PUBLICATIES/Pers
Persbericht d.d. 09/10/01
Bemiddelbaarheid van WAO-gerechtigden
Met de huidige reïntegratie-activiteiten bereiken de uitvoeringsinstellingen slechts een bescheiden deel van arbeidsongeschikten. Van de ongeveer 400.000 mensen met een WAO-uitkering bij het Gak worden er in een jaar ongeveer 100.000 beoordeeld. Zo'n beoordeling vindt veelal in het eerste WAO-jaar plaats. Daarna wordt slechts eenmaal in de vijf jaar een herbeoordeling uitgevoerd. Van 3 op de 4 WAO'ers is geen actuele informatie over reïntegratiemogelijkheden beschikbaar. De bemiddelbaarheid van de cliënt neemt met de duur van de uitkering ook af. De kans dat buiten een reguliere beoordeling om een begeleidingstraject wordt doorlopen is dan ook klein (1,4%).
Dit blijkt uit een onderzoek dat het GAK in opdracht van het Lisv
heeft uitgevoerd. In het onderzoek is nagegaan hoeveel
arbeidsongeschikten potentieel reïntegreerbaar zijn. Het onderzoek
laat zien dat een deel van de WAO'ers niet voor reïntegratie in
aanmerking komt, omdat ze al werken(28%), of omdat ze een WW-uitkering
ontvangen(3%) of al een traject wordt gevolgd(3%). Een
steekproefonderzoek onder de overblijvende groep wijst uit dat slechts
9% bemiddelbaar is. Het betreft hier vooral gedeeltelijk
arbeidsongeschikten. 19% komt wel voor bemiddeling in aanmerking, maar
zij stellen zich daartoe niet beschikbaar. Vaak, maar niet altijd, is
de betrokkene onvoldoende gemotiveerd.
Vertaald naar de totale groep arbeidsongeschikten betekent dit dat
naar schatting ca. 5000 kandidaten voor een bemiddelingstraject
aanwezig zijn die in de huidige uitvoeringspraktijk niet worden
bereikt. Bij een dwingender, minder vrijblijvend, aanbod aan de cliënt
zou het om ongeveer 15000 cliënten gaan. Het onderzoek stelt vast dat
op 60 WAO-gerechtigden niet meer dan 1 kandidaat voor een
begeleidingstraject zal worden aangetroffen. Als men een voorselectie
doet op basis van het beschikbare dossier is de trefkans 1 op 7. Uit
het onderzoek kan de conclusie worden getrokken dat het selecteren van
potentiële reïntegratie-kandidaten een forse inzet in capaciteit
vraagt.