Ministerie van Algemene Zaken


1red10566
8-2-2002, NOS, Met het oog op morgen, Radio 1, 23.07 uur

MINISTER-PRESIDENT KOK NA AFLOOP VAN DE WEKELIJKSE MINISTERRAAD, OVER DE NEDERLANDSE DEELNAME AAN DE ONTWIKKELING VAN DE JSF

GREYN:
Meneer Kok, u zei net: het dossier van de Joint Strike Fighter is afgehecht. Dat klinkt heel bloederig.

KOK:
Nee, bedoeld is te zeggen dat we natuurlijk heel veel aandacht hebben gegeven aan de risicoverdeling, ook tussen bedrijfsleven, industrie en de overheid. En ook dat we natuurlijk rond willen hebben het plaatje van de voorfinanciering. Als je deelneemt in de ontwikkeling van een vliegtuig dan gaat daar een bepaald bedrag aan voorfinanciering mee gepaard. Voor een deel betaalt de industrie daar zelf aan mee, voor een ander deel komt dat voor rekening van de overheid. Je moet natuurlijk in naam van de belastingbetaler veilig stellen dat dat na verloop van vele jaren met rente terug komt, dat uiteindelijk de overheid er niet bij inschiet, althans niet de belastingbetaler bij inschiet. Dat bedoel ik met het afhechten.

GREYN:
Maar was het ook niet in politieke zin een beetje bloederig? Als het klopt wat we allemaal gehoord hebben, dan waren er toch nogal wat ministers die vraagtekens plaatsten?

KOK:
Ja natuurlijk, maar zo'n besluit gaat natuurlijk niet zomaar en er liggen uiteraard wat uiteenlopende opvattingen over het onderwerp, over de vraag of je nu reeds zou moeten kiezen, dat spreekt vanzelf. Uiteindelijk kom je wel tot een besluit en dat is ook een besluit waar, zoals altijd, de ministers aan gehouden zijn, ongeacht de opvattingen, want het kabinet spreekt met één mond.

GREYN:
Maar kun je zeggen dat u bij het scheiden van de markt ­ straks bent u niet meer minister-president ­ nog gauw even een zware hypotheek heeft gesloten?

KOK:
Nee, vind ik niet. In de eerste plaats is er toch enige beleidsruimte, zeker in de eerste jaren, ook daar waar het gaat om heroverweging. Dat is niet ons voornemen natuurlijk, want we gaan hier vol overtuiging in, maar het is niet helemaal dichtgemetseld. Het vraagt wel een zekere prijs natuurlijk, maar het kan. Dat is één. Twee: voor zover de begroting voor de komende jaren ook enigszins zou worden belast hierdoor, of op specifieke onderdelen of in algemene termen, komt het geld waarmee de begroting wordt belast met rente terug, dus het is echt een sluitend geheel. Verder is het zo dat toch na alle waarschijnlijkheid, een zeer, zeer grote waarschijnlijkheid, de JSF ook straks de meest in aanmerking komende kandidaat zal zijn voor koop, als opvolger van de F16. En naar de mate waarin dat als vaststaand kan worden aangenomen, is het ook aantrekkelijk om te kijken hoe je dan de industrie, dat is dus ook werkgelegenheid, technologie, innovatie daarvan kunt laten profiteren. De Nederlandse industrie en ook de werkgelegenheid krijgt er een positieve impuls van mee.

GREYN:
Maar we hebben het wel over een flink bedrag. Er is nu al sprake van 6 miljard euro, dat is 14, 15 miljard gulden, dat zijn me nogal bedragen.

KOK:
Ja, maar men moet er van uitgaan dat vroeger of later natuurlijk sowieso die F16 moet worden vervangen. En we gaan natuurlijk niet over op een tijdperk zonder luchtmacht of zonder een goed gevechtsvliegtuig. Dus dat als gegeven nemend, ook als gegeven nemend dat er een blijvende behoefte zal zijn aan gevechtsvliegtuigen, ook in Nederland, is vervolgens de vraag: is de JSF dan naar verwachting een verstandige koop? Het antwoord daarop is ja. En dan komt vervolgens de vraag of je om industrie- politieke redenen ­ want ook de vakbeweging is hier zoals bekend krachtig voorstander van ­ dat er een zodanig arrangement steekt, ook deelnemen in de ontwikkeling, dat het ook voor de economie van Nederland aantrekkelijke kanten heeft.

GREYN:
Maar is het al een beetje helder hoeveel banen zoiets oplevert?

KOK:
Het gaat denk ik alles bij elkaar om als je het in banen vertaalt ­ er zijn ook wel eens wat ramingen naar gedaan ­ laten we zeggen een duizend arbeidsplaatsen, maar dan voor een duur van 25 jaar, dus ongeveer 25.000 manjaren. De heer Dijkstal noemde van de week ook dat aantal van 25.000 voor de radio. Het gaat dus niet om 25.000 arbeidsplaatsen, maar wel om 25.000 mensjaren. Dat is heel wat. En daarnaast moeten we niet vergeten dat natuurlijk ook de kwaliteit van de werkgelegenheid belangrijk is, want je hebt daarmee ook toegang tot technologie. Het is hoogwaardig en betekent dat ook de hele kennissector, kennistechnologie, hierdoor in Nederland op een behoorlijk peil blijft en ook nieuwe kansen krijgt en na het wegvallen van Fokker indertijd is er toch wel een licht gat ontstaan en we geven daarmee ook aan die luchtvaart-cluster van de industrie een betere toekomst.

GREYN:
Nu zijn met name in uw eigen partij, de PvdA-fractie, wat vragen opgekomen, omdat men daar zegt: is het niet gewoon veel verstandiger om een volgend kabinet dat te laten doen? Het klinkt wel heel redelijk om te zeggen: er komt een nieuw kabinet; laat die nou besluiten hoe dat er verder uitziet.

KOK:
Ja, dat klinkt redelijk. Aan een nieuw kabinet straks is ook op zichzelf een afweging, zoals ik net ook probeerde aan te geven, maar het is wel zo dat nu voorligt de mogelijkheid om deel te nemen in die tweede fase van de ontwikkeling van het vliegtuig met een aantrekkelijke hoeveelheid orders en ook een financieringsplaat daarbij die voldoende sluitend is. En dat is een gelegenheid die zich nu voordoet. Dus niet beslissen is ook beslissen, dan laat je dat dus lopen. Dat kan, maar dat plaats ik tegenover de redenering `laten we toch even wachten totdat er een nieuw kabinet is'. We hebben nu de kans om op een deal in te steken. (letterlijke tekst, ongecorrigeerd, SR)