D66
22 januari 2002
Initiatief D66 voor behoud rijksmonumenten
Francisca Ravestein
Reacties: f.ravestein@tk.parlement.nl
De rijksdienst voor monumentenzorg (RDMZ) adviseert gemeenten over een
sloopaanvraag. Ten onrechte laat die dienst zich bij zijn adviezen ook
leiden door economische overwegingen. Een initiatiefwetsvoorstel van
Francisca Ravestein (D66) wil daar verandering in brengen.
Niet elk willekeurig mooi gebouw wordt rijksmonument. Met de
vaststelling of een gebouw in aanmerking komt voor een plaats op de
lijst van rijksmonumenten moet zorgvuldig worden omgegaan. Het is
regelmatig voorgekomen dat de RDMZ een positief sloopadvies afgaf,
niet omdat de monumentale waarde van het pand te gering was, maar
omdat economische belangen volgens de dienst belangrijker waren.
Daaruit blijkt dat de advisering door de RDMZ in de wet niet goed
geregeld is. Niet alleen naar de letter van de wet is de RDMZ vrij tal
van overwegingen bij haar advies te betrekken, maar opeenvolgende
staatssecretarissen van cultuur hebben expliciet de bovengenoemde
praktijk goedgekeurd.
Daarom heeft D66 het initiatief genomen tot een wijziging van de
Monumentenwet 1988. Dat initiatiefvoorstel hanteert de volgende
uitgangspunten: De gemeente neemt de beslissing om al dan niet te
slopen op grond van tal van overwegingen, waarbij de monumentale
waarde niet de minste is. De Rijksdienst adviseert over de voorgenomen
sloop en het advies van de Rijksdienst betreft louter de monumentale
waarde van het pand op dit moment. Andere overwegingen zijn uiteraard
van belang, maar zijn ter afweging aan de gemeente. De Rijksdienst
Monumentenzorg is tenslotte niet gespecialiseerd in andere aspecten
dan de monumentale waarde.