Gemeente Groningen
6
FEB
10.33
Persbericht
Optimale kansen voor jonge kinderen en meer samenwerking tussen
opvangorganisaties
05-02-2002
B&W vinden dat elk kind optimale kansen moet krijgen, ouders zorg en
arbeid goed moeten kunnen combineren door goede opvangvoorzieningen en
dat de onderlinge scheidingen tussen de verschillende opvangsoorten
zoveel mogelijk weggehaald moeten worden.
Dit staat in de concept-nota 'De barrières geslecht!' die B&W hebben
vastgesteld. In deze nota staat op hoofdlijnen het gemeentelijk beleid
voor de kinderopvang voor kinderen van 0 tot 12 jaar in de komende 4
jaar. Wethouder Robbert Jan Bron (van jeugdbeleid) heeft bij de
totstandkoming van dit beleidsplan met diverse betrokkenen gesproken
in de vorm van een discussiebijeenkomst en rondetafelgesprekken.
De komende 4 jaar
Belangrijk onderdeel binnen het gemeentelijk beleid is een doorlopende
opvang voor kinderen van 0-6 jaar. Naast basisschool, kinderopvang en
peuterspeelzaal moet deze vorm ook consultatiebureau, jeugdzorg en
opvoedingsondersteuning omvatten. De voorzieningen die de doorlopende
opvang vormgeven zouden wat het College betreft ook zoveel mogelijk in
1 gebouw moeten zitten. Deze opzet komt overeen met de
Vensterschool-gedachte. Het College vindt het belangrijk dat zo vroeg
mogelijk ontwikkelingsachterstanden bij kinderen worden opgemerkt. De
peuterspeelzaal is hiervoor een goed instrument bij kinderen tussen 2
en 4 jaar. In 2005 wil men 70% van de kinderen met een achterstand
hebben bereikt.
Ontwikkelingen op rijksniveau
Het rijk is momenteel bezig met de nieuwe Wet basisvoorziening
kinderopvang. Ondanks het feit dat deze wet niet eerder dan in 2004
van kracht wordt is de inhoud op hoofdlijnen al bekend. Een
belangrijke verandering is dat ouders de kinderopvang in eerste
instantie zelf moeten betalen. In sommige gevallen kunnen zij een
vergoeding aanvragen bij hun werkgever, het rijk of de gemeente.
Opvallend is verder dat het peuterspeelzaalwerk buiten de nieuwe wet
wordt gelaten. In de nieuwe wet vervallen de gesubsidieerde
opvangplaatsen. Daardoor zal de gemeente jaarlijks ongeveer 1,8
miljoen euro minder ontvangen.
De Groningse situatie
Met de invoering van de nieuwe wet zal de gemeente andere taken en
verantwoordelijkheden krijgen rond kinderopvang. Minder toewijzend en
bepalend en meer regisserend. Om die nieuwe taak zo goed mogelijk te
kunnen vervullen willen B&W een Platform Kinderopvang Groningen in
te stellen, waaraan alle organisaties rond kinderopvang deelnemen. Het
Platform moet voorzien in informatie-uitwisseling en afstemming
onderling. Ook wil het College een Stimuleringsfonds in het leven
roepen. Met zon fonds willen B&W initiatieven die anders moeilijk
tot stand zouden komen een financieel steuntje in de rug geven. De
criteria en de omvang van dit fonds moeten nog verder worden
uitgewerkt. Wethouder Robbert Jan Bron wil proberen de dreigende
korting van de rijksmiddelen van 1,8 miljoen euro om te zetten in een
storting in het nieuwe Stimuleringsfonds.
Als gevolg van de nieuwe wet zullen ouders meer administratieve
verplichtingen krijgen. B&W zijn van mening dat er voor ouders zo
weinig mogelijk administratieve of financiële drempels moeten zijn.
Daarom wil men in de toekomst een steunpunt oprichten, waar ouders
terecht kunnen voor ondersteuning bij het organiseren van hun
kinderopvang.
Het concept-Beleidsplan Kinderopvang 0-12 wordt binnenkort in de
raadscommissie Jeugdbeleid, Onderwijs en Sport (JOS) besproken.