Gemeente Brielle
Rapport over archeologie in Seggelant verschenen
12-02-2002
In opdracht van de gemeente Brielle heeft het Bureau Oudheidkundig
Onderzoek van Gemeentewerken Rotterdam (BOOR) op het bedrijventerrein
Seggelant een groot deel van een nederzettingsterrein opgegraven. Kort
geleden is het rapport over het onderzoek beschikbaar gekomen
(BOORrapporten 81).
Het rapport ligt ter inzage in het stadskantoor en in de bibliotheek
in het Arsenaal.
In totaal zijn de resten van minimaal drie boerderijen en een
bijgebouw aangetroffen. De nederzetting heeft bestaan van ongeveer 25
voor het begin van de jaartelling tot ongeveer 200 na Christus.
De gebouwen waren opgetrokken uit houten palen en vlechtwanden. Voor
het bouwhout zijn vooral els, es en wilg gebruikt en in mindere mate
eik en hazelaar. Alle houtsoorten kwamen in de omgeving voor. De daken
zullen met riet gedekt zijn geweest, maar daar is natuurlijk niets van
teruggevonden. In totaal waren de boerderijen ongeveer 6 m breed. De
precieze lengte is nog niet vast te stellen, maar kan gemakkelijk 20
tot 25 m bedragen.
De nederzetting lag op een hoger deel van een uitgestrekt en zeer open
veenlandschap. In de nabijheid lagen kwelders, waar het vee graasde.
De veestapel bestond uit koeien, schapen, geiten en paarden. In het
afval van de nederzetting is gerst en tarwe teruggevonden, maar het is
niet met zekerheid vast te stellen of deze cultuurgewassen ook ter
plaatse zijn verbouwd.
De bewoners van de boerderijen waren gewone boeren, mensen die deel
uitmaakten van de locale, inheemse bevolking. Vanzelfsprekend was er
contact met het Romeinse gezag en met Romeinse handelaren in het
Maasmondgebied. Het blijkt bijvoorbeeld uit het aardewerk, waarvan
ongeveer de helft bestond uit soms fraai gemaakt Romeins
importaardewerk. De andere helft van het eet-, drink- en kookgerei was
van locale oorsprong. Een aparte vondst was een fragment van een
houten kammetje.
Een deel van de nederzetting ligt nog onaangeroerd in de bodem. Pas
wanneer Seggelant verder wordt ontwikkeld zal ook dit deel door de
archeologen worden onderzocht.
Tijdens het graven van een waterpartij aan de westzijde van
'Seggelant' zijn in 2001 bij toeval vondsten tevoorschijn gekomen uit
de Late IJzertijd, circa 200 - 100 voor Christus. Het gaat om
aardewerk, houten palen en mest; onmiskenbaar overblijfselen van een
boerderij . De vondsten zijn ontdekt door Cees Herweijer uit Brielle
en verder ter plaatse gedocumenteerd door BOOR.
Voorts zijn er aanwijzingen gevonden voor veenwinning, die mogelijk
dateert uit de periode Romeinse Tijd - 11e/12e eeuw.
In In 2001 is het rapport verschenen van BOOR over een onderzoek van
een nederzetting
uit de Romeinse Tijd (BOORrapporten 64). Van de nederzetting is alleen
het deel
onderzocht dat gelegen is in het tracé van een rioolsysteem.
Het beperkte onderzoek bracht een deel van een boerderij uit 70 - 150
na Christus aan
het daglicht. De wanden van de boerderij bestonden uit houten palen
met vlechtwerk
eromheen. De boerderij was ongeveer 5,5 m breed. De lengte was in de
smalle
rioolsleuf niet vast te stellen.
Opvallende vondsten waren, naast veel aardewerk, een mantelspeld van
brons en een
platte slijpsteen.
Het BOORrapport 64 ligt ook ter inzage in het stadskantoor en de
bibliotheek.
terug naar de vorige pagina