Tics mensen met Tourette-syndroom effectief onderdrukt met risperidone
De abrupte bewegingen en geluiden - tics - die mensen met het
Tourette-syndroom maken, zijn te onderdrukken met medicijnen.
Vooral antipsychotica zijn effectief. Maar deze hebben ook een
aantal vervelende motorische bijwerkingen die sterk lijken op de
ziekte van Parkinson. Richard Bruggeman stelt vast dat het nieuwe
antipsychoticum risperidone niet die nare bijwerkingen heeft, maar
toch de tics onderdrukt. Hij onderzocht het achterliggende
mechanisme en concludeert dat het nieuwe middel een beter
alternatief is dan de oude antipsychotica bij patiënten met het
Syndroom van Gilles de la Tourette.
Antipsychotica verminderen de signaaloverdracht in de hersenen, met
name door de werking van de signaalstof dopamine te blokkeren.
Daarmee worden niet alleen de tics maar ook de gehele motoriek van
de patiënt minder. Het bijzondere van risperidone is dat het naast
dopamine ook de signaalstoffen serotonine en noradrenaline
blokkeert. Hierdoor verminderen mogelijk de ongewenste motorische
bijwerkingen. In een dierexperimenteel onderzoek toont Bruggeman
aan hoe de hersenen reageren op nieuwe en de oude antipsychotica.
Hij ontdekte dat risperidone in tegenstelling tot de oudere
antipsychotica niet in alle hersendelen even actief is. Ook kon hij
door een dopamine-blokker en een serotonine-blokker te combineren
het effect van risperidone nabootsen.
In het klinische deel van zijn onderzoek vergeleek de promovendus
een klassiek antipsychoticum met risperidone. Het blijkt dat de
beide middelen even effectief zijn in het onderdrukken van tics.
Maar bij de risperidone-groep kwam 'akathisie' minder voor:
innerlijke onrust met drang om te bewegen. Ook de
'obsessief-compulsieve symptomen`, die veelal vooraf gaan aan de
tics, verminderden het meest bij de patiënten die risperidone
kregen.
Een ander, 'atypisch' antipsychoticum is sulpiride. Dit middel is
momenteel het geneesmiddel van eerste keus bij patiënten met het
Tourette-syndroom in een aantal landen, waaronder Nederland.
Bruggeman vergeleek een groep patiënten die langdurig sulpiride
gebruikten met een groep patiënten die risperidone voorgeschreven
hadden gekregen. Voor beide middelen stelde de promovendus de meest
effectieve dosis vast. Risperidone is het middel van zijn eerste
keus bij de behandeling van patiënten met Tourette. /IMK
Richard Bruggeman (Rotterdam, 1955) studeerde geneeskunde aan de
Vrije Universiteit in Amsterdam. Hij verrichtte zijn
promotieonderzoek bij de afdeling.farmacologie van het Karolinska
Instituut in Stockholm en het Universitair Centrum voor Farmacie te
Groningen. Het onderzoek is medegefinancierd door Janssen Research
Foundation in België. Na zijn promotie blijft Bruggeman werken als
psychiater bij bij het AZG.