Dienst uitvoering en toezicht Energie
BESLUIT
Nummer: 100695/3
Betreft: Wijziging van het besluit nummer 100695/1 van 20 december 2001 tot het vaststellen van de
terugleververgoeding voor het eerste kwartaal van het jaar 2002, als bedoeld in artikel 70 van
de Elektriciteitswet 1998
Aanleiding tot wijziging
1) Bij besluit van 20 december 2001, kenmerk 100695/1, heeft de directeur van de Dienst uitvoering
en toezicht Energie, namens de Minister van Economische Zaken, de vergoedingen, bedoeld in
artikel 70 van de Elektriciteitswet 1998, voor het eerste kwartaal van het jaar 2002 vastgesteld.
2) In het besluit van 20 december 2001 is onder overweging 5, een weergave van het toen geldende
artikel 69 van de Elektriciteitswet 1998 (hierna: wet) opgenomen. In 69 van de wet is bepaald van
welke afnemers een vergunninghouder verplicht is een aanbod tot het leveren van elektriciteit te
aanvaarden.
3) Bij besluit van 23 november 2001, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding
van een aantal artikelen van de Elektriciteitswet 1998 en de Overgangswet
elektriciteitsproductiesector, alsmede intrekking van artikel 69, tweede en derde lid, van de
Elektriciteitswet 19981, is bepaald dat artikel 69, tweede en derde lid, van de Elektriciteitswet 1998
per 1 januari 2002 vervallen. Als gevolg van dit besluit sloot de tekst van overweging 5 van het
besluit van 20 december 2001 niet meer aan op de wettelijke bepaling van artikel 69 van de wet,
zoals deze vanaf 1 januari 2002 luidt. Dit wijzigingsbesluit strekt ertoe het besluit van 20
december 2001 in overeenstemming te brengen met wet, zoals deze per 1 januari 2002 luidt.
Besluit
4) Gelet op bovenstaande, besluit de directeur DTe besluitnummer 100695/1 van 20 december 2001
als volgt te wijzigen:
a) In overweging 5 van het besluit van 20 december 2001 wordt, onder vervanging van de
komma na het woord warmtekrachtinstallatie, door een punt, de volgende woorden
geschrapt: "een waterkrachtcentrale of een installatie waarin biomassa zonder bijstook of
bijmenging van kunststoffen thermisch worden verwerkt onder omzetting in elektriciteit en
een dergelijke installatie of centrale een vermogen heeft van ten hoogste 3x80, dan wel door
middel van windenergie of zonne-energie en mits die installatie een vermogen heeft van ten
hoogste 600 kW".
8. Voor het overige blijft het besluit van 20 december 2001 en het tarievenblad, zoals vastgesteld
onder bijlage 1 van dat besluit ongewijzigd in stand.
9. Van dit besluit wordt mededeling gedaan in de Staatscourant en het wordt gepubliceerd op de
internetpagina van DTe.
10. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na zijn bekendmaking.
Den Haag,
Datum: 25 januari 2002
1 Staatsblad 2001, 577
W.g.
drs. J.J. de Jong
directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Energie
Tegen dit besluit kan degene die rechtstreeks in zijn belang wordt getroffen, binnen zes weken na de dag van
bekendmaking een bezwaarschrift indienen bij de Juridische Dienst van de Nederlandse Mededingingsautoriteit,
Postbus 16326, 2500 BH, Den Haag.