Space Research Organization Netherlands (SRON)

28 januari 2002

Spaceshuttlecrew op testbank in Amsterdam

De totale zevenkoppige bemanning van de Spaceshuttlevlucht STS-107 was afgelopen week te gast bij het Academisch Medisch Centrum (AMC) van de Universiteit van Amsterdam (UVA) om deel te nemen aan het onderzoek van de Amsterdamse fysioloog dr. John M. Karemaker. De onderzoeker hoopt met het experiment meer te weten te komen over de invloed van verblijf in de ruimte op het systeem van bloeddrukregeling in het lichaam. Kennis hierover kan onder meer helpen bij het voorkomen van bloeddrukproblemen bij bedlegerige patiënten.

Tijdens het experiment moesten de astronauten enige tijd op een computergestuurde 'kieptafel' liggen. Karemaker deed zijn metingen terwijl de kieptafel tussen de liggende en de staande stand bewoog. De kieptafel kan iemand in 1 seconde rechtop zetten, maar hij kan ook heel langzaam op en neer bewegen ('wiegekiepen'). Het onderzoek wordt gefinancierd door het programmabureau extern onderzoek van Stichting Ruimteonderzoek Nederland (SRON).

Wie plotseling opstaat uit bed, kan het wel eens voelen duizelen. De één heeft daar meer last van, de ander minder, maar het is een heel normaal verschijnsel. Het lichaam heeft even tijd nodig om de bloeddruk te regelen, na verandering van de liggende situatie naar de staande. Om die bloeddruk goed te regelen heeft het menselijk lichaam uitgebreide terugkoppelingsmechanismen, die onmiddellijk in werking treden zodra er een verandering optreedt. Problemen met die bloeddrukregeling komen vaak voor bij patiënten die door ziekte langdurig in bed hebben moeten liggen.

Proefpersoon op Karemakers Kieptafel. Tijdens de proef werden metingen verricht aan de bloeddruk, ademhaling, de bloeddoorstroming van de hersenen en er werd een ECG gemaakt. (foto: John M. Karemaker)

Duizelige astronauten
Ruimtereizigers hebben na terugkomst op aarde vaak moeite om hun bloeddruk weer te herstellen. Een effect van het ontbreken van zwaartekracht is een verschuiving van het bloed naar de bovenkant van het lichaam. Astronauten hebben daardoor in de ruimte vaak een opgezwollen gezicht. Bij terugkeer naar de aarde treedt het tegenovergestelde effect op. Door een gebrek aan bloed in de bovenkant van het lichaam duizelt het astronauten vaak bij hun eerste stappen op aarde en lopen ze zelfs het risico flauw te vallen. "Ik heb al vele astronauten uit de Spaceshuttle ziet stappen en van sommigen zou je niet zeggen dat ze in de ruimte geweest zijn.", zegt STS-107 astronaut David Brown. "Maar er zijn er ook bij die echt weer even moeten wennen aan de aardse omstandigheden. Het verschilt enorm per astronaut." Brown moet zelf nog maar zien hoe hij het zal ervaren. Hij is een 'rookie': STS-107 wordt zijn eerste ruimtevlucht.

Karemaker probeert door zijn metingen te voorspellen welke astronaut meer problemen met de bloeddrukregeling zal hebben en welke minder. "Op deze manier proberen we de modellen van het systeem van bloeddrukregeling te verbeteren. Op den duur zullen we daardoor beter in kunnen spelen op problemen met de bloeddrukregeling, niet alleen bij astronauten, maar ook patiënten op aarde.", aldus Karemaker.

In juli zal de shuttlecrew met vlucht STS-107 de ruimte in gaan. Direct na de landing, ongeveer twee weken later, zullen de astronauten nog enkele proeven ondergaan behorend bij het onderzoek van Karemaker. Tijdens de vlucht zullen ze bovendien nog twee andere Nederlandse experimenten uitvoeren die gefinancierd zijn door het programmabureau extern onderzoek van SRON.

Links:

* Het Programmabureau Extern Onderzoek