Raad voor Financiële Verhoudingen
Datum laatste wijziging: 4 februari 2002
1. In zijn vergadering op donderdag 31 januari 2002 heeft de Raad
over de volgende onderwerpen gesproken:
- Het conceptadvies jeugdgezondheidszorg 0-19 jaar
- De financiële gevolgen van gemeentelijke herindeling
- Comptabiliteitsvoorschriften 2004
- Gemeentelijke aansprakelijkheid bij calamiteiten en (mogelijke)
financiële gevolgen
- Vraagsturing en de financiële verhoudingen
2. Naar aanleiding van de adviesaanvraag over de bekostiging van de
jeugdgezondheidszorg van het ministerie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport (VWS) heeft de Raad zich uitgesproken over het
conceptadvies. Er komt een integrale jeugdgezondheidszorg (JGZ)
voor 0-19 jaar met een eenduidige financiering onder gemeentelijke
regie. De gemeenten worden per 2003 verantwoordelijk voor de
uitvoering van het basistakenpakket van de JGZ door de uitvoerende
organisaties (GGD en/of Thuiszorg). Het basistakenpakket bestaat
uit een uniform deel, dat ongevraagd aan een ieder moet worden
aangeboden, en een maatwerk deel dat gemeenten in staat moet
stellen in te spelen op de lokale gezondheidssituatie. Voor het
uniform deel wordt voorgesteld de bekostiging daarvan via de
centrumgemeenten van de GGD regio te laten lopen.
De Raad heeft aangegeven dat gelet op de verantwoordelijkheid die alle gemeenten hebben voor de jeugdgezondheidszorg en de regiefunctie die zij op dit terrein hebben, bekostiging via het gemeentefonds het meest aangewezen is. De relevante factoren voor de verdeling zijn de omvang van de doelgroep (maatstaf jongeren 0-19 jarigen), de omvang van het verzorgingsgebied en de fysieke bereikbaarheid ( maatstaf oppervlakte land en kernen) en sociale achterstandsindicatoren (laag inkomen, allochtonen). Deze factoren zijn gebaseerd op ervaringen en onderzoeken.
Een apart onderdeel vormt het onderbrengen van huidige
(tijdelijke) regeling vroegsignalering in de nieuwe
bekostigingssystematiek. Deze regeling heeft betrekking op het op
jeugdige leeftijd signaleren van risicogroepen. Naar de opvatting
van de Raad betreft dit maatwerk en ligt een overheveling naar het
gemeentefonds voor de hand. Gekozen wordt voor een verdeling die
aansluit op de huidige verdeling op basis van het aantal jongeren
alsmede lage inkomens en minderheden.
Het ligt in de bedoeling het uniform deel voor een
overgangsperiode via een specifieke uitkering aan alle gemeenten
te bekostigen en daarna over te hevelen naar het gemeentefonds.
Het maatwerk gedeelte zal direct al via het gemeentefonds worden
bekostigd.
De Raad erkent dat het om praktische redenen verstandig is een
overgangsperiode in te lassen. In deze overgangsperiode zullen
betrokken partijen op elkaar inspelen, kunnen frictie en
vereveningskosten worden aangepakt.
Het advies zal medio februari beschikbaar zijn.
3. De Raad vat de vraag naar de kosten van gemeentelijke herindeling
van de vaste kamercommissie van de Tweede Kamer op als een vraag
naar de globale werking van de maatstaf. De Raad is geen
onderzoeksbureau maar zal de vraag beantwoorden of de huidige
regeling voor de kosten van gemeentelijke herindeling afdoende is.
De Raad wil bij de beantwoording van de vraag zowel gemeentelijke
herindelingen op vrijwillige basis als gemeentelijke herindelingen
op onvrijwillige basis meenemen. Het moet gaan om (onvermijdbare)
kosten en niet om uitgaven.
4. Bij de adviesaanvraag over de comptabiliteitsvoorschriften wenst
de Raad vooral te beoordelen in het licht van de wet Dualisering
Gemeentebestuur. De Raad beschouwt in eerste aanleg de nieuwe
comptabiliteitsvoorschriften als een winstpunt voor de nieuwe rol
van de gemeenteraad.
5. De Raad heeft ten aanzien van de aansprakelijkheid van gemeenten
bij calamiteiten gesteld dat een bestuurlijke visie onontbeerlijk
is bij de beantwoording van de vraag welke financiële gevolgen de
gemeentelijke aansprakelijkheid hebben. De Raad zal bezien op
welke wijze de Raad voor het openbaar bestuur hierbij kan worden
betrokken.
6. Binnenkort zal een expertmeeting georganiseerd worden met
betrekking op het onderwerp 'Vraagsturing en de financiële
verhoudingen'. De Raad heeft een aantal data voorgelegd gekregen.
Nadere informatie volgt binnenkort op deze site.
7. De Raad heeft in zijn vergadering kennisgenomen van de brief van
raadslid mevrouw J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart, waarin zij
haar ontslag aanbiedt voor de Raad per 1 februari 2002.
8. De Raad verwelkomt de nieuwe medewerker mevrouw drs. Hilde van
Dijk, die per 1 februari 2002 het secretariaat komt versterken.
9. Per 1 maart 2002 zal afscheid genomen van de heer drs. Wim van
Zaalen in zijn functie als adviseur op het secretariaat. Hij zal
echter de vergaderingen van de Raad blijven bijwonen als bijzonder
adviseur. De opvolger van de heer Van Zaalen op het secretariaat
is drs. G.Y. Batelaan (Bert), voormalig hoofd van de Inspectie
Financiën Lokale en provinciale Overheden (IFLO) van het
ministerie van BZK.
10. De volgende vergadering van de Raad is op donderdag 14 maart 2002.
---