65 97
Oratie
Mededinging en organisatie
De samenvatting van de rede is onder embargo op te vragen bij Interne
en Externe Betrekkingen van de RUG, tel. (050)363 5446.
Datum en tijd
19 februari 2002, 16.15 uur
Spreker
prof.mr.dr. N.M. Wijnberg, hoogleraar in de Faculteit der
Bedrijfskunde met de leeropdracht Industriële economie en organisatie
Titel
Mededinging en organisatie
Plaats
Aula Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Studium Generale
Opkomst van het molecularisme; van Beeckman tot Laplace
De Romeinse denker Lucretius verwerkte Epicurus' atomistische fysiologie in een leerdicht. Humanisten 'ontdekten' hiervan rond 1417 een eerste manuscript dat in 1473 werd gedrukt. De arts Fracastoro zou Lucretius' atomisme rond 1546 gebruiken om de verschillende vormen van besmettelijkheid begrijpelijk te maken. Beeckman, ook doctor in de geneeskunde, bedacht tussen 1612 en 1620 een oplossing voor het probleem van de stofsoort: stoffen zijn geen familie van elkaar, zoals de alchemisten dachten, maar even discreet van aard als de diersoorten op ons niveau. Geneesmiddelen, meende Beeckman, bestaan uit onderling gelijke, onwaarneembaar kleine deeltjes die elk de helende werking dragen. Ze bestaan ieder voor zich uit vier soorten atomen: Aarde-, Water-, Lucht- en Vuur-atomen, in bepaalde aantallen en in een bepaalde ordening. Dit molecuulmodel sloeg aan. Descartes, Huygens, Newton, Stahl en Leibniz onderschreven het, ieder op zijn eigen wijze. Aan het eind van de 18de eeuw heerste het molecularisme in alle natuurwetenschappen. Laplace fungeerde als schutspatroon.
Dr. H.H. Kubbinga
studeerde scheikunde aan de Vrije Universiteit (Amsterdam) en was van
1988 tot 1991 'Akademie-onderzoeker' in de Faculteit der Wijsbegeerte
van de Rijksuniversiteit Groningen.
Datum en tijd
dinsdag 19 februari 2002, 20.00 - 22.00 uur
Spreker
dr. Henk Kubbinga
Titel
Opkomst van het molecularisme; van Beeckman tot Laplace
Serie
De Materie
Plaats
Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen
Informatie
Studium Generale Groningen, tel. (050)363 5463, www.rug.nl/studium
Personalia
Benoeming
Gert de Roo bijzonder hoogleraar Planologie
De Stichting ter Bevordering van de Ruimtelijke Wetenschappen benoemde
onlangs Gert de Roo tot bijzonder hoogleraar Planologie bij de
Faculteit der Ruimtelijke Wetenschappen. De Roo was universitair
hoofddocent milieuplanologie aan deze faculteit. Verder is hij onder
meer co-president van de International Urban Planning and Environment
Association (UPE) en ondervoorzitter van de Staatcommissie 'Evaluatie
Stad en Milieu'. Als hoogleraar gaat De Roo zich onder meer
bezighouden met het opzetten van de mastersopleiding planologie. Zijn
onderzoek richt zich voornamelijk op besluitvormingsprocessen rond
beleidsmatige ingrepen in de fysieke leefomgeving. Het gaat hierbij in
het bijzonder over conflicten tussen ruimtelijk en milieubeleid, de
gevolgen van decentralisatie van beleid, de processen rond afstemming
en integratie, en de ontwikkelingen rond het nieuwe begrip
omgevingsplanning. /ML
Gert de Roo (1963) studeerde analytische chemie aan de Hogere
Laboratoriumschool in Emmen (1982), bodemkunde aan het Van Hall
Instituut in Groningen (1985) en sociale geografie aan de
Rijksuniversiteit Groningen (1990). Sinds 1991 werkt hij bij de
Faculteit der Ruimtelijke Wetenschappen. Hij promoveerde in 1999 op
het proefschrift Planning per se, planning per saldo; over conflicten,
complexiteit en besluitvorming in de milieuplanning (Sdu Uitgeverij,
Den Haag, 3e herziene druk 2001).
Informatie
prof.dr. G. de Roo, telefoon (050)363 38 95 (werk), e-mail
g.de.roo@frw.rug.nl
Benoeminge
Begin pagina
Henny Van der Mei hoogleraar Biomateriaal-gerelateerde biofilms en infecties
Het College van Bestuur benoemde onlangs mw.dr. Henny van der Mei tot hoogleraar Biomateriaal-gerelateerde biofilms en infecties bij de Faculteit der Medische Wetenschappen. Van der Mei was voor haar benoeming universitair hoofddocent bij de discliplinegroep Biomaterialen. Zij gaat zich richten op het onderwijs en onderzoek van complicaties die zich kunnen voordoen bij het gebruik van biomaterialen in het lichaam. Biomaterialen worden in de hedendaagse geneeskunde veelvuldig gebruikt in bijvoorbeeld kunstheupen, spraakprothesen, urineweg catheters en afbreekbaar hechtdraad. Een van de belangrijkste problemen die zij in het lichaam kunnen veroorzaken zijn ontstekingen. Met hun lichaamsvreemde oppervlakken werken ze als een soort magneet op infectieuze micro-organismen. Het onderzoek van Van der Mei wordt ondergebracht bij het onderzoeksinstituut Biomedical Materials Science and Applications (BMSA). Haar onderwijs richt zich grotendeels op de specialisatie Biomaterialen van de ingenieursopleiding Biomedische Technologie. Ook zal zij betrokken zijn bij de ontwikkeling van de bacheloropleiding Beta-medical life sciences en de mastersopleiding Biomedische Technologie. /ML
Mw.dr. H.C. van der Mei (Drachten, 1959) volgde de dagschool voor
Laboratoriumpersoneel in Groningen. Ze promoveerde in 1989 op het
proefschrift Physico-chemical surface properties of oral streptococci.
Haar promotieonderzoek verrichtte ze bij het laboratorium voor Materia
Technica van de RUG. Van 1990-1997 werkte ze bij Materia Technica als
universitair docent en verbleef enkele maanden in de Verenigde Staten
en in Duitsland. In 1998 werd ze universitair hoofddocent bij de
disciplinegroep Biomaterialen van de RUG en vanaf 1999 hoofd van de
afdeling Bioadhesie.
Informatie
mw. prof.dr. H.C. van der Mei, telefoon (050)363 31 24, fax (050)363
31 59, e-mail h.c.van.der.mei@med.rug.nl (werk)
Begin pagina