17-01-2002
Wolfslaar, een landschapspark in Breda
Het college van burgemeester en wethouders wil een toekomstvisie
ontwikkelen voor het gebied Wolfslaar. De visie dient als basis voor
een plan van aanpak. Hierin wordt een reeks samenhangende maatregelen
beschreven die moeten worden omgezet in inrichtings- en beheerplannen.
Het college wil voor dit gebied uitbreiding en samenhang van de recreatieve functies bevorderen en de natuurwaarde versterken. Daarmee moet de waardevolle identiteit van het gebied worden behouden en zelfs worden versterkt. Ze wil dit doen door in nauw overleg met eigenaren, huurders en exploitanten de toekomstvisie op te stellen.
Wolfslaar is een gebied van 40 hectare dat wordt begrensd door de
achtertuinen van de woningen aan de Ulvenhoutselaan, de weg tussen
Ulvenhout en Bavel, het gebied oostelijk van de Bavelse Leij en de
achtertuinen van de woningen langs Overakkerstraat, Bavelselaan en
Valentijnlaan.
In dit gebied gaan natuurontwikkeling, educatie, recreatie, cultuur,
agrarisch gebruik en sport samen. Probleem is echter dat het gebied
functioneel versnipperd is en de voorzieningen autonoom en los van
elkaar zijn ontwikkeld en worden beheerd.
Door de ontwikkeling van Wolfslaar ontstaat een groene long aan de
zuidgrens van de stad die een recreatieve meerwaarde krijgt door de
aanleg van voetpaden, houtwallen, een bruggetje tussen het landgoed
Wolfslaar en de natuurtuin Wolfslaar en het plaatsen van banken in het
Ooievaarsbos.
Voordat het overleg met belanghebbenden start, maakt een ambtelijke
werkgroep een uitgebreide analyse. Deze moet inzicht geven in de
zwakke en sterke kanten van het gebied en duidelijk maken welke kansen
en bedreigingen er zijn.
Het overleg vindt plaats in een klankbordgroep waarvoor naast de
direct belanghebbenden ook andere beheerders, zoals Staatsbosbeheer,
Waterschap en Hoogheemraadschap worden uitgenodigd.
Het is de bedoeling halverwege volgend jaar de toekomstvisie klaar te
hebben. Het plan van aanpak, dat als basis dient voor een reeks uit te
voeren maatregelen, moet eind volgend jaar klaar zijn. Bovendien biedt
een goede samenwerking met direct belanghebbenden meer mogelijkheden
voor het verkrijgen van (Europese) subsidies.
Breda, 17 januari 2002