Vlaamse overheid
PERSMEDEDELING VAN HET KABINET VAN MINISTER MIEKE VOGELS VLAAMS
MINISTER VAN WELZIJN, GEZONDHEID EN GELIJKE KANSEN 23 januari 2002
Gesloten opvang voor jongeren wordt uitgebreid.
Op 1 januari is art. 53 van de wet op de jeugdbijstand
geschrapt. Dit wil zeggen dat de jeugdrechter niet meer
de mogelijkheid heeft om jongeren voor korte tijd in een
gevangenis te plaatsen. Dit was een terechte vraag van
Europa. Jongeren horen niet thuis in een volwassen
gevangenis.
Samen met de Unie van Jeugdmagistraten en in overleg met
de minister van Justitie wordt het verdwijnen van art. 53
opgevangen door 10 plaatsen extra te voorzien in de
gemeenschapinstelling te Mol en een buffer vrij te houden
zodat men ten allen tijde kan antwoorden op dringende
maatregelen die de jeugdrechter moet nemen.
In het verlengde van de oorspronkelijke bedoeling van art. 53 werd afgesproken dat deze plaatsen strikt worden voorbehouden voor jongeren ouder dan 12 jaar, die een feit pleegden dat in de strafwetgeving voor volwassenen aanleiding geeft tot een straf van minimum 5 jaar en waar het gevaar voor de samenleving dermate is dat maatschappijbeveiliging via gesloten opvang noodzakelijk is. Bijvoorbeeld een gewapende overval, moord..
De voorbije jaren werd art. 53 gebruikt voor 180 jongeren die gemiddeld 8 dagen in de gevangenis verbleven. Er zaten op dagbasis dus 4 jongeren in de gevangenis. In overleg met de Unie der Jeugdmagistraten werd dan ook geoordeeld dat 10 plaatsen extra te Mol wel voldoende is om de gevolgen van art. 53 op te vangen.
Deze 10 plaatsen kunnen uiteraard geen oplossing bieden
aan het chronisch tekort aan gepaste opvang van alle
jongeren die een delict plegen.
Voor de vermeende jonge drugsdealer die door de
jeugdrechters in Antwerpen als voorbeeld wordt gebruikt
was ook voor 1 januari, toen art. 53 nog wel van kracht
was, ook geen pasklare oplossing.
Om hier een eerste antwoord op te geven werd ten gevolge
het overleg met de Unie van Jeugdmagistraten afgesproken
om het aantal gesloten plaatsen in de
gemeenschapsinstellingen voor jongens nog voor Pasen te
verdubbelen van 30 tot 60. Dit brengt het totaal aantal
gesloten plaatsen voor jongens en meisjes op 100.
Ook werden op de begroting 2002 middelen ingeschreven om het aantal plaatsen "half open" in de gesubsidieerde sector te verhogen en vooral om de vervolgbegeleiding van jongeren uit de gemeenschapsinstelling te versnellen en te verbeteren. De besprekingen hierover met de sector zijn in een eindfaze; begin februari zal minister Vogels de officiële oproep aan de initiatiefnemers doen
Een situatie die sinds 20 jaar misgroeide is niet op
korte tijd en niet alleen door de Vlaamse Gemeenschap
recht te trekken. De stilte op federaal niveau is
oorverdovend en de verantwoordelijkheid van de minister
van Justitie groot.
Reeds in maart 2000 werd een protocol ondertekend tussen
de Vlaamse gemeenschap en Justitie om de middelen en know
how van Vlaanderen (gemeenschapsinstellingen / criminele
jongeren / straf / tweede kans) samen te leggen met de
federale middelen en know how (beveiliging / bescherming
van de maatschappij).
Tot op vandaag investeerde Vlaanderen 7,5 miljoen euro
per jaar in de uitbreiding van de opvangcapaciteit van de
bijzondere jeugdzorg over de verschillende opvangvormen.
Dit jaar komt daar nog eens 3,7 miljoen euro bovenop; dit keer uitsluitend voor jeugdrechterlijke maatregelen en vooral voor jongeren die delicten plegen. De gesloten plaatsen voor jongens doen we verdubbelen nog voor Pasen.
Minister Vogels besliste zopas om de diensten voor
herstelgerichte afhandeling van jeugddelinquentie (de
alternatieven) (3 miljoen Euro) wederom verder te
subsidiëren. De universiteiten (Leuven, Brussel, Gent)
doen op mijn vraag daar nu ook een breed
interuniversitair onderzoek naar en het eerste jaar is
inmiddels afgesloten.
De Vlaamse minister van Welzijn, Gezondheid en Gelijke
Kansen is steeds vragende partij geweest voor een
vernieuwd jeugdsanctierecht; federaal is er nog geen
ontwerp goedgekeurd. De Vlaamse gemeenschap en de
magistraten moeten het derhalve blijven doen met een
verouderde wet op de jeugdbescherming.
Het is trouwens niet door om de 6 maanden te pleiten voor
jeugdgevangenissen dat je een antwoord biedt op de
problemen die jeugdmagistraten ondervinden.
Minister Vogels is meteen bereid geweest om de bestaande
gesloten gemeenschapsinstellingen hiervoor in te brengen
en ze inmiddels zelfs nog te versterken zoals mag
blijken.
Hopelijk zal de minister van Justitie snel invulling
geven aan het ondertekende samenwerkingsakkoord. Ook de
Hoge Raad voor Jusititie dringt daarop aan.
Vlaams minister Vogels roept dan ook op tot dringend
overleg hierover
info : Sylvie Fabré, woordvoerster van
minister Vogels - tel. 02/553 24 11
e-mail: persdienst.vogels@vlaanderen.be