Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van
uw kenmerk
ons kenmerk
VVA 02 269GM
datum
23-01-2002
onderwerp
Chlooramphenicol in kalfsvlees
bijlagen
Geachte Voorzitter,
Zoals ik heb aangegeven in mijn rapportage illegale groeibevorderaars welke ik op 17 -01-jongstleden aan uw Kamer heb verstuurd, ben ik niet gerust op het gebruik van illegale stoffen in de veehouderij. Tijdens het in -04-2001 in Maastricht gehouden congres Bull is hierover met andere lidstaten van gedachten gewisseld. Onder andere is daar afgesproken om op Europees niveau te komen tot scherper en diepergaander inzicht in het gebruik van illegale groeibevorderaars en de organisatie die hierachter steekt. Tevens heb ik afgesproken dat de communicatie over het gebruik tussen landen zal worden verbeterd. De noodzaak hiertoe wordt onderschreven door een aantal recente gevallen waar de stof chlooramphenicol is aangetroffen in kalveren.
datum
23-01-2002
kenmerk
VVA 02 269GM
bijlage
Chlooramphenicol is een antibioticum dat als diergeneesmiddel kan
worden aangewend ter bestrijding van bacteriële aandoeningen. Sinds
1994 is het verboden de stof toe te dienen aan dieren die geconsumeerd
worden. De stof is verboden vanwege kankerverwekkende eigenschappen.
Vanaf -09-2001 is de stof chlooramphenicol enkele malen in zeer
lage concentraties aangetroffen in het kader van een
steeksproefgewijze controle van de Stichting Kwaliteitsgarantie
Vleeskalversector (SKV). SKV verricht deze controles in het kader van
een zelfcontrole zoals die is voorgeschreven door de EU. In het geval
dat de aanwezigheid van een verboden stof is aangetoond, waarschuwt de
SKV de Algemene Inspectiedienst (AID) van LNV. Het betreffende
veehouderijbedrijf wordt vervolgens geblokkeerd waarna een nader
onderzoek wordt ingesteld. De kalveren waarvan de uitslag van de
testen positief zijn, worden vernietigd. Naast de SKV controleert ook
de RVV op de aanwezigheid van verboden stoffen in slachtvee.
Het is nog onduidelijk langs welke weg chlooramphenicol in de
kalversector is terechtgekomen. Nader onderzoek daarnaar is gaande
door de AID en RVV.
Ondanks het feit dat de melding van de SKV aan de AID in één geval
onverantwoord lang is uitgebleven, zijn de in hiervoor genoemde
gevallen de positief bevonden dieren uit de voedselketen geweerd. Naar
aanleiding van het aantreffen van chlooramphenicol heeft de SKV
monsters genomen bij circa 800 bedrijven. Deze monsters zijn
onderzocht door TNO.
Op 17 januari is bekend geworden dat door een menselijke fout bij het
Rikilt abusievelijk het verkeerde kalf is vrijgegeven voor de export.
Het Rikilt onderzoekt op verzoek van de AID kalveren op de
aanwezigheid van chlooramphenicol. Het vlees van dit kalf was reeds
geëxporteerd naar Duitsland. Onmiddellijk is een terughaal-actie
gestart waardoor bijna al het vlees (circa 90%) is getraceerd en
teruggehaald. Het Rikilt heeft de interne procedures aangepast om
herhaling te voorkomen.
Op 21 en 22 januari heeft de SKV het ministerie van LNV gemeld dat van
nog twee kalveren in twee verschillende partijen het monster positief
bleek te zijn. De monsters zijn genomen in november, waarna de dieren
in -12-zijn geslacht. Als gevolg van een overbelasting bij TNO
zijn de uitslagen pas op 21 en 22 januari jongstleden beschikbaar
gekomen. Omdat de dieren al in december zijn geslacht kan van een
terughaal-actie niet veel meer worden verwacht. Ik concludeer uit het
voorgaande dat het huidige controlestelsel onvoldoende garanties biedt
voor de bescherming van de consument. Ik acht dit een onacceptabele
situatie.
Er kan geen twijfel over bestaan dat de veiligheid van voedsel altijd
voorop staat. Daarbij heb ik moeten constateren dat, binnen het
huidige systeem, vleeskalveren die behandeld zijn met een verboden
stof toch bij de consument terecht kunnen komen. Vandaar dat ik het
initiatief zal nemen om de bestaande controlesystematiek en de
bijbehorende regelgeving door te lichten en waar nodig aan te
scherpen. Aan de hand van de evaluatie van het controlestelsel zal ik
bezien in hoeverre nog een rol kan zijn weggelegd voor private
organisaties.
De minister van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,
mr. L.J. Brinkhorst
---