Gemeente Breda
23-01-2002
College gaat in hoger beroep in zaak Heilig Hartkerk
Het college van burgemeester en wethouders gaat hoger beroep aantekenen tegen de beslissing van de rechter van 21 december 2001 in de zaak tussen Ouwehand en de gemeente met betrekking tot de afgifte van de sloopvergunning voor de Heilig Hartkerk.
Op 22 maart 2000 besloot het college een sloopvergunning voor de Heilig Hartkerk aan Ouwehand te verlenen. Tegen deze beslissing zijn door verschillende mensen diverse bezwaren ingediend. Naar aanleiding van de bezwaren besloot het college, op advies van de commissie voor bezwaar- en beroepschriften, op 14 juli 2000 de sloopvergunning voor de Heilig Hartkerk weer in te trekken. Tegen deze beslissing van het college heeft Ouwehand beroep ingesteld bij de rechter. Op 20 november 2001 was de zitting in deze zaak. Zowel Ouwehand als vertegenwoordigers van de gemeente hebben toen het woord gevoerd.
Op 21 december 2001 heeft de rechter zijn vonnis uitgesproken en om
verschillende redenen bepaald, dat het college het besluit van 14 juli
2000 niet goed heeft genomen. Er moet dan ook, zo vindt de rechter,
een nieuw besluit van het college komen over het al dan niet afgeven
van een sloopvergunning voor de Heilig Hartkerk. Hierbij moet het
college enerzijds de ingediende bezwaren van destijds meenemen en
anderzijds de overwegingen die de rechter in zijn vonnis van 21
december 2001 heeft weergegeven.
Het besluit van 14 juli 2000 waarbij de sloopvergunning voor de Heilig
Hartkerk werd ingetrokken, heeft het college echter genomen op grond
van het deskundige en onafhankelijke advies van de commissie voor
bezwaar- en beroepschriften. Het college vindt het in het kader van de
zorgvuldigheid dan ook wenselijk om een oordeel van de hoger
beroepsrechter over deze zaak te krijgen.
Breda, 23 januari 2002