16 november 2001 Promotie ir. Ernst Meijer aan TU Eindhoven
Vliegverkeer heeft effecten op samenstelling van atmosfeer Door
modelresultaten te vergelijken met metingen zijn de effecten van
vliegverkeer op de samenstelling van de atmosfeer aangetoond. Dit is
één van de conclusies uit het proefschrift "Modelling the Impact of
Subsonic Aviation on the Composition of the Atmosphere" van ir. Ernst
Meijer, dat hij woensdag 21 november verdedigt aan de Technische
Universiteit Eindhoven (TU/e). Promotoren zijn prof.dr. H. Kelder,
werkzaam bij het KNMI en deeltijdhoogleraar bij de faculteit
Technische Natuurkunde van de TU/e en prof.dr. I. Isaksen, hoogleraar
aan de Universiteit Oslo. Het onderzoek is uitgevoerd op het KNMI in
het kader van een Europees project, in samenwerking met de NASA. In
zijn onderzoek heeft Meijer waarnemingen vanuit een meetvliegtuig
vergeleken met modelberekeningen van de verspreiding en chemische
omzettingen van vliegtuigemissies. Klimaatveranderingen
Voor mogelijke klimaatveranderingen zijn stikstofoxiden (NOx=NO+NO2)
één van de belangrijkste bestanddelen van vliegtuigemissies. Metingen
op kruisvluchthoogte (8-12 km) boven de Atlantische Oceaan toonden op
de belangrijkste vliegroutes een verhoging van de
stikstofoxideconcentratie (NOx) aan. De resultaten van het model
kwamen goed overeen met de gemeten concentraties. Bovendien is met het
model aangetoond dat de verhogingen van de stikstofoxidenconcentratie
een gevolg was van vliegtuigemissies. Tot voor kort bestonden er geen
metingen die de berekeningen van de effecten van vliegverkeer konden
bevestigen.
NOx in de uitlaatgassen van vliegtuigen wordt gevormd door ontleding
van lucht bij de hoge temperatuur in de vliegtuigmotor. Via chemische
omzettingen onder invloed van het zonlicht zorgt NOx voor de vorming
van ozon, dat op vlieghoogte als een sterk broeikasgas werkt.
De NOx-uitstoot door vliegverkeer heeft dus een mogelijk opwarmend
effect op het klimaat. Belangrijk onderzoeksvraagstuk
De unieke locatie van de uitstoot door vliegverkeer en de snelle groei
van het vliegverkeer maken de mogelijke klimaateffecten van
vliegverkeer een belangrijk onderzoeksvraagstuk.
In 1999 heeft het Intergovernmental Panel for Climate Change (IPCC)
hierover een rapport uitgebracht in opdracht van de internationale
organisatie voor de burgerluchtvaart, ICAO. De onderzoekers schatten
dat de NOx-concentraties op de belangrijkste vliegroutes met 20 tot
70% zijn toegenomen door vliegverkeer. Ten gevolge hiervan zou de
ozonconcentratie op 8-12 km op het noordelijk halfrond met 2 tot 10%
zijn toegenomen. De studies in het proefschrift onderbouwen dit.