ECA/01/29
Luxembourg, 11 Oktober 2001
Persbericht van de Europese Rekenkamer betreffende speciaal verslag
nr. 13/2001 over het beheer van het gemeenschappelijk buitenlands en
veiligheidsbeleid (GBVB)
(1)
In 1992 werd een gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid
van de Europese Unie vastgesteld en werden de bepalingen voor de
uitvoering van dit GBVB neergelegd in Titel V van het Verdrag
betreffende de Europese Unie. In het kader van dit beleid kon worden
besloten tot gemeenschappelijke optredens en konden
uitvoeringsbesluiten met betrekking tot gemeenschappelijke standpunten
worden genomen. Gemeenschappelijke optredens hebben betrekking "op
specifieke situaties waarin een operationeel optreden van de Unie
nodig wordt geacht". In gemeenschappelijke standpunten wordt "de
aanpak van de Unie bepaald ten aanzien van een bepaalde aangelegenheid
van geografische of thematische aard". De Rekenkamer heeft de
omstandigheden onderzocht waaronder de uitgaven zijn uitgevoerd voor
de voormelde activiteiten waartoe in de periode 1997 - 1999 werd
besloten.
Ondanks een aantal wijzigingen in het Verdrag betreffende de Europese
Unie dat in 1997 werd ondertekend, is de rol van de Commissie bij het
bepalen van de financiële, juridische en operationele regelingen nog
steeds niet duidelijk. Afhankelijk van het optreden definieert hetzij
de Commissie, hetzij de Raad de regelingen voor de uitvoering. In de
praktijk bemoeilijkt dit het dagelijks beheer zowel in het veld als
bij de centrale diensten.
Er is slechts weinig informatie beschikbaar over de bijdragen in
natura die door de instellingen ter beschikking worden gesteld, en
over het bedrag van de bijdragen van de afzonderlijke lidstaten. De
grondslag voor de verdeling van de uitgaven over de Unie en de andere
donoren is niet toereikend vastgesteld.
Ondanks de urgentie van de acties verstreek er in 1999 veel meer tijd
tussen het besluit van de Raad en de eerste betaling dan in 1998, en
zelfs meer dan in 1997. De contracten werden bij een aantal acties
zeer ingewikkeld door een opeenstapeling van aanhangsels en andere
aanpassingen, hetgeen een goede follow-up van de financiële situatie
ernstig heeft bemoeilijkt.
Er wordt veelal te laat en onregelmatig gerapporteerd, en de rapporten
zijn soms niet informatief genoeg. Daardoor wordt de basis van elke
evaluatie wankel. Met name de beperkte frequentie van de financiële
verslagen vormt een ernstig knelpunt voor een systematische supervisie
van de projecten door de Commissie.
De Raad besloot op 30 maart 2000 dat de kosten van de speciale
vertegenwoordigers van de Europese Unie (SVEU's) ten laste moesten
komen van het budget van het Secretariaat-generaal van de Raad, en
niet van de beleidsbegroting van de Commissie. Dit betekent dat de
Raad zijn eigen politieke besluiten uitvoert, hetgeen politieke
controle moeilijk maakt. Bovendien zijn er voor de speciale
vertegenwoordigers en het kantoorpersoneel geen regelingen inzake
bezoldigingen, salarisgebonden kosten en toelagen vastgesteld, of
worden deze niet consequent toegepast.
Op basis van haar controlebevindingen beveelt de Rekenkamer aan, dat
het Europees Parlement, de Raad en de Commissie op interinstitutioneel
niveau duidelijke operationele beginselen en regelingen vaststellen
met betrekking tot de rol van de Commissie en de Raad bij de
uitvoering van het GBVB, en dat de financiering van de GBVB-acties op
een doorzichtiger wijze wordt beheerd. Voorts dient de Commissie een
onderzoek in te stellen naar de oorzaken van grote vertragingen. Ook
moet zij de contracten op een doorzichtige wijze beheren:
herhaaldelijke verlengingen en wijzigingen met terugwerkende kracht
zouden beperkt moeten blijven tot situaties van kennelijke overmacht,
en voor de speciale vertegenwoordiger en het kantoorpersoneel moeten
duidelijke regels voor de bezoldiging en salarisgebonden kosten worden
vastgesteld. Ten slotte moeten er regelingen voor een toereikende
verslaglegging, controle en evaluatie worden vastgelegd.
(1)
Dit persbericht wil slechts een samenvatting geven. Het door de
Rekenkamer vastgestelde speciaal verslag is beschikbaar op haar
Website HYPERLINK http://www.eca.eu.int/NL/RS/2001/rs13_01nl.pdf
http://www.eca.eu.int/NL/RS/2001/rs13_01nl.pdf en zal binnenkort in
het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen, serie C,
verschijnen.Europese Rekenkamer, Dienst Externe betrekkingen12, Rue
Alcide De Gasperi, L-1615 LuxemburgTel.: (352) 4398 45410 - Fax: (352)
4398 46430 - E-mail: HYPERLINK euraud@eca.eu.int euraud@eca.eu.int