De voorbije dagen werd in het Vlaams Parlement in de commissie Algemeen beleid, Begroting en Financiën het ontwerp van decreet houdende wijziging van het wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten behandeld. Vandaag keurde een ruime meerderheid dit ontwerp in de commissie goed (CD&V-fractie onthield zich).
Na een positief advies van de Raad van State en overleg
met de federale overheid had op voorstel van de Vlaamse
minister van Financiën en Begroting Dirk VAN MECHELEN, de
Vlaamse regering het ontwerpdecreet op 19 december 2001
goedgekeurd en ter bespreking overgemaakt aan het Vlaams
parlement.
In het kader van de rechtszekerheid voor de burgers,
kopers en verkopers werd rekening gehouden met enkele
fundamentele procedurele opmerkingen, eergisteren tijdens
de hoorzitting gesignaleerd door de federatie van de
notarissen. Verder bleek uit de hoorzitting dat de
notarissen in het algemeen bijzonder positief stonden ten
opzichte de verlaging van de registratierechten. Er werd
graag ingegaan op hun vraag de administratieve
formaliteiten te versoepelen.
Het ontwerp van decreet wijzigt vanaf 1 januari 2002 de
bestaande situatie als volgt:
Ten eerste wordt het algemeen geldende tarief voor de
overdracht ten bezwarende titel van onroerend goed van
12,5 % verlaagd tot 10 %. Deze regeling geldt voor alle
transacties en zowel natuurlijke als rechtspersonen
(vennootschappen, enz.) zullen hiervan kunnen genieten.
De tariefverlaging geldt meteen voor alle verrichtingen
die aan dit tarief worden onderworpen. Daarnaast wordt
eveneens het tarief voor de verkoop ven bescheiden
woningen - het zogenaamde 'klein beschrijf' - verminderd
van 6 % tot 5 %.
Ten tweede voorziet het ook in de meeneembaarheid van in
het verleden betaalde registratierechten, met een maximum
van 12.500 euro (504.248 fr.). Deze regeling geldt enkel
voor natuurlijke personen. Dit houdt in dat de
registratierechten die betaald werden voor een eerder
aangekochte woning in mindering kunnen worden gebracht
bij de aankoop van een nieuwe hoofdverblijfplaats. Dit
gebeurt ofwel via een verrekening, ofwel via een
teruggave, al naargelang het tijdstip van de
wederverkoop. Voorwaarde is wel dat tussen het tijdstip
van de verkoop van de oude hoofdverblijfplaats en de
aankoop van de nieuwe hoofdverblijfplaats een redelijke
termijn van maximaal 2 jaar verloopt. Indien men een
grond aankoopt wordt deze termijn met 1 jaar verlengd,
zodat men binnen de 3 jaar een huis dient te bouwen waar
men zijn hoofdverblijfplaats vestigt. Ook belangrijk is
het feit dat de meeneembaarheid met een maximum van
12.500 euro "per overdracht van een onroerend goed"
geldt.
Ten derde voorziet de regeling een "abattement" ten
bedrage van 12.500 euro (504.248 fr.) bij de berekening
van de registratierechten op de aankoop van de eerste
woning waar de hoofdverblijfplaats gevestigd wordt. Met
andere woorden, een schijf van 12.500 euro wordt als het
ware vrijgesteld van registratierechten. Hieraan is wel
de voorwaarde gekoppeld dat enkel natuurlijke personen
van deze fiscale vrijstelling kunnen genieten.
Na de goedkeuring in de commissie wordt het ontwerp
decreet nu overgemaakt aan de plenaire vergadering van
het Vlaams parlement, waar het op 16 januari zal
besproken worden.
Minister Dirk Van Mechelen heeft contact met de federale
administratie om de toepassing van de nieuwe
reglementering onmiddellijk te laten ingaan nadat het
Vlaamse Parlement zijn definitieve goedkeuring in
plenaire vergadering zal gegeven hebben. Deze bespreking
zal plaatsvinden op 16 januari '02.
De Vlaamse regering voert hiermede verder het
(aanvullend) Vlaams Regeerakkoord uit en wijst verder op
het grote belang van deze wijzigingen voor de realisatie
van een goede arbeidsmobiliteit in het kader van de
actieve welvaartstaat.
persinfo : Philippe Heyvaert, woordvoerder van
minister Van Mechelen - tel. 02 553 64 11
e-mail: persdienst.vanmechelen@vlaanderen.be