Killer-applicaties nodig voor succesvolle multimedia-industrie
'In Nederland zijn alle voorwaarden aanwezig voor een succesvolle multimedia-industrie'. Alleen zitten de verschillende partijen nog teveel op elkaar te wachten. Verder ontbreken ook de killer-applicaties en moeten bedrijven meer gaan samenwerken.
Dat zegt Pieter Adriaans, hoogleraar aan Universiteit van Amsterdam en
voorzitter van de werkgroep die een lange-termijn visie voor de
multimedia-industrie aan het opstellen is.
Succesvolle multimedia-industrie
Wachtende marktpartijen
Killer-applicaties
Werkgroep
Succesvolle multimedia-industrie
'In Nederland zijn alle voorwaarden zijn aanwezig voor een succesvolle
multimedia-industrie. We hebben grote bedrijven - zoals Philips - en
kleine technostarters die heel sterk zijn in de creatie en distributie
van multimedia. En ook op het gebied van de content van de multimedia
kunnen wij sterk zijn. We hebben immers bedrijven als Endemol en grote
uitgeverijen als Elsevier en VNU die steeds meer producten in de vorm
van multimedia kunnen gaan aanbieden. Alle puzzelstukjes voor een
succesvolle industrie zijn dus aanwezig'. Dat is het goede nieuws.
Wachtende marktpartijen
Het slechte nieuws is dat al die puzzelstukjes nog niet op hun plaats
liggen. Want de verschillende marktpartijen wachten volgens Adriaans
nog teveel op elkaar en op de consument. De bedrijven die bezig zijn
met de technische distributie van multimedia missen de inhoud ofwel
content. Philips werkt hard aan ambient intelligence, waarbij
multimedia is verweven met alle aspecten van het dagelijks leven. Een
consument kan bijvoorbeeld met spraakherkenning de tv bedienen, al is
die tv dan geen tv meer maar een multimediaal communicatieplatform.
Maar de technologie achter dit soort ontwikkelingen drijft op de
content op de programmas en informatie die de consument op zijn
multimediale communicatieplatform kan ontvangen. En die content
ontbreekt volgens Adriaans nog. Want de aanbieders ervan, zoals
uitgeverijen en televisiemaatschappijen, kijken de kat uit de boom.
'Televisiemaatschappijen willen bijvoorbeeld alleen content leveren
als de gewone man die kan ontvangen. Maar voor die ontvangst heeft de
gewone man speciale technologie nodig, en die technologie koopt hij
niet als er geen content is.' En zo is de vicieuze cirkel rond.
Killer-applicaties
Volgens Adriaans ontbreekt het ook nog aan de killer-applicaties die
de consument echt warm kunnen maken voor nieuwe
multimedia-toepassingen. 'Er zijn een heleboel leuke kleine nieuwe
toepassingen, maar het zijn allemaal gadgets. Bovendien zijn de mensen
op deze morning-after, na de ondergang van de dotcoms, een beetje
technologie-moe. Ook schiet de gebruiksvriendelijkheid van de nieuwe
toepassingen vaak schromelijk tekort. Dat komt de doorbraak van nieuwe
multimedia-toepassingen niet ten goede.' De killer-applicaties kunnen
volgens Adriaans ook liggen het vlak van business to business. Zon
killer-applicatie is een toepassing die waarde schept voor de klant,
die alleen met technologie gerealiseerd kan worden en die breed
toepasbaar is. Wat deze applicaties voor de multimedia zullen worden
is moeilijk te voorspellen, maar ik denk aan bijvoorbeeld de medische
wetenschap. Daar kunnen straks wellicht alle röntgenfotos en
bijvoorbeeld MRI-scans van een patiënt via multimedia makkelijk
toegankelijk worden voor alle artsen van die patiënt, van de chirurg
tot de huisarts.
Werkgroep
Adriaans is voorzitter van een werkgroep die op dit moment een
lange-termijn visie voor de ontwikkeling van onze multimedia-industrie
aan het opstellen is. De voorlopige visie wordt half december
gepresenteerd aan deskundigen uit het veld (o.m. bedrijven en
universiteiten), die er dan vrijelijk op mogen schieten. Het
definitieve document is begin januari klaar, waarna bedrijven en
universiteiten ermee aan de slag kunnen.
De werkgroep zal proberen oplossingen te formuleren voor de problemen
die de groei van de multimedia-industrie in de weg staan. In de eerste
plaats moeten bedrijven en universiteiten volgens Adriaans meer gaan
samenwerken op het gebied van de research en development. Maar ook
zullen bedrijven onderling meer met elkaar moeten optrekken, en dan
met name de grote bedrijven met de kleine. Grote bedrijven moeten meer
samenwerken met innovatieve starters, en die starters moeten ook
sneller dóórgroeien. Voor de ontwikkeling en productie van grote,
innovatieve multimedia-toepassingen heb je echt bedrijven nodig met
zon vijfhonderd, zeshonderd medewerkers. Als starters mom and
dad-bedrijfjes blijven, slaan we internationaal geen deuk in een pakje
boter.