Rijksuniversiteit Groningen

Lezing

Het geweten van het parlement

Overheidsbemoeienis, bureaucratische regelgeving en belastingheffing zijn zelden populair. Meestal denkt de burger daarom nog het beste af te zijn wanneer de overheid zich helemaal nergens mee bemoeit. Tot het fout gaat en diezelfde overheid op hoge toon ter verantwoording wordt geroepen. Waarom rijden de treinen niet meer op tijd? Waarom mag een cafébaas in Volendam de brandvoorschriften aan zijn laars lappen? Waarom doet het Openbaar Ministerie een bouwfraudezaak met een schikking af?

In al die zaken herinnert de burger zich plotseling dat er nog zoiets als een volksvertegenwoordiging bestaat die de autoriteiten ter verantwoording kan roepen. Kern van de democratie is immers dat de overheid geen macht kan en mag uitoefenen zonder daarvoor publiekelijk verantwoording af te leggen in een rechtstreeks door het volk gekozen orgaan. En het moet gezegd, op zulke momenten weert het parlement zich krachtig. Het regent kamervragen, er worden interpellaties gehouden en een enkele keer zelfs wordt het krachtigste wapen in stelling gebracht, de parlementaire enquête.

Maar hoe actief ook, vaak besluipt de burger het gevoel dat er geen doorkomen aan is, dat het mosterd na de maaltijd is en dat uiteindelijk de overheid gewoon haar gang gaat. En hoe dan ook is het de burger niet ontgaan dat regeerders over een flinke dosis zetelvastheid beschikken. Met het signaleren van dit onbehagen is de vraag aan de orde: hoe is het gesteld met de gewetensfunctie van het parlement? Is het parlement eigenlijk wel in staat om de vinger aan de pols te houden? Om al aan te slaan nog voor het kalf verdronken is?

De vereniging Thorbecke stelt zich ten doel de kwaliteit van de vertegenwoordigende democratie op niveau ten houden. Alle reden dus om dit jaar Gert Schutte de Thorbecke-lezing te laten houden en wel over de gewetensfunctie van het parlement. Schutte was van 1981 tot 2001 lid van de Tweede Kamer. Daarvoor was hij zeven jaar lang partijsecretaris van het GPV. De vorige Thorbecke-lezingen staan op naam van Wim Deetman, Hans van Mierlo en Frits Bolkestein. Co-referent is dit jaar de Groningse hoogleraar staatsrecht Douwe Jan Elzinga.

Schutte kreeg bij zijn vertrek uit de Tweede Kamer alom lof toegezwaaid vanwege de voorbeeldige wijze waarop hij zich in de loop der jaren had ontwikkeld tot het geweten van het parlement. Hij was daar niet blij mee, 'want' repliceerde hij, 'het parlement hoort niet één maar honderdvijftig gewetens te tellen'.

Datum en tijd

maandag 21 januari 2002, 20.00 uur

Spreker

Gert Schutte, voormalig GPV-leider

Titel

Het geweten van het parlement

Plaats

Senaatskamer Academiegebouw, Broerstraat 5, Groningen

Organisatie

Vereniging Thorbecke en Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen (DNPP) van de RUG

Informatie

dr. G. Voerman (DNPP), tel. (050)363 68 30, e-mail: g.voerman@ub.rug.nl