persbericht / nr. 1669
6-november-2001
LLTB zet stappen in zoektocht naar omgevingsbeheer
Om de maatschappelijke acceptatie van de landbouw te vergroten en zijn
economische kracht te versterken, moeten nieuwe concepten worden
ontwikkeld voor het beheer van de omgeving door landbouwbedrijven. Het
'bedrijfs- en omgevingscertificaat' van de Limburgse Land- en Tuinbouw
Bond (LLTB) is zo'n concept, waarin wordt geprobeerd de agrarische
bedrijfsvoering en het beheer van de omgeving in één systeem onder te
brengen. De LLTB heeft samen met het Ministerie van Landbouw,
Natuurbeheer en Visserij een onderzoek laten uitvoeren naar de
bruikbaarheid van dit concept. Hoewel er bezwaren kleven aan de
oorspronkelijke opzet, is met het concept wel een goede stap gezet in
de vermarkting van natuur en landschap richting de overheid. Het
concept zou hierop verder moeten worden toegespitst. Voor het
rechtstreeks aan de consument vermarkten van 'ruimtelijke kwaliteit'
is het certificaat geen geschikt middel. Certificering is alleen
zinvol als er een herkenbaar en verkoopbaar product is, en dat is bij
agrarisch omgevingsbeheer nog niet het geval.
De LLTB heeft in haar toekomstvisie 'Limburgs Land-goed' onder meer
voorgesteld een 'bedrijfsomgevingscertificaat' (BOC) in te voeren. Dit
moet functioneren als een kwaliteitskeur naar de overheid voor een
hoogwaardig beheer van de omgeving door landbouwbedrijven. Het
instrument zou ook moeten bijdragen aan de maatschappelijke acceptatie
van de sector en aan een versterking van haar economische positie. In
de oorspronkelijke opzet zou het bovendien functioneren als
marketing-instrument richting consument.
Uit het onderzoek van het LEI komt naar voren dat hiermee wel erg veel
eisen aan één instrument worden gesteld. Het zou gelijktijdig publieke
en private doelen moeten dienen. Veranderingsmechanismen werken in het
publieke domein echter anders dan in het private domein.
Om maatschappelijke acceptatie door middel van omgevingsbeheer terug te winnen, moet de agrarische sector eerst beter zicht krijgen op wat de samenleving voor ogen heeft bij een doelstelling als 'versterking van ruimtelijke kwaliteit'. Vervolgens zal de kloof tussen maatschappelijke wensen en agrarische praktijk op dit vlak moeten worden verkleind. Belangrijk daarvoor is dat de sector helder verslag doet van haar activiteiten, en voortdurend een open dialoog voert met de betrokkenen in de maatschappij en met overheden.
Die weg biedt goede kansen voor verdere professionalisering van het
omgevingsbeheer en voor vruchtbare coalities tussen de partijen die
daarbij zijn betrokken. Het LEI beveelt daarbij wel aan om de kosten
en baten van de ontwikkeling van nieuw instrumentarium steeds te
vergelijken met de mogelijkheden van bestaande instrumenten.
---