http://www.minbuza.nl/content.asp?Key=425483
---
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den
Haag Directie Sub-Sahara Afrika Afdeling Midden- en Oost-AfrikaDAF
Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag
Datum 19 januari 2002 Auteur Katja Lasseur
Kenmerk DAF-970 Telefoon 3485777
Blad /3 Fax 3486607
Bijlage(n) 1 E-mail Katja.lasseur@minbuza.nl
Betreft Beantwoording vragen van het lid Hoekema (D66) over VN rapport
illegale exploitatie natuurlijke rijkdommen DRC
Zeer geachte Voorzitter,
Graag bied ik u hierbij, mede namens de Staatssecretaris van Economische
Zaken, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid
Hoekema over het VN rapport illegale exploitatie natuurlijke rijkdommen DRC.
Deze vragen werden ingezonden op 29 november 2001 met kenmerk 2010202980.
De Minister van Buitenlandse Zaken
Antwoord van de heer van Aartsen, Minister van Buitenlandse Zaken, mede
namens de heer Ybema, staatssecretaris van Economische Zaken op vragen van
het lid Hoekema
Vraag 1
Wat is uw oordeel over het VN rapport over de financiering van conflicten in
Congo in zijn algemeenheid mede als onderdeel van een alomvattende strategie
voor het Grote Meren Gebied?
Antwoord
Het addendum bij het VN rapport over de illegale exploitatie van natuurlijke
hulpbronnen en andere rijkdommen in de DR Congo geeft een heldere analyse
van de wijze waarop in de DR Congo conflict en illegale exploitatie elkaar
in stand houden. Wij kunnen ons zeker vinden in de conclusie dat het falen
van de Congolese staat een belangrijke oorzaak is van de exploitatie en dat
demobilisatie van gewapende groepen in Oost Congo en wederopbouw van de
Congolese staat het probleem voor een groot deel zouden meehelpen oplossen.
Het mandaat van het VN Panel belast met dit onderzoek werd door de
Veiligheidsraad in mei 2001 met drie maanden verlengd omdat het in april
2001 uitgekomen oorspronkelijke rapport sterk was bekritiseerd. Ook wij
waren toentertijd niet tevreden over de wijze waarop het rapport tot stand
was gekomen en de nadruk die werd gelegd op de rol van bepaalde landen
(Rwanda en Uganda) terwijl de rol van andere landen (Zimbabwe, Namibië)
onderbelicht bleef. Het addendum dat thans is uitgekomen is gebalanceerder,
geeft een betere analyse en komt met realistischer aanbevelingen inzake dit
belangrijke onderwerp. Ons oordeel over het rapport is daarom positief als
het gaat om de globale conclusies die worden getrokken en de analyse die is
gemaakt. Het panel had, echter waarschijnlijk door tijdsdruk en de moeilijke
omgeving waarin het heeft moeten werken, soms te maken gehad met onvolledige
informatie. Het is niet mogelijk te verifiëren welke bronnen precies door
het panel zijn geraadpleegd omdat deze niet openbaar zijn.Wij aarzelen
daarom alle individuele aantijgingen die in het rapport zijn gemaakt te
onderschrijven.
Als onderdeel van een alomvattende strategie voor het Grote Merengebied is
het rapport zeer nuttig. Het geeft inzicht in de onderliggende belangen van
de verschillende partijen bij het conflict en het geeft aan op welke wijze
de internationale gemeenschap en de landen in de regio bij zouden kunnen
dragen aan een oplossing ervan.
Vraag 2
Bent u voornemens om nationaal en in EU verband aan te dringen op uitvoering
van de aanbevelingen?
Antwoord
In overleg met betrokken departementen en onze Europese partners zal
nagegaan worden welke van de aanbevelingen haalbaar en effectief zijn.
Indien daarvan sprake is zal in nationaal en EU verband worden aangedrongen
op uitvoering daarvan. Voorafgaand zal ook overleg worden gevoerd met de
betrokken Nederlandse maatschappelijke organisaties.
Vraag 3
Welke follow up in VN verband staat u voor?
Antwoord
In VN verband zouden wij graag zien dat er een mechanisme voor monitoring en
evaluatie wordt opgezet dat geregeld aan de Veiligheidsraad rapporteert over
de voortgang met betrekking tot dit onderwerp. Aan de hand van deze
rapportages kan bezien worden of de VN additionele maatregelen dient te
nemen. Het rapport is op 14 december jongstleden in een open debat door de
leden van de Veiligheidsraad verwelkomd. Besloten is het mandaat van het
Panel met 6 maanden te verlengen om monitoring van de situatie ter hand te
nemen en de effectiviteit en proportionaliteit van eventuele maatregelen te
onderzoeken.
Kenmerk Error! Reference source not found.
Blad /1
===