European Commission


Brussel, 21 november 2001

Commissie stelt voor de steun voor dopvruchten met een jaar te verlengen

Vandaag heeft de Commissie haar goedkeuring gehecht aan een voorstel om de financiering van de programma's voor de verbetering van de kwaliteit en van de afzet van bepaalde dopvruchten en sint-jansbrood met een jaar te verlengen en om specifieke steun te verlenen voor hazelnoten. De regeling in dit voorstel betreft de verbeteringsprogramma's, met een looptijd van tien jaar, die in 2001 aflopen (met inbegrip van de programma's die aanvankelijk reeds in 2000 afliepen). Voor de telersverenigingen die in het laatste jaar van hun programma een steunaanvraag hebben ingediend, is een steunbedrag beschikbaar van ten hoogste 241,5 per hectare, waarvan 75 % door de Europese Unie (EU) en 25 % door de lidstaten wordt gefinancierd. In het kader van de verlenging wordt de financiering voortgezet tot uiterlijk 15.6.2002. Ook wordt voor hazelnoten een specifiek forfaitair steunbedrag van 15/100kg toegekend om de regeling die in de periode 1997-2000 van kracht was, opnieuw in te stellen. In totaal beloopt de bijdrage uit de EU-begroting voor deze maatregelen 54,3 miljoen.

In zijn toelichting op het voorstel zei Franz Fischler, Commissaris voor landbouw, plattelandsontwikkeling en visserij: "Door deze maatregel met een jaar te verlengen erkent de Commissie het belang van de sector dopvruchten. Deze sector vervult een waardevolle functie op milieugebied, uit maatschappelijk oogpunt en voor het platteland. De Commissie onderzoekt momenteel alle aspecten van de sector dopvruchten om een duurzame oplossing voor de telers te vinden."

Voor ca. 75 % van het productieve dopvruchtenareaal van 800 000 ha in de EU loopt momenteel een verbeteringsprogramma. Vanwege de moeilijkheden in deze sector heeft de Commissie in 1989 specifieke maatregelen om de productie- en afzetstructuren te verbeteren op genomen in de regeling van de Raadsverordening van 1972 betreffende de gemeenschappelijke marktordening voor groenten en fruit. Het ging daarbij om tijdelijke maatregelen waarvan de looptijd was beperkt tot 10 jaar, en die voor 55% met overheidsmiddelen en voor 45% door de telersverenigingen (TV's) werden gefinancierd. De Gemeenschap droeg 82 % en de lidstaten 18 % bij in de overheidssteun.

Hoewel de verordening van 1972 in 1996 werd ingetrokken, konden de TV's hun programma's voortzetten tot ze volledig waren uitgevoerd.

Ondanks deze steun is de dopvruchtensector er niet in geslaagd het niveau te bereiken waarop het de concurrentie met de rest van de wereld zou aankunnen. Terwijl de Commissie haar grondige studie van alle aspecten van deze sector voortzet, waarbij vooral aandacht wordt besteed aan de milieu- en plattelandsaspecten van de dopvruchtenproductie, zal de verlenging van de huidige steunregeling zorgen voor extra ondersteuning.

Een eerste reeks programma's, die ongeveer 41% van het totale geregistreerde areaal bestreken, was in 2000 afgelopen. Die programma's konden reeds met één jaar worden verlengd, namelijk tot uiterlijk 15.6.2001. Voor nog eens 24 % van het areaal lopen de programma's af in 2001. Al die programma's komen in aanmerking voor de steun in het kader van de verlenging. De TV's hoeven voor de verlenging geen nieuwe programma's in te dienen: de financiering is beschikbaar voor de oppervlakten die reeds in het kader van de oorspronkelijke regeling in aanmerking werden genomen.

Om de economische moeilijkheden in de sector hazelnoten het hoofd te bieden wordt voor hazelnoten gedurende een jaar extra steun toegekend aan de TV's die niet in aanmerking komen voor verlenging van de verbeteringsprogramma's.
Bijlagen: EU/Wereldproductie van dopvruchten Oppervlakten met en zonder programma (per lidstaat en per product)

EU / Wereldproductie van dopvruchten (1) (Bron : FAO Statistics 2000)

Afgeoogst areaal (ha)
FR GR IT PT ES EU (2) Wereld EU/Wereld (%)
Amandelen 1.700 39.950 89.532 41.000 644.000 816.182 1.634.683 30% Hazelnoten 2.409 1.800 68.185 1.000 21.000 94.394 464.004 20% Walnoten 13.626 15.000 4.000 2.200 3.000 37.826 550.668 7% Pistaches 0 5.112 3.602 0 0 8.714 371.714 2% Sint-jansbrood 0 12.600 17.218 9.100 68.000 106.918 126.718 84% Totaal 17.735 74.462 182.537 53.300 736.000 1.064.034 3.147.787 34%
(waarvan intensieve amandelteelt) 1.500 15.000 30.000 20.000 416.000 482.500
Opbrengst
(kg/ha) (in de dop)
FR GR IT PT ES EU (2) World EU/World (%)
Amandelen 2.647 1.101 1.333 220 336 829 885 94% Hazelnoten 2.076 1.389 1.746 800 848 1.538 1.772 87% Walnoten 2.039 1.333 3.000 1.591 3.333 1.937 1.630 119% Pistaches 0 1.272 28 0 0 757 1.158 65%
Sint-jansbrood 0 1.508 2.275 2.198 1.471 1.666 2.150 78% Productie
(t) (in de dop)
FR GR IT PT ES EU (2) Wereld EU/Wereld (%)
Amandelen 4.500 44.000 119.375 9.000 223.300 400.175 1.447.378 28% Hazelnoten 5.002 2.500 119.077 800 17.800 145.179 756.197 19% Walnoten 27.780 20.000 12.000 3.500 10.000 73.280 1.183.898 6% Pistaches 0 6.500 100 0 0 6.600 430.313 2%
Sint-jansbrood 0 19.000 39.176 20.000 100.000 178.176 224.546 79% EU 37.282 92.000 289.728 33.300 351.100 803.410 4.042.332 20%

(1) Alleen de 5 producten die onder Ver. 1035/72 vallen, zijn aangegeven (2) Alleen de 5 belangrijkste producerende lidstaten zijn in aanmerking genomen. Oppervlakten met en zonder programma

(per lidstaat en per product)

Afgeoogst araal (ha)
FR GR IT PT ES Totaal
Amandelen 1.700 39.950 89.532 41.000 644.000 816.182 Hazelnoten 2.409 1.800 68.185 1.000 21.000 94.394 Walnoten 13.626 15.000 4.000 2.200 3.000 37.826 Pistaches 0 5.112 3.602 0 0 8.714
Sint-jansbrood 0 12.600 17.218 9.100 68.000 106.918 TOTAAL 17.735 74.462 182.537 53.300 736.000 1.064.034 Momenteel met programma 16.000 1.000 18.000 2.000 563.000 600.000 Zonder programma 1.735 73.462 164.537 51.300 173.000 464.034 areaal zonder programma dat voor de forfaitaire steun in aanmerking kan komen 500 30.000 80.000 30.000 60.000 200.500 % totaal areaal zonder programma 29% 41% 49% 58% 35% 43%