Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk
TRCJZ/2002/2156
datum
28-01-2002
onderwerp
Kamervragen lid Stellingwerf Nederlands natuurbeleid en de Europese
richtlijnen
Trcnr. 2002/858
bijlagen
1
Geachte voorzitter,
Hierbij doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen gesteld door het lid Stellingwerf (ChristenUnie), inzake het Nederlandse natuurbeleid en de Europese richtlijnen.
datum
28-01-2002
kenmerk
TRCJZ/2002/2156
bijlage
1.
Ja.
2 en 3.
Een inbreukprocedure kan resulteren in een rechtszaak bij het Hof van
Justitie in Luxem-burg. Hieraan voorafgaand wisselen de Commissie en
de lidstaat vele stukken. Zolang de vermoedens van de Commissie niet
vaststaan, hebben de gewisselde stukken in de regel een vertrouwelijk
karakter, welke kenmerkend is voor een dergelijke procedure.
Ik acht dat gewenst, omdat deze vertrouwelijkheid de beste garantie is
voor een zorgvul-dige procedure, waarbij alle relevante gegevens en
standpunten kunnen worden gewis-seld. Om deze redenen acht ik als
regel een grotere openheid gedurende de procedure niet gewenst.
Wel kan ik mij voorstellen dat zodra de procedure is afgerond, hetzij
door een uitspraak van het Hof van Justitie, hetzij omdat de Commissie
besluit geen beroep in te stellen bij het Hof, de gewisselde
argumenten in beginsel openbaar kunnen worden gemaakt.
4.
Ook ik ga uit van de noodzakelijke eenheid van het Europese en
Nederlandse natuurbe-leid. Naar mijn oordeel bestaat die ook. Het feit
dat in sommige gevallen over de uitvoe-ring van dat beleid door de
Europese Commissie vragen zijn gesteld, doet daaraan niet af.
Indien de Kamer dat wil, zal de Kamer periodiek informeren over het
aantal procedures.
5 en 6.
De Nederlandse regering gaat niet over het personeelsbeleid van de
Commissie. Evenmin is er een regel dat bij de Commissie per
beleidsterrein ambtenaren uit ieder taalgebied worden aangesteld.
Zoals uit het in vraag 1 bedoelde radioprogramma blijkt, is de
Com-missie gestopt met het 'lenen' van ambtenaren uit de lidstaten
voor de behandeling van ingebrekestellingen. Alle aan de Commissie
gezonden stukken worden door de Commis-sie vertaald, ongeacht de
moedertaal van de eerst behandelend ambtenaar.
Ik acht het van belang dat het Nederlandse beleid bij de Commissie
wordt getoetst door deskundige ambtenaren. De procedure biedt genoeg
ruimte om de Commissie te voorzien van de informatie die de
Nederlandse regering voor deze toets nodig acht. De deskundig-heid van
de ambtenaren van de Commissie moet waarborgen dat de door de
Nederlandse regering verstrekte gegevens op hun juiste waarde worden
beoordeeld. Het is daarvoor niet noodzakelijk dat de betrokken
ambtenaren van de Commissie de Nederlandse taal spreken.
De staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,
G.H. Faber
bijlage
Vragen
Vragen van het lid Stellingwerf (ChristenUnie) aan de staatssecretaris
van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij over het Nederlands
natuurbeleid en de Europese richtlijnen.(Ingezonden 9 -01-2002)
1
Heeft u kennis genomen van de radio-uitzending van maandag 7 januari
2002 met daarin een reportage over het Nederlandse natuurbeleid en de
al dan niet vermeende strijdigheid met de op dat beleidsterrein
vigerende Europese richtlijnen? 1
2
Wat is de reden dat klachtenprocedures bij de Europese Commissie zich
vrijwel geheel in beslotenheid afspelen? Acht u dit een wenselijke
situatie?
3
Acht u het wenselijk dat de procedures tussen de Europese Commissie en
de Nederlandse regering zoveel mogelijk in openbaarheid dienen plaats
te vinden? Zo nee, wat verzet zich daartegen? Welke mogelijkheden ziet
u om de openbaarheid van deze procedures zoveel mogelijk te vergroten?
4
Bent u, gezien de noodzaak van overeenstemming tussen het Europese en
het Nederlandse natuurbeleid en gezien de controlerende taak van het
parlement, bereid de Kamer (bijvoorbeeld via een halfjaarlijkse
rapportage) inzicht te geven in het aantal procedures en in de stand
van zaken met betrekking tot deze procedures? Zo neen, waarom niet?
5
Klopt het dat al een half jaar lang geen (Nederlandstalige) ambtenaar
meer bij de Europese Commissie werkzaam is om het Nederlandse
natuurbeleid aan de Europese richtlijnen te toetsen, dat daardoor
eventuele klachten van burgers of organisaties vanuit Nederland niet
in behandeling kunnen worden genomen en dat alle lopende procedures
hierdoor stil zijn komen te liggen?
6
Acht u het van belang dat het onderhavige beleid door de Europese
Commissie kan worden getoetst op grond van informatie die door
ambtenaren wordt vergaard die de Nederlandse taal machtig zijn en die
voldoende kennis hebben van de specifieke Nederlandse omstandigheden
(gebiedsbekendheid)? Wat kunt u doen, c.q. wat gaat u doen, om de
betreffende vacature zo spoedig mogelijk opgevuld te krijgen en om
zodoende ongewenste achterstanden te voorkomen?
1 Radio 1 , maandag 7 januari jl., EO: de Ochtenden.