---
Pakistan
Palestijnse Gebieden
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag
Directie Mensenrechten en Vredesopbouw Afdeling Goed Bestuur en Vredesopbouw
Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag
Datum 15 oktober 2001 Auteur Mette Gonggrijp
Kenmerk DMV/VG-759/01 Telefoon 070 - 348 5337
Blad /6 Fax 070 - 348 5049
Bijlage(n) - E-mail mette.gonggrijp@minbuza.nl
Betreft Stand van zaken GMV landen
Zeer geachte Voorzitter,
In mijn brief aan de Tweede Kamer van 5 juli 2001 (27400 V nr. 80), over het
beleidskader voor GMV-landen, zegde ik de Kamer toe nog voor de
begrotingsbehandeling van Buitenlandse Zaken 2002 een overzicht te sturen
van de stand van zaken in de GMV-landen.
In de bijlage geef ik in een kort overzicht per GMV-land de huidige stand
van zaken weer met daarbij de ramingen van de uitgaven voor 2002.
Voor een groot aantal landen is inmiddels een (landenspecifiek)
GMV-beleidskader opgesteld. Dergelijke GMV-beleidskaders vormen de basis
voor meerjarige GMV-programma's in de desbetreffende landen. De algemene
checklist, die u toeging met mijn brief van 5 juli jl., vormt hierbij een
referentiekader en geeft een handreiking voor nadere analyse in de
verschillende GMV-landen.
De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking
Eveline Herfkens
Bijlage: Overzicht stand van zaken GMV-landen:
Albanië
September jl. is een missie uitgevoerd naar Albanië om het concept
GMV-beleidskader verder uit te werken. Vooralsnog zijn als aandachtspunten
geformuleerd: decentralisatie, institutionele ondersteuning van zowel de
overheid als het maatschappelijk middenveld, het versterken van de
rechtstaat en respect voor mensenrechten. In het definitieve beleidskader
zal de nadere prioriteitstelling worden toegelicht en op basis daarvan
zullen vervolgens concrete activiteiten worden geïdentificeerd en
uitgevoerd.
Ramingen 2002: NLG 10.000.000.
Armenië
In Armenië vindt ondersteuning van activiteiten in GMV-kader plaats op basis
van de in 1999 (nog altijd actuele) geconstateerde knelpunten waardoor
het land zich kwalificeerde voor de GMV-lijst. Eind 2002, zal mede op basis
van deze knelpunten een coherent GMV-beleidskader worden geformuleerd door
de onlangs geopende HMA Tbilisi. Vooralsnog verloopt de uitvoering van
GMV-activiteiten via het multilaterale kanaal, zoals de Wereldbank (project
ter ondersteuning van het uitvoeren van een 'census').
Ramingen 2002: NLG 2.500.000.
Bosnië
In Bosnië zijn gesprekken gevoerd met zowel de overheid als het
maatschappelijk middenveld om als basis te dienen voor een GMV-kader. De
huidige structuur van de staat maakt het moeilijk om tot een samenhangend
kader te komen. Aanknopingspunten voor een Nederlands GMV-programma lijken
te liggen op het terrein van versterking van overheidsinstituties en
maatschappelijk middenveld, teneinde een systeem van 'checks and balances'
te bevorderen. De nadruk dient hierbij te liggen op ownership en
professionaliteit. Daarnaast geniet financiering van activiteiten die zich
richten op het bevorderen van de inrichting van de staatsinstellingen -boven
het niveau van de afzonderlijke entiteiten- de voorkeur. Ramingen 2002: PM
Cambodja
Eind 1999 heeft een missie plaats gevonden op basis waarvan een beleidskader
is geformuleerd waarin o.m. de volgende aandachtsvelden zijn
geïdentificeerd: hervorming van de strijdkrachten en de hiermee gepaard
gaande demobilisatie, versterking van de institutionele capaciteit van de
centrale en lokale overheid door bestuurlijke hervorming en versterking van
het maatschappelijk middenveld actief op het gebied van de mensenrechten.
Deze aandachtsvelden vormen sedertdien de basis voor het huidige
GMV-programma. De laatste tijd heeft de verbetering van
deveiligheidssituatie door bevordering van maatregelen op het terrein van
wapenbeheersing meer aandacht gekregen.
Ramingen 2002: NLG 7.200.000.
China
Het beleidskader voor het GMV-programma in China is afgelopen juni tot stand
gekomen. Het GMV-programma is met name gericht op de bevordering en
bescherming van mensenrechten. Centraal hierbij staat de versterking van de
rechtsstaat. Deze nadruk is in lijn met de aandachtspunten die vervat zijn
in het 'Memorandum of Understanding' (MoU) dat China tekende met de VN-Hoge
Commissaris voor de Rechten van de Mens (UNHCHR) eind vorig jaar. Inmiddels
zijn binnen het kader van het GMV-programma enige activiteiten van start
gegaan (ondermeer steun aan een UNDP programma dat zich richt op versterking
van de rechtsstaat).
Ramingen 2002: NLG 1.500.000.
Colombia
De laatste jaren is er meer lijn gekomen in het Nederlandse beleid ten
aanzien van Colombia en wordt meer met andere donoren samengewerkt. Dit
beleid wordt uiteengezet in het GMV-kader, dat momenteel in ontwikkeling is.
Vooralsnog concentreert het GMV-programma in Colombia zich voor wat betreft
het mensenrechtendeel op de bestrijding van straffeloosheid. Dit gebeurt
zowel via de overheid als het NGO-kanaal. Op het gebied van goed bestuur zal
de nadruk liggen op versterking van de rechtsstaat en bestrijding van
corruptie. Daarnaast worden activiteiten ter bevordering van de vrede
gesteund. Dit laatste gebeurt via de ondersteuning van maatschappelijke
initiatieven gericht op bevordering van een 'vredescultuur' (aandacht voor
tolerantie, overleg, geweldloosheid).
Ramingen 2002: NLG 6.000.000.
El Salvador
Het in 1999 geformuleerde GMV-beleidskader voor El Salvador kent
prioriteiten als o.m. versterking van de rechtsstaat door middel van een
betere rechtshandhaving, versterking van de lokale overheid, participatie
van de bevolking en electorale hervormingen. Op deze terreinen worden door
Nederland ondersteunde activiteiten uitgevoerd (ondermeer financiering van
de ombudsman).
Ramingen 2002: NLG 2.750.000
Georgië
Voor Georgië is in juli 2000 een GMV-beleidskader opgesteld. Het
GMV-programma zal zich concentreren op ondersteuning op het gebied van
overheidsfinanciën/corruptie, lokaal bestuur en mensenrechten (ombudsman).
De uitvoering van activiteiten zal vooralsnog verlopen via het multilaterale
kanaal. In de loop van 2002 zal bezien worden of de geïdentificeerde
aandachtsgebieden binnen het GMV-programma nog altijd prioritair zijn in de
Georgische context.
Ramingen 2002: NLG 3.500.000.
Guatemala
In Guatemala wordt reeds twee jaar gewerkt op basis van een
GMV-beleidskader. Het GMV-programma richt zich in Guatemala -vanwege de
relatie met de vredesakkoorden- vooral op versterking van de rechtsstaat,
institutionele ontwikkeling, vredesopbouw en participatie. Recente
ontwikkelingen hebben geresulteerd in een toegenomen aandacht voor het
vergroten van participatie door steun aan het maatschappelijk middenveld,
het ondersteunen van anti-corruptie activiteiten en het versterken van
nationale instellingen op het terrein van mensenrechten.
Ramingen 2002: NLG 12.000.000.
Guinee Bissau
Het GMV-programma voor Guinee-Bissau is nog in opbouw. De huidige
ondersteuning richt zich met name op demobilisatie, openbare financiën en
mensenrechten. Teneinde het GMV-programma verder vorm te geven heeft in
september jl. een GMV-missie plaatsgevonden. Hierin is nader onderzocht
welke mogelijk nieuwe aandachtsvelden voor ondersteuning kunnen worden
geïdentificeerd. De missie heeft hiertoe uitgebreid overleg gevoerd met
vertegenwoordigers uit het maatschappelijk middenveld, de private sector en
de overheid.
Ramingen 2002: NLG 7.250.000.
Honduras
Het in 1999 geformuleerde GMV-beleidskader voor Honduras kent activiteiten
die zich richten op versterking van de rechtsstaat door middel van aandacht
voor justitiële hervorming en steun voor mensenrechten activiteiten.
Daarnaast is er sprake van ondersteuning van het decentralisatieproces en
participatie door middel van versterking van lokaal bestuur en ondersteuning
van het maatschappelijk middenveld.
Ramingen 2002: NLG 3.750.000.
Kenia
Begin 2001 is het GMV-beleidskader voor Kenia gefinaliseerd. De politieke en
sociaal-economische ontwikkelingen hebben recentelijk geleid tot een
bijstelling van de prioriteiten binnen het GMV-programma. In de aanloop naar
de komende verkiezingen in Kenia zal voorrang worden gegeven aan die
activiteiten (steun parlement, verkiezingsproces, mensenrechten) die in de
huidige omstandigheden een zinvolle bijdrage kunnen leveren aan de
verbetering van democratische besluitvorming.
Ramingen 2002: NLG 7.800.000.
Moldavië
Een eerste versie van het GMV-beleidskader voor Moldavië is gereed en zal
binnenkort worden afgerond na voltooiing van een GMV-missie. Mogelijkheden
voor Nederlandse ondersteuning liggen met name op het terrein van
versterking van de effectiviteit en transparantie van de overheid ('Public
Sector Reform', anti-corruptie en capaciteitsopbouw) en op het terrein van
gevangenishervormingen en van minderheden. Tevens zal bezien worden wat de
mogelijkheden zijn voor Nederlandse ondersteuning op het terrein van
vredesopbouw ('confidence building measures') in verband met het
Transdnjestrië-conflict.
Ramingen 2002: NLG 3.000.000.
Namibië
In 2000 is voor Namibië een GMV-beleidskader opgesteld. Zowel met het
maatschappelijk middenveld als met overheidsinstellingen zijn inmiddels
samenwerkingsprogramma's uitgewerkt. In gezamenlijk overleg zijn de
juridische sector, steun aan controle-organen als de Ombudswoman en de
verkiezingscommissie, steun aan de onafhankelijke media en het versterken
van de capaciteit van opkomende NGO's in rurale gebieden als belangrijkste
aandachtsvelden geïdentificeerd. De mogelijkheden voor eventuele
samenwerking op het terrein van decentralisatie en lokaal bestuur zullen in
de loop van 2002 worden bezien.
Ramingen 2002: NLG 2.500.000.
Nepal
Het GMV-beleidskader voor Nepal is uitgewerkt, nadruk zal worden gelegd op
decentralisatie. Een uitvoeringsprogramma is in voorbereiding o.l.v. de
overheid en in samenwerking met SNV en DFID.
Ramingen 2002: NLG 1.850.000.
Pakistan
---
Een eerste opzet voor het GMV-programma in Pakistan is gereed. Als
prioriteiten voor het programma zijn aangemerkt: 1) participatie (aanloop
naar de verkiezingen, terugkeer naar een democratisch bestel) 2)
institutionele hervormingen, in onder meer rechterlijke macht en politie, en
3) mensenrechten, waaronder met name vrouwen- en religieuze discriminatie.
Uiteraard zal in de komende tijd worden bezien of dit programma nadere
aanpassing behoeft.
Ramingen 2002: NLG 3.900.000.
Palestijnse Gebieden
---
Na de recente ombuiging van de status van de Palestijnse Gebieden van een
structureel samenwerkingsland naar een GMV-land, wordt er nu gewerkt aan het
opstellen van een coherent GMV-programma. Vooralsnog zal de aandacht van een
dergelijk programma met name uitgaan naar de opbouw van een democratische
rechtsstaat en naar het ondersteunen van activiteiten die -in het kader van
vredesopbouw- stabiliteit beogen te bevorderen. Voor de volledigheid verwijs
ik u tevens naar mijn notitie 'Nederlandse OS-bijdrage aan de Palestijnse
gebieden' die u op 13 juni jl. toeging.
Ramingen 2002: NLG 38.000.000.
Rwanda
Op het gebied van Goed Bestuur, Mensenrechten en Vredesopbouw zijn in Rwanda
decentralisatie, justitie en mensenrechten vooralsnog als de centrale
aandachtsvelden geformuleerd. Op deze terreinen ondersteunt Nederland tal
van activiteiten. Binnenkort zal er een missie plaatsvinden met als doel het
samenwerkingsprogramma nader uit te werken. Voor de volledigheid verwijs ik
u naar mijn brief over plaatsing van Rwanda op de landenlijst voor een
structurele ontwikkelings-samenwerkingsrelatie ('17+3'-lijst) die u op 9
oktober jl. toeging.
Ramingen 2002: NLG 39.725.000.
Zimbabwe
Inmiddels is een eerste aanzet geschreven voor een GMV-beleidskader voor
Zimbabwe. De belangrijkste aandachtsvelden vormen het bevorderen van goed
bestuur (anti-corruptie, media), democratisering en mensenrechten. Zonodig
zal een missie worden uitgevoerd om het beleidskader en het GMV-programma
nader vorm te geven. Echter, zowel de voortgang van het GMV-programma als de
inhoud ervan zijn voor een groot gedeelte afhankelijk van de politieke en
economische ontwikkelingen in Zimbabwe. Met name de komende verkiezingen
zijn bepalend. Gezien de huidige instabiele situatie zal het GMV-programma
dusdanig worden opgezet dat flexibel kan worden ingespeeld op veranderende
omstandigheden.
Ramingen 2002: NLG 8.000.000.
Kenmerk DMV/VG-759/01
Blad /1
Begin 1999 kwalificeerde Armenië zich voor de GMV-lijst. De knelpunten
die geconstateerd werden hadden betrekking op de kwaliteit van het bestuur
(corruptie, matig beheer van openbare middelen en matig functionerende
Rekenkamer en een niet geheel onafhankelijke rechterlijke macht) en de
mensenrechtensituatie in dat land.