VU ziekenhuis

Amsterdam, 7 november 2001
No. 2001/034/JS

Gestandaardiseerde hart-longmachine procedure nog onvoldoende

Het optimaliseren van de hart-longmachine procedure is van groter belang, dan het huidige streven om de ontstekingsreactie verder te onderdrukken. Uit onderzoek blijkt dat de huidige gestandaardiseerde hart-longmachine procedure nog onvoldoende is. Dit concludeert Roel de Vroege in zijn promotieonderzoek dat hij op 7 november 2001 aan de Vrije Universiteit verdedigt. Roel de Vroege is de eerste perfusionist die in zijn vakgebied promoveert.

De hart-longmachine heeft het mogelijk gemaakt om, tijdens een openhartoperatie, in en op een niet kloppend hart correcties uit te voeren. De met de hand bediende hart-longmachine kan echter niet zon verfijnde balans van de lichaamsdoorstroming garanderen als het biologisch reguleringsmechanisme. Bovendien activeert het lichaamsvreemde materiaal van de hart-longmachine het bloed tot een algehele afweerreactie, die zich als een algemene ontstekingsreactie manifesteert en de weefseldoorstroming kan aantasten. Een intensieve behandeling na hartoperaties is daarom regel om deze onbalans, die leidt tot verminderde weefseldoorstroming teniet te doen. Dit onderzoek had tot doel de (oorzaken van) bloedactivatie door de hart-longmachine te verminderen en zo een betere weefseldoorstroming te verkrijgen. De Vroege concludeert dat een kleiner membraanoppervlak en een verbetering van de bloedstroom door de kunstlong een vermindering in bloedactivatie geeft. Door bovendien het lichaamsvreemde materiaal te "coaten", werd een duidelijk verminderde bloedactivatie verkregen en werd een positieve invloed op de lichaamsdoorstroming waargenomen. Ondanks deze verbeteringen bleek echter uit afbraakproducten van het weefsel dat geen normale weefseldoorstroming werd bereikt. Dit duidt erop dat mogelijk de huidige gestandaardiseerde hart-longmachine procedure onvoldoende is. Het verder optimaliseren van de hart-longmachine procedure is blijkbaar dus van groter belang, dan het huidige streven om de ontstekingsreactie verder te onderdrukken. Het onderzoek besluit met een nieuwe benadering door met behulp van verder verfijnde markers van afbraakproducten van de diverse weefsels, systematisch het effect na te gaan van de verschillende elementen van de procedure op weefseldoorstroming en door te trachten deze te verbeteren. Hiermee kan een kwaliteitscontrole van iedere procedure verkregen worden, die tot een belangrijk verbetering van de patiëntenzorg kan leiden.